van dosimetrie - via hypnose - tot psychotherapie 172 nooddruft, wanneer zijn oesters en masse doodziek the last Post aan het blazen waren. Albert jr. ontving een opleiding voor een onbemiddelde van beteren huize: hij stu deerde voor officier van gezondheid aan de Kweekschool voor Militair Geneeskun digen te Utrecht. Daarna werd hij vanzelf sprekend dienstverbander bij de Konink lijke Marine. Hoewel hij geenszins vergat van 's levens lentetijd te genieten, mat hij zich hoegenaamd niet de allures van de ,,jeunesse dorée" aan. Tijdens het doorgaans loos kanongebulder in de Atjeh-oorlogen studeerde hij voor zijn uni versitaire examens. Op 7 juni 1872 promo veerde hij te Utrecht op Bijdrage tot de leer der oorzaken van Beri-Beri". Ter ver krijging van de artsenbulle was verloskun de voor hem een struikelblok, aangezien hij de oefening-barende kunst op een oor logsbodem niet kon leren. Dientengevolge legde hij pas op 7 februari 1877 het arts examen af. Een klein jaar tevoren was hij getrouwd met Hélène Christine Simonette Mesch, dochter van een toen al gepensioneerd kapitein der Infanterie en oud-directeur van de Hogere Burgerschool te Goes. Na enige jaren in volle tevredenheid te Heinkenszand gepraktiseerd te hebben onder boeren, arme buitenlui en de schaarse elite, nam Albert in 1878 de ziel togende praktijk van zijn vader te Goes over. Hij zwom er meer in de vrije tijd dan in geld. Wat het laatste betreft, was het echtpaar van mening, dat een tikkeltje armoede adelt en wat het eerste aangaat, vulde hij de uren met vakstudie, aanvan kelijk zonder gericht doel. Nu geviel het, dat zijn vader een oud-studiemakker op bezoek kreeg: professor Adolphe Burg- graeve te Gent, chirurg en bedrijver van enige andere ,,Binnen-is-binnen-specialis- men" en bovendien nog de Godfather van de dosimetrie. Deze geneeswijze, door Albert tengevolge van een Damascus- effect klakkeloos overgenomen, hield het volgende in: 7. Alle ziekten zijn in de aanvang louter functiestoornissen en moeten in de kiem gesmoord worden. 2. Voor ieder ziekteverschijnsel bestaat slechts één geneesmiddel. 3. Dit moet in kleine doses systematisch worden toegediend in zijn werkzaam ste vorm, dus bijvoorbeeld geen kina bast, maar de daaruit getrokken ki nine, geen digitalisbladeren maar het daaruit gewrongen digitaline. Met de sacrosancte drieëenheid: aconi- tine, strychnine en digitaline behandelde hij zichzelf als proefpersoon, vervolgens enige familieleden en tenslotte een groot deel van zijn Goese cliëntèle. Ze leverde Links: schets door M. P. de Bruin van de woning van Van Renterghem te Goes. Rechts: metamorfose van doktershuis tot postkantoor, enkele jaren later.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1977 | | pagina 20