de stadspomp te sint anna ter muiden
201
(architect) in Sluis. Het is Barthelomeus
van Namen, die behalve in St. Anna ook
schilderwerk verrichtte aan de stadsge-
bouwen van Sluis en aan het „landhuis"
van" 's Lands van den Vrijen" aldaar. Van
Namen had het opzicht over de stads- en
andere gebouwen; zijn functie bracht mee
dat hij b.v. betalingen deed aan straat
makers en anderen. Het aanvaarden van
deze post in de wereld van het ambacht
zou het maken van een tekening en bestek
vooreen pomp in St. Anna niet uitgesloten
hebben.
De voorkeur werd echter gegeven aan
iemand uit Brugge. Hiermee werd de tradi
tionele band tussen deze twee gehand
haafd. De massieve toren ten Noord Wes
ten van het marktplein staat heden ten
dage nog als getuige van de band van
Brugge en St. Anna ter Muiden.
Charles Schoone heeft het steenhouwers-
werk verricht in het eigen atelier in Brugge.
Het gebeeldhouwde stadswapen is ook
van zijn hand. Jan Jounaart, waarschijnlijk
ook uit Brugge afkomstig, leverde en fabri
ceerde het koperwerk, wellicht de tuit
waaruit het opgepompte water te voor
schijn kwam. Eén „inheemse" ambachts
man is in elk geval ook bij de uitvoering van
het werk betrokken: Adriaan Moelaart
(Moelaard). Hij wordt in de stadsreke
ningen telkens genoemd in verband met
reparaties aan het stadhuisje en leverantie
van glas, lood en schaliën. Korte tijd na het
zetten van de pomp moet hij zijn over
leden. Uit latere rekeningen blijkt niet dat
nog nabetalingen zijn verricht. Wij vinden
in de stadsrekening 1789-1790 derhalve
een overzicht van de personen die hebben
meegewerkt bij de uitvoering van het plan.
De stijl van de pomp
De uitvoering van de pomp geschiedde in
de natuursteen die bekend is om zijn vast
heid, hardheid en duurzaamheid, namelijk
hardsteen; het is de steensoort die meestal
voor utiliteitsdoeleinden gebruikt werd zo
als een pomp voor de watervoorziening
tenslotte ook was. Het hoofddeel van de
pomp, bekleed met vier platen natuursteen
werd, zoals gebruikelijk, op een sokkel ge
plaatst. Aan de bovenzijde is op de geprofi
leerde dekplaat een toevoeging aange
bracht van drie „treden", in een harmo
nische verhouding tot deze dekplaat. De
bekroning wordt gevormd door een vaas,
die op deze drie treden geplaatst is (inder-
E. Aan de Westelijke langswand van het plein hebben alle panden een begane grond, waarboven een
zadeldak evenwijdig aan de voorgevel, met uitzondering van twee huisjes met puntgevels. De grote
groene deur gaf toegang tot de smidse. Langs de huisjes liggen straatjes en stoepen in een grote ver
scheidenheid van materiaal.
Foto R.M.Z., in 1953gemaakt.
F. Dorpsplein gezien naar het Zuiden. Op deze oude afbeelding bevindt zich aan de rechterzijde het tra-
valje (de hoefslag) voor de smidse. Wellicht stamt de illustratie uit de tijd vlak na de „verlichtingsperio
de" toen de oude bekroning weer op de pomp gezet werd met, zo te zien, een „nieuwe trede".
Reproductie van een foto in het bezit van de gemeente Sluis.