tijdschrift
210
Dat de Zeeuwsvlaamse Centrale Vuilver-
werkende Industrie haar plekje in de Van
Wyckhuysepo/der node wil inruilen voor
een stortp/ekdie in overheidshanden
komt dat willen wij best toeschrijven aan
een zekere baatzuchtigheid, die wij het be
drijfsleven niet willen ontzeggen. En een
gemeente die houdt het algemeen be
lang in het oog, hebben wij altijd gedacht.
Maar wat moeten wij dan aan met de op
merking van een Terneuzense wethouder,
die na een raadsvergadering tegen een ver
tegenwoordiger van de vui/verwerkende
industrie zei:Wij zullen jullie de grond in
boren en daar beginnen we morgen
ochtend om halfnegen mee
Zo ontvallen een mens alle zekerheden.
Wij zien eigenlijk in de problematiek van
het Zeeuwsvlaamse stortwezen maar één
lichtpuntje.
Dat zich nog geen groeperingen hebben
gemeld, die willen gaan ijveren voor de
aanleg van een stortplaats op hervormde
basis, of vuilverwerking op christelijk gere
formeerde grondslag, of verenigingen, die
bij de verwerking van afval de humanis
tische beginselen gerespecteerd willen
Dan zou de verwarring pas echt compleet
zijn.