voortgezet onderwijs
7
aangrenzende regio ook buiten de pro
vincie kan zijn gelegen;
- voor het hoger beroepsonderwijs in
dien dit type binnen de eigen of- over
land of over water te bereiken - aan
grenzende regio is gesitueerd, waarbij
Walcheren en Zuid-Beveland als één
regio, Midden-Zeeland, worden be
schouwd.
De provincie Zeeland kan in de volgende
regio's worden verdeeld: Schouwen-
Duiveland, Tholen en St. Philipsland,
Walcheren (en gemeente Wissenkerke),
Zuid-Beveland (en gemeente Kortgene),
West- en Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen.
Voorbeeld: voor Oost-Zeeuwsch-Vlaan-
deren zijn m.b.o.-typen in West-
Zeeuwsch-Vlaanderen binnen redelijke
afstand gelegen en hbo-typen in West-
Zeeuwsch-Vlaanderen en Midden-Zee
land. De hier gehanteerde indeling van
Zeeland komt globaal overeen met de re
gionale indeling in schoolgebieden van
het ministerie van o. en w.
Met het bovenstaande zijn lang niet alle
aspecten betreffende de vier genoemde
sectoren van het voortgezet onderwijs
behandeld. Avondonderwijs, open
school, middenschool, de herstructure
ring van het mhno en mspo zijn even zo
vele belangrijke zaken die het voortgezet
onderwijs betreffen. Voor de in dit artikel
behandelde aspecten, namelijk het on
derwijsvoorzieningenniveau in Zeeland
enerzijds en de deelname en ontplooi
ingskansen van jongeren anderzijds, is
gekozen omdat zij een actuele, met name
ookZeeuwse aangelegenheid zijn. Vooral
nu meer jongeren langer deelnemen aan
het onderwijs en in de onderwijsdoelstel
lingen een steeds zwaarder accent wordt
toegekend aan de persoonlijke ontplooi
ing van de leerlingen. Om hieraan tege-
moette kunnen komen, is een verbreding
en verdieping van de onderwijsvoorzie
ningen noodzakelijk.
De deelname aan het voortgezet on
derwijs in Zeeland
Het regionaal onderzoek voortgezet on
derwijs over het schooljaar 1973/'74 van
het Centraal Bureau voor de Statistiek
(CBS) verschaft belangrijke gegevens
voor het vinden van antwoorden op de in
de inleiding gestelde vragen over om
vang, samenstelling en geografische
oriëntering van de deelname aan het
voortgezet onderwijs. Uit dit onderzoek is
per gemeente te achterhalen welk type
van onderwijs de jongeren volgen en in
welke gemeente. Deze gegevens van het
CBS hebben voor wat betreft het alge
meen voortgezet onderwijs en het lager
beroepsonderwijs, betrekking op het
tweede leerjaar. Voor de hieronder opge
nomen conclusies maakt dit overigens
geen verschil, zo is uit onderzoek geble
ken.
In de onderstaande tabel zijn per onder
wijssector de uitkomsten van de deel
name in alle Zeeuwse gemeenten getota
liseerd en vergeleken met Nederland. In
dit overzicht is de absolute deelname uit
gedrukt in een percentage van een rele
vante leeftijdscategorie.
Bij het analyseren van de cijfers zal de
deelname in Zeeland of per regio in Zee
land steeds worden vergeleken met Ne
derland, ervan uitgaand dat het gemid
delde landelijke deelnamecijfer de voor
keur weergeeft van de Nederlandse en
ook de Zeeuwse jongeren. Op grond van
de uitkomst van een enquête in 1972 on
der Zeeuwse havo-scholieren naar hun
voorkeur voor de verschillende typen ho
ger beroepsonderwijs (hbo), mag deze
veronderstelling, in ieder geval voor het
hbo, reëel worden geacht.
De relatief beperkte diversiteit heeft
de deelneming in Zeeland kennelijk
niet ongunstig beïnvloed. De totale
relatieve deelname ligt iets boven
het landelijk cijfer. Gezien de geo
grafische spreiding van de onder-
wijstypen in de vier sectoren van het
voortgezet onderwijs in Zeeland, zou
men verwachten dat de belangstel
ling voor het algemeen voortgezet
onderwijs (avo) gunstig en de deel
name aan het beroepsonderwijs
minder gunstig afsteekt in vergelij
king met Nederland. Uit de tabel
blijkt dat het betrekkelijk ruim ge
spreide avo onder en het minder ge
differentieerde beroepsonderwijs
boven de landelijke cijfers ligt. Alleen
LAGER BEROEPS ONDERWIJS