hoofdplaat, op de kentering van het getij
117
van de bevolking uit de omgeving van
Hulst, Sint-Niklaas en Maldegem afkom
stig is, behoeft geen betoog als we de be
volkingsregisters raadplegen die sinds
1794 zijn aangelegd. Uit de periode daar
voor tasten we echter grotendeels in het
duister. Verder is er ook nog een vrij grote
toevloed vanuit Walcheren en Zuid-Beve
land als we in het lidmatenregister van de
hervormde kerk kijken, dat dateert van
1785. Bovendien kwamen in de zomer de
Vlaamse seizoenarbeiders van oudsher al
de oogst helpen binnenhalen.
In 1783 legde Petronella Schorer, oudste
dochter van Mr. Willem Schorer J.A.Zn.,
de eerste steen van de hervormde kerk.
Het bouwwerk was een ontwerp van
Coenraad Kaijzer en was net als de er
naast gelegen pastorie en school ge
bouwd volgens de regels van de Frans
Klassicistische bouwtrant. Deze gebou
wen waren mogelijk geworden door de
financiële steun van de Staten van Zee
land.
In die tijd wilden de rooms-katholieken in
Slijkplaat, op staats gebied, een kerk-
schuur stichten, maar hun wens werd on
geveer tien jaar later pas vervuld toen de
Fransen deze streek veroverden. Tot die
tijd waren ze aangewezen op de parochies
van IJzendijke en Watervliet, meer dan
één uur gaans.
Na de Franse tijd ging veel landbouw
grond over in Zuidnederlandse handen en
veranderde daardoor ook de samenstel
ling van de bevolking: het aantal hervorm
den nam af, het aantal katholieken nam
toe. In het midden van de vorige eeuw
bereikte Hoofdplaat het grootste aantal
inwoners vanwege de rijencultuur en de
toepassing van kunstmest in de land
bouw. Gehuchten als Slijkplaat, Nummer
Eén, Hogeweg en Dijkeputten groeiden
uit. Op Slijkplaat kwam zelfs een school.
Van groot belang was de haven. Tijdens
de inpoldering en de opbouw van het dorp
werden hier de materialen aangevoerd. In
de Franse Tijd werd van hieruit succesvol
het Continentale Stelsel ontdoken. Drie
keer moest de haven in zuidelijke richting
worden aangelegd vanwege de inlagen.
Tot ver in de vorige eeuw, was er een
veerman, die afhankelijk van het tij, de
mensen over de Wester-Schelde en de
Braakman naar andere havens bracht.
Zelfs op het eind van de jaren negentig
bracht de gemeentelijke roeiboot passa
giers van en naar de op stroom liggende
provinciale stoomboot. De haven was in
middels gedeeltelijk verzand.
Voor de landbouw was de haven van zeer
groot belang. Tot ver uit de omgeving
werden de produkten aangevoerd. Ook de
beurtvaart dient vermeld te worden: bier,
gedistilleerd, bomen voor de wagen
makers, riet voor de rietdekkers, levens
middelen en huisraad. Men kon dat alle
maal op het haventerrein vinden. De ha
ven zou nog van groter belang zijn ge
worden als het eindpunt van de tram niet
een halve kilometer van de kaai verwijderd
was en bleef, ondanks diverse acties van
uit de gemeenteraad. Andere belangen
dan de Hoofdplaatse, vermoedelijk die
van de bietenfabrieken in Moerbeke, wa
ren hier doorslaggevend.
Na de Tweede Wereloorlog liep het bevol
kingsaantal in de kleine kernen terug. Na
een periode van weinig of geen huizen
bouw, de opheffing van de christelijke
lagere school, de sluiting van de haven,
schijnt nu met het plan Noord-Ader" een
keerpunt in de teruggang van de bevol
king te zijn ingetreden. De voorzitter van
de heemkundige kring West-Zeeuwsch-
Vlaanderen, de heer J. A. Leenhouts,
merkte tijdens een excursie op 17 juni jl.
op dat het tij ten gunste van de kleine
kernen aan het veranderen is, waarbij hij
onder andere doelde op de huizenbouw
en de dreigende opheffing van enkele
scholen.
Hoofdplaat heeft een bewogen geschie
denis achter de rug, vooral in de begin
periode. De dreiging vanuit zee lijkt ten
einde te zijn; een zware deltadijk heeft het
dorp van de zee afgeschermd, waardoor
de haven in 1969 definitief gesloten moest
worden. Als compensatie vocht waarne
mend burgemeester J. A. Eekhout voor
het plan De Voskaai. Onder aan de zeedijk
zal een recreatiegebied aangelegd wor
den, waardoor Hoofdplaat op een ander
gebied, met name door het toerisme, een
band met de zee tracht te behouden.
Literatuur:
Cornelis J. Ch.: Kerk en parochie van den H.
Eligius te Hoofdplaat, Terneuzen 1945, passim.
Dijk F. van: Mr. L. P. van de Spiegel, Assen
1 963, pag. 209 e.v.
Lambert J. J.: Twee Limietpalen, Jaarboek Heem
kundige Kring West-Zeeuws-Vlaandëren
1967/68, pag. 43-58.
Nagtglas G.: Nagelaten levensberichten van Zeeu
wen, Middelburg 1893, pag. 296.
Oosdorp L. van: Het recht der provincie Zeeland,
Middelburg 1771, pag. 37.
Schorer W.: Het Nut der Bedyking, Middelburg
1771.
Vijver H. A. M. van de: Bijdragen tot de geschie
denis van West-Zeeuws-Vlaanderen, deel 3, Aar
denburg 1 975, pag. 15, 16.
De aan Adriaan Isaac Hurgronje in 1 780 geschon
ken beker ter gelegenheid van de totstandkoming
van de Hoofdplaatpolder. (Foto: VJim Helm)