een dag met weinig nieuws: 8 november 1879 117 steek, mantel en bef uit de dagen van Voetius. Er ging een schok door de ge meente toen de predikanten in toga ver schenen, die als een dekmantel der onge rechtigheid werd beschouwd. Vrouwen vielen in zwijm; er bleven kerkgangers weg. Er ontstond een anti-togabeweging waarvan de aanhangers elders gingen kerken. Voor Zynen, die al spoedig de vrij zinnige richting koos, moet het vreemd zijn geweest. Hij schuwde de strijd niet, integendeel; zijn polemische aard deed hem snel naar de pen grijpen. In januari 1879 schrijft hij ingezonden stukken naar aanleiding van een rondschrijven van een ker- keraadscommissie waarbij de (openbare) scholen voor min- of onvermogenden te Middelburg als plaatsen worden aange duid waar de gelegenheid ontbreekt "te hooren van dien Heiland, die in het bij zonder een woord heeft voor de armen, en geoefend worden in de kennis, die niet opgeblazen maakt"Zijn collega ds. Nonhebei wil namenlijk een christelijke school voor min- en onvermogenden. Zynen besluit zijn stuk met de opmerking, "dat niet het "Christelijke" bordje aan den deurpost, maar in de eerste plaatst het eerlijk en rechtschapen karakter van den onderwijzer zeiven zedelijke waarde geeft aan de school, en dat ook het eigenlijke godsdienstonderwijs alleen dan ver trouwen verdient, als het gegeven wordt door mannen, die daartoe zelve na be hoorlijk onderzoek geschikt en bevoegd zijn bevonden". Ds. Nonhebei antwoordt hem waardig, hij formuleert het aldus: "Wij wenschen een school, waar het Christendom der Schrift het bezielend element is. Een school waar wordt voortgezet, wat in huis moet zijn begonnen. Een school waarin de kinde ren niet alleen worden onderwezen, maar ook opgevoed. En opvoeding, zonder Christendom, is voor ons eene onmoge lijkheid. Dan maakt ds. Sibm. Zynen er den Kerkeraad een grieve van, als zou'hij de Staatsschool afkeuren, terwijl toch van zijnentwege aldaar godsdienstonderwijs wordt gegeven." Maar zegt Nonhebei, dat wil toch zeggen buiten de schooluren. Ds. Zynen wil toch niet beweren dat het dan een christelijke school geworden is. Het onderwijs dat de kerkeraad buiten de schooluren geeft kan in tegenspraak zijn met hetgeen op school wordt geleerd. Deze komt er op terug en is blij dat Non hebei toegeeft dat de circulaire beter en juister had gesteld kunnen worden. De terminologie: 'Het geoefend worden in de kennis, die niet opgeblazen maakt" is niet bepaald gelukkig. Ds. Nonhebei zegt opzijn beurt weer, dat hij gezegd heeft dat mogelijk de inhoud beter en juister ge steld had kunnen worden, wat iets anders is dan Zynen beweert. Afgezien van dit woordenspel gaat het Ds. Nonhebei hierom: "Moet dan ons volk ontchristelijkt worden. Hoe ontrouw vele leerlingen de cathechisatiën bezoe ken kunnen alle predikanten getuigen. Deze heeft geen tijd, aan genen wordt door zijn mevrouw of meester geen gele genheid gegeven. Hoevelen komen nooit! Wij wenschen geen maatregelen als van Von Bismarck om een veld winnende en alles verwoestend socialis me te dooden. Dat zou in ons land niet gaan. Geen vrijer volk in Europa dan het Nederlandsche". Vrijheid en godsdienst gaan samen. "Daarom wenschen wij scholen, waar de kinderen kunnen leeren, wat zij later mogelijk om allerlei redenen niet meer hooren en hen vormen kan tot waarachtige Christenen en goede staats burgers". Ds. Zynen heeft het laatste woord: "Laat ook mij ons openbaar ge schrijf beëindigen. Na al het verhandelde kan het een woord van vrede zijn. Onze grondwet eischt dat het openbaar on derwijs dienstbaar zij aan de opleiding tot maatschappelijke en Christelijke deug den. Hiermede wordt natuurlijk de "op geblazenheid" buitengesloten". "Eindelijk: indien desalniettemin door u of anderen dan nog een nieuwe school wordt verlangd, geen levende ziel zal u een stroobreed in de weg leggen. Slechts kome niemand zijn kracht zoeken in de vernedering of verdachtmaking van in richtingen en personen die, zij het dan ook in verschillende vormen of op andere wijze, toch geheel hetzelfde bedoelen en najagen als gij en ik: t.w. de verstandelij- J MINDF.RHOUD irecteur dc D. VAN DEK HA\ MENU CONSOMMÉ QUEUE DE BOEU NOISETTES DE VEAU AU MORILLES PARFAIT UAIE DES ANCES MOKA FRIANDISES COGNAC ET LIQUEURS 13. Ter vergelijking twee Menu's. Een van de "Feestmaal' <i I Middelburg's Ingezetenen aangeboden aan de Luitenant teZeeA. deBruijne, Ridder der Orde v.d. Nederl. Leeuw.. Kommandant der beide Nederlandsche Noordpooltochten, op Zaturdag 29 November 1879, te 51 /2 ure, in Sint Joris" te Middelburg; het andere menu is van het "Diner a l'occasion de la celebration du Centenaire de Koninklijke Kweekbedrijf en Zaadhandel D. J van der Have B V. Ie 6 juin 1979, a Kapelle"

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1979 | | pagina 13