WOUTER DE SMIDT
Prof. dr. C. van Houte
geboren 20 november 1838 te Nieuwv/iet en overleden
25 juli 1920 te Cadzand. Een waarlijk nobel man.
Inleiding.
Het was in 1876 dat een boerenzoon van Nieuwv/iet verhuisde naar Cadzand waar hij in
het huwelijk getreden was met een weduwe die daar een winkel dreef. Dit voorval zou
niet waard zijn vermeld te worden a/s het niet het begin was geweest van een stukje
dorpshistorie, dat niet geacht kan worden thans te zijn afgesloten, al is in de loop van de
geschiedenis heel wat veranderd.
Het betreft de verhuizing van Wouter de Smidt, geboren en opgegroeid op een boerde
rij in Nieuwvlietin de omgeving van de Nolle, een ondergelopen polder oostwaarts van
Cadzand en te vergelijken met het Zwin dat zich ten westen van dit dorp bevindt.
De vestiging in Cadzand betekende voor deze de Smidt de voortzetting van zijn arbeid
die hij in Nieuwv/iet en in G roede als prediker-evangelist begonnen was. Het gaat in dit
artikel over die voortgezette arbeid in Cadzand, echter niet zo zeer om zijn evangelise
rende werkzaamheden als wel om de bijzondere en velerlei activiteiten die hij aan deze
verkondigende arbeid verbond. Daardoor dient opgemerkt te worden dat de tweeërlei
werkzaamheden wel te onderscheiden maar niet te scheiden zijn. Om deze reden zal in
dit artikel, waar dit noodzakelijk is, op deze onscheidbaarheid gewezen moeten wor
den, maar aangezien schrijver dezes als niet-theoloog zich van godsdienstige tegen
stellingen dient te onthouden, zal hij zich daarin zoveel als mogelijk is beperken en zich
bij uitstek richten op de maatschappelijke en culturele waarde van het leven en het werk
van de Smidt.
Iets over zijn Nieuwvlietse jaren.
Het leven van de jonge de Smidt voltrok
zich in zijn jeugd op gelijke wijze als die
van zijn tijdgenoten: eerst lager school
onderwijs, ook reeds deelnemend aan het
leven en werken op een boerderij en na
zijn schooltijd medearbeider op die
boerderij. Er was echter één omstandig
heid die op zijn jonge leven een bijzonde
re stempel drukte: de jeugdige Wouter
had een zwakke gezondheid als gevolg
van voortdurend terugkerende koortsen
zoals die toentertijd veelvuldig in Zeeland
voorkwamen. Dit had tot gevolg dat hij
zich bedreigd gevoelde door een
vroegtijdige dood en zich reeds vroeg, ter
onderdrukking van de nood waarin hij
zich bevond, met godsdienstige vragen
bezighield en daarbij steun zocht in het
lezen van de bijbel. Zijn ouders, hoewel zij
het laatste niet gewoon waren, verzetten
.zich daartegen niet. Zij gaven zelfs gehoor
aan zijn verzoek om na de maaltijd geza
menlijk een bijbelgedeelte te lezen.
Over hetgeen door sommigen wordt ge
zegd over de ontsteltenis die de jonge de
Smidt overviel op een kermis te Schoon-
dijke toen hij getuige was van de plot
selinge dood van een 15-jarig meisje,
waardoor de bedreiging waaronder hij
leed aanmerkelijk groter werd, durf ik
geen oordeel uitte spreken, voornamelijk
omdat door anderen hierover gezwegen
wordt.
De onbekende de Smidt.
Wie over Wouter de Smidt wat schrijven
wil komt te staan voor een grote moeilijk
heid. De Smidt leeft voort in datgene wat
hij aan instellingen tot stand heeft ge
bracht. Die zijn op dit ogenblik voor een
deel nog aanwezig. Maar over de wijze
waarop hij bedoelde instellingen in het
leven riep en hoe hij leefde en werkte
heeft hij vrijwel niets nagelaten. Zodoen
de kon ik, die steun behoefde voor de stof
waarover ik schrijven wilde slechts af
gaan op mededelingen, veelal uit de
tweede of derde hand en daardoor niet
altijd voldoende betrouwbaar en volledig
om daarop mijn koers te kunnen richten.
Bij de samenstelling van dit artikel kon ik
putten uit de volgende bronnen:
1. de herinneringen van zijn jongste
zoon, Wouter de Smidt junior, 95 jaar
oud, maar helder van geest en zeer
geïnteresseerd in hetgeen in mijn
voornemen lag;
2. Historisch overzicht van het ontstaan
en de groei der Christelijk Evangeli
sche Gemeente te Nieuwvliet, een
naar vorm en inhoud alleszins uitne
mend geschrift, samengesteld door I.
M. de Bruijne in 1947 naar aanleiding
van het toen aanstaande 70-jarig be
staan van de Gemeente;
3. een kleine studie van ds. G. Siebert te
Apeldoorn over het leven en het werk
van de Smidt. De schrijver tekent bij
deze niet uitgegeven studie aan dat hij
ondanks vele naspeuringen onvol
ledig moet blijven;
4. eigen herinneringen, stammende uit
de tijd toen ik als overbuurjongen da
gelijks getuige was van de rusteloze
arbeid van deze in mijn ogen bijzonde
re Zeeuws-Vlameling. Dikwijls heeft
hij met mij een praatje gemaakt. Ik be
zocht de Zondagschool die hij opge
richt had en ik heb van dat bezoek
Wouter de Smidt.