de tachtigjarige leen van der slik 23
tekeningen voor de bovengenoemde af
leveringen van het tijdschrift Basteria. Hij
verricht zijn tekenwerk met het uiterste
geduld. Als hij eenmaal beslist heeft welk
exemplaar hij zal kiezen van de schelpen
soort die behandeld wordt, volgen zeker
een dag ofvierwerk. Hijiszogelukkig nog
een vaste hand te hebben. Dat, zo ver
klaart hij met nadruk, is een eerste nood
zaak; verder een timmermansoog en
goed materiaal. Hij werkt met potlood,
goed licht en soms een optisch tekenim-
strument, daar het vaak om zeer kleine
soorten gaat. Het voornaamste is echter,
dat hij als schelpendeskundige weet wel
ke kenmerken hij moet laten uitkomen. Bij
het tekenen naar de natuur laat hij echter
ook beschadigingen en onvolkomenhe
den niet buiten beschouwing.
Mochten de vele schelpenliefhebbers
zich reeds gelukkig achten met de eerste
serie van de "Fossielenatlas" (zoals de
publicatie algemeen wordt aangeduid),
die onder redactie stond van C. O. van
Regteren Altena, A. Bloklander en L. P.
Pouderoyen, nu kunnen wij hun het blijde
moment toewensen dat de tweede serie
voltooid zal zijn. Geregeld verschijnen de
afleveringen, thans onder redactie van de
schelpendeskundige en tekenaar A. W.
Janssen en de tekenaar en schelpen
deskundige L. van der Slik.
Om met Van Regteren Altena te spreken:
"Zo het beiden gegeven mag zijn hopen
wij van harte dat de auteurs erin zullen
slagen dit veel omvattende en fraaie werk
te mogen afmaken. Zij zullen daarmede
een werk van blijvend grote waarde heb
ben geleverd op wetenschappelijk en
kunstzinnig niveau. Voor Zeeland zal het
een stuk fraaie documentatie zijn op het
terrein van de natuurhistorie in geschrift
en, vooral, in beeld."
De gegeven afbeeldingen zijn voorbeelden van de
in afleveringen verschenen systematische weten
schappelijke beschrijvingen in het tijdschrift „Bas
teria" van de Nederlandse Malacologische Vereni-
9'ng-
j 'j /a/i a
stertc/or.-