franciscus petrus oudens, een ambitieuze stationschef in arnemuiden 85 elk geval ontbreekt daarvan enige mede deling in de Middelburgsche Courant van augustus 1891. Zoals reeds eerder is vermeld was Van der Goes in de jaren 1888-'91 geleidelijk van radicalisme naar socialisme geëvo lueerd. In de SDB geraakte hij echter bin nen korte tijd in conflict met de redactie van Recht voor Allen en met Domela per soonlijk, die gewend was aan critiekloze verering door zijn volgelingen. Zijn erva ringen als eenling in de Kamer hadden hem diep teleurgesteld en bij de verkie zingen van 1891 was hij verslagen door de radicaal Treub. Domela keerde zich nu tegen acties via het parlement; dit laatste woord was volgens hem ontstaan uit twee Franse werkwoorden: parler en mentir! De meerderheid van de SDB volgde hem en dit betekende, dat de toch al verzwakte kiesrechtbeweging de steun van de socialisten moest missen. Ook de samenwerking met radicalen en dergelij ke binnen de Volkspartij werd door de SDB verboden. Het gevolg was, dat 'De Unie' verdween en het Radicaal Weekblad eind 1891 ophield te verschij nen. Van der Goes was het met deze gang van zaken niet eens en oefende felle en vaak ontactisch geformuleerde critiek uit op de partijleiding. Dit leidde ertoe, dat hij na nog geen half jaar lidmaatschap, werd geroyeerd. In de tweede helft van 1891 is er nog binnen de Bond hier en daar ge sproken en geschreven over middelen tot verzet tegen de heersende richting. In dit kader past ook een brief van Oudens aan Van der Goes. Daarin werden uitgebreide en weinig reële plannen geopperd, in de eerste plaats om met een 'genootschap van gematigden' oppositie te voeren bin nen de partij. Mochten die gematigden op het Kerstcongres van 1891 niet de over hand behalen, dan moest er een Neder landse arbeiderspartij, met een so ciaaldemocratisch program, naast de SDB worden gesticht. Van de Bond voor Algemeen Kiesrecht verwachtte Oudens niets meer. Hij deelde mee, dat hij ook Troelstra en Gerhard had ingelicht.39) Wat hier geopperd werd, heeftin 1894 zijn realisering gevonden in de SDAP; drie jaar tevoren was echter de tijd hiervoor nog niet rijp. In Zeeland was in 1893 door de propa gandist J. K. van der Veer het socialistisch weekblad De Toekomst gesticht, dat in ongekuiste bewoordingen politieke te genstanders te lijf ging en al in het tweede jaar van zijn bestaan een oplage van 1400 bereikte. Cornelissen had eind 1891 Zee land verlaten om redacteur van Recht voor Allen te worden. Over de Volkspartij werd niet meer gesproken en van Zeeuw se activiteiten van Oudens blijkt niets. In 1895 werd in Middelburg een afdeling van de SDAP opgericht,40) waar Oudens als parlementair ingesteld man wel thuis zou zijn geweest, maar ook hier komt hij niet op de voorgrond en hij was er de man niet naar om ergens op de achtergrond te werken. In 1893 verschenen er twee publicaties van zijn hand. Eén daarvan was een boekje van 64 bladzijden, getiteld Het boek der menschheid. Het deed een felle aanval op de 'oude wereldbeschouwing', berustend op dogma's en wonderverha len, zich beroepend op een 'bijbel vol te genstrijdigheden', bijeengebracht door mensen, die in 'misleiding en volks bedrog' voordeel zagen. Oudens noemde het misdadig een volk, dat zijn rechten onthouden werd, ook nog door 'vrome leugens en kerkelijke sprookjes' in slaap te wiegen. In de geest van de toen in socialistische kringen overheersende materialistische opvattingen plaatste de auteur daarte genover de feiten, ontleend aan de we tenschappen. Een verwarde beschou wing over de wereldgeschiedenis liep uit in een aanklachttegen de bourgeoisie, de klassejustitie en de stoomkracht. Een maal zou de arbeidende klasse alles op aarde naar haar inzicht en welbehagen regelen, besloot Oudens.41) In maart verscheen, als overdruk uit een ons onbekend tijdschrift: Het Anti-Semi- tisme een hedendaagsch verschijnsel? Voor Oudens, die de mensheid als één grote familie zag, was het antisemitisme moreel, noch sociaal aanvaardbaar. Be grippen als natiën, rassen en standen moesten naar zijn mening verdwijnen; alle misstanden kwamen voort uit de maatschappelijke wanverhoudingen, voortgekomen uit de persoonlijke eigen dom. Deze en dergelijke uitlatingen ge ven onstoch de indruk, dat Oudens nog in dit jaar gerekend moet worden tot de so cialisten, zij het dan tot de parlementair ingestelde minderheid. Helemaal vrij van discriminatie jegens de Joden was hij niet: hij noemde ze 'niet innemend van uiterlijk en manier van spreken' en vond, dat de Israëliet, 'vooral waar hij gerang schikt kan worden tot de klasse der par venus', ook de vrijheid van anderen moest leren eerbiedigen.42) Over de christenen heeft hij in Het boek der menschheid echter veel erger dingen ge zegd. De verkiezingen van 1894. Terwijl de Bond voor Algemeen Kies- en Stemrecht ernstig was verzwakt door het verlies van de steun der meeste socialis ten, werd het kiesrecht enige jaren lang meer dan ooit tevoren het hoofdpro bleem van de Nederlandse politiek. Het kabinet-Mackay was niet met een ont werp gekomen aangaande de door de grondwet vereiste nieuwe kieswet. Het li berale ministerie-Van Tienhoven kweet zich beter van deze taak. Minister van Binnenlandse Zaken was mr. J. P. R. Tak van Poortvliet, een predikantszoon die in Middelburg was opgegroeid. Van jongsaf aan zeer geïnteresseerd in verkeers- en waterstaatszaken had hij veel gedaan voor de ontwikkeling van de haven van Vlissingen; bovendien was hij een der stichters van de Maatschappij Zeeland. Als vooruitstrevend liberaal wilde hij een ruime uitleg geven aan de door de grondwet gevergde 'kenteekenen van maatschappelijken welstand en ge schiktheid'. Het door Tak in 1892 inge diende wetsontwerp gaf het kiesrecht aan wie kon lezen en schrijven en zichzelf en zijn gezin onderhouden. Dit ging een aantal van de liberalen te ver en er ont stond een zeer ingewikkelde parlemen taire strijd om de nadere uitwerking van de wetsvoorstellen. Op 9 maart 1894 nam de Tweede Kamer een amendement aan, dat voor de minister onaanvaardbaar was, waarna het ontwerp werd ingetrok ken en Kamerontbinding tot nieuwe ver kiezingen leidde. Deze weken geheel af van het gebruikelijk patroon van strijd tussen liberale can- didaten enerzijds en confessionele an derzijds. Zowel bij de liberalen als bij de antirevolutionairen liep de grens tussen voor- en tegenstanders van Taks ontwerp dwars door de partij heen. Vooruitstre vende antirevolutionairen en liberalen steunden eikaars candidaten; hetzelfde gebeurde aan de 'anti-Takkiaanse' kant bij behoudende liberalen, katholieken en antirevolutionairen. Voor een Volkspartij -voorzover die nog bestond was in deze constellatie geen plaats. De socialisten namen niet meer aan verkiezingen deel; de radicalen en het ANWV steunden de 'Takkiaanse' candidaten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1980 | | pagina 21