zeeuwen buiten zeeland: corrie niggol-boogerd
66
Cees Boogerd en vrouw, aangetreden voor de hofstee.
Landzicht, hoewel haar man plagend kon
opmerken, dat zij wel een te stadse boerin
zou blijven. Trouwens hij zelf had ook
moeite om 'ertussen' te komen bij de
collega's. Die zagen hem eerst toch als
een vreemde (Amerikaanse) eend in hun
bijt, die niet dacht en handelde in het
geijkte patroon. Zijn dochter herinnert
zich dan ook dat hij, toen hij in 't Water
schapsbestuur werd gekozen, tegen zijn
vrouw zei: "Nu tellen ze mij eindelijk
mee." Zij had veel respect voor vader, zij
kende hem als een wijze man, beschou
wend, verdraagzaam, ondernemend, ac
tief en hij stond positief in het leven.
Hij was heel zelfstandig, liep niet met de
kro mee en was zeer rechtuit.
Trouwens hij had meer pijlen op de boog;
hij was gemeenteraadslid van Noord-
welle, ook wethouder en hij bestond het
een in de crisis onder Marchand opgehe
ven lagere school in zijn dorp terug te
krijgen. Overigens bleef de audiëntie bij
Marchand zelf zonder resultaat. De Mi
nister nam afscheid met de woorden:
"Waarde Heer, sterkte in Uw leed." Die
tijd was de tijd van Marchand en van
Poelje en de volkspreuk vervolgde: 'de
een dat is een charlatan, de ander is een
schoelje!' Zelf heb ik Boogerd leren ken
nen als bestuurslid van de Coöp. Suiker
fabriek Dinteloord, later van de Ver. Coöp.
Suikerkabrieken, waar hij zonder opposi
tie na te streven of bij te vallen soms een
afzonderlijke positie kon en dorst in te
nemen.
Jeugdjaren
De oudste dochter - 4 jaar later werd een
tweede meisje Kriena geboren - ging
naar die bewuste lagere school in
Noordwelle en daarna, als zovele
Schouwse kinderen, naar de HBS in
Zierikzee. Ik vraag naar de directeur- de
historicus Dr. Westendorp Boerma, wat
was hij voor een man? Hij was wel knap
en aardig, ook rechtvaardig, niet direct
inspirerend, een beetje saai; illustratief
was dat hij een keer boos werd toen een
leerling op zijn horloge keek. Wel inspire
rend was Römer de scheikundeleraar, die
ook de toneelstukken regisseerde (Moliè
re o.a.!). Het was een gezellige school,
men maakte wandeltochten over Schou
wen van liefst 40 km. 's Middags eten bij
grootmoeder Constandse. In 1939 deed
ze eindexamen.
Heb je iets van de crisistijd gemerkt? Ja, je
had je huiswerk, uiteraard leefde men er
mee. Ik herinner me dat vader met
buurman Steur liep te wandelen en datze
tegen elkaar zeiden: "Als je het hoofd
maar boven water kunt houden." Dat was
in die tijd al heel wat. Hij betaalde rente
aan zijn familie en zal daardoor misschien
niet zo zwaar gezeten hebben als ande
ren.
Corrie wilde huishoudlerares worden. Ze
ging naar de huishoudschool op 't Ra
penburg in Leiden. Een oom was ex-di
recteur van Gemeentewerken, het echt
paar had geen kinderen. Haar zuster
voelde voor de boerderij, voor dieren.
Corrie was, zegt ze zelf, geen boerin; wel
heeft ze de interesse voor de tuin steeds
behouden. Ook in Leiden had ze het goed
naar haar zin. Ze kreeg er, zoals ze zei, een
vernisje; bezocht concerten, de schouw
burg, de Remonstrantse kerk. Ook leerde
ze er sociaal werk doen via haar tante, die
clubjes hielp organiseren in een wijk-
gebouw voor buurtwerk, hoewel ze zich
daar achteraf veel te groen en naïef voor
achtte.
Oorlog, bezetting,
Schouwen onder water,
evacutie
Hoe ondervond je de bezetting?
"Het beste herinner ik mij dat ik met vader
naar Leiden fietste en we drie weken on
geveer na het bombardement van Rot
terdam daar tussen de hier en daar nog
rokende puinhopen doorfietsten.
Na Leiden moest ze voor het volgen van
de opleidingsschool de Rollecate te De
venter in praktijk, telkens zes weken in
een gezin, bij Hogeveen, in Maasdam, in
de Wieringerwaard, in Winterswijk.
De familie Esselink in die laatste plaats