WALCHEREN, HET GEMISTE BRUGGEHOOFD H. G. F. Sasburg
De debacle van de overbekende invasie
van 1809, die niet alleen door de zeeuwse
koortsen, maar vooral door falend leider
schap werd veroorzaakt, gaf aanleiding
tot een parlementaire enquête in het En
gelse Hoger- en Lagerhuis. Men vindt de
ze opgetekend in "The Parliamentary De
bates" van 23 januari tot 1 maart 1810,
onder het hoofd "Expedition to the
Scheldt".
Bij deze enquête kwam een interessant
document ter tafel, opgesteld door de be
velhebber van de expeditionaire macht
op een tijdstip (3 november 1809), dat de
terugtrekking van het schamele restant
daarvan al ernstig werd overwogen en op
papier werd voorbereid. Dit "Report on
the Isle of Walcheren" geeft aan, hoe -
ondanks de geleden nederlaag - Walche
ren kon worden behouden als brugge-
hoofd op het Continent- een oude Engel
se droom! Een verkorte weergave volgt
hieronder.
Na enige bijzonderheden omtrent ligging
en grootte van Walcheren, vermeldt het
rapport, dat het eiland kan worden aange
vallen vanuit Sluis, de Westerschelde, de
doorgangen tussen Wolphaartsdijk 1),
Noord-Beveland en Zuid-Beveland, de
Oosterschelde, Oostende, Cadzand en
Hellevoetsluis, en geeft vervolgens aan,
hoe het in staat van verdediging valt te
brengen:
"Vlissingen en Veere dienen te worden
versterkt; een aantal Martello-torens2"),
voorzien van zwaar geschut, moeten
langs de kust verrijzen, met onder hun
bescherming batterijen en andere militai
re installaties, onderling verbonden door
voor veldartillerie geschikte wegen.
De verdedigingswerken van Vlissingen
dienen grondig te worden hersteld en uit
gebreid; met name moeten de flanken
worden versterkt, de grachten uitgediept
en kazematten voor ten minste 3.500 man
worden gebouwd, evenals bomvrije laza
retten, kruitmagazijnen en arsenalen. De
stad Veere dient eveneens te worden ver
sterkt, doch met dit verschil, dat kazemat
ten voor 1.500 manschappen voldoende
geacht worden, met de overige installa
ties naar verhouding. Het onderstaande
staatje no. 1 geeft aan, waar de Martello-
torens met bijbehorend geschut dienen te
komen.
De vier laatste zijn bedoeld als voorpos
ten voor Vlissingen en als uiterste grens
van een te creëren inundatie vóór deze
stad. Er is berekend, dat het vijf a zes da
gen zal vergen voor het water op voldoen
de hoogte aan deze torens staat. Het is
dus van groot belang, dat de vijand hier
tot zolang wordt tegengehouden, waarna
het gestegen water hem zal beletten, de
voorpostenlinie te doorbreken. Hierbij
wordt opgemerkt, dat de bestaande slo
ten in dit gedeelte van Walcheren, teza
men met een, aan de stadzijde op te wer
pen dijk, een halfcirkelvormige vest zou
den vormen, met - als gezegd - de keten
van torens als grens. Bij deze torens, met
uitzondering van de laatste vier, dient op
een afstand van 100-150 yards, al naar de
terreinsgesteldheid, een sterke batterij te
worden opgeworpen. Patrouilleschepen,
MAP OF THE ISLAND OF WALCHEREN.
From the latest Authorities.)