driekwart eeuw landbouwmaatschappij „de bathpolders" 77 lend. Het emergo was er ook: hoewel de maatschappij vele buien over het hoofd had zien gaan, kon het bedrijf in de zo mer van 1956, met gepaste trots, het vijftigjarig bestaan vieren. Tevens werd in herinnering gebracht dat de Eerste Bathpolder in 1 856 „aan de baren ont worsteld" was. De aandeelhouders ver gaderden op 29 juni, kregen een ge denkschrift en bezochten het bedrijf. Ten besluite van een gezamenlijke maaltijd werden aan de heren H. L. van de Griek, P. Kloet. J. van de Klooster. H. van der Maas en Jac. van Zweden een koninklijke onderscheiding aangebo den. Het vijftigste jaarverslag vermeldt in de aanhef nog dat het winstcijfer werd beïnvloed door het feit dat alle schapen èn op een van de drie boerde rijen de paarden, van de hand waren ge daan. Thans bezit de maatschappij in het geheel geen paarden, schapen en rundveestapel meer. In het Financieel Dagblad van 28 en 31 augustus 1 962 wordt de financiële si tuatie van De Bathpolders op de korrel genomen. Hierbij wordt ook de fusie met de Zeeuwsche Fruitteelt Maat schappij betrokken. Sedert 1958 bezit de maatschappij alle aandelen in deze n.v. De maatschappij heeft met defruit- teelt de wind niet in de zeilen gehad. (In 1 972 is defruitafdeling alszelfstan- dige dochteronderneming ontbonden en bij de moedermaatschappij „De Bathpolders" gevoegd.) Resumerend komt de schrijver van het artikel in het Financieel Dagblad tot de conclusie dat de rentabiliteit van de on derneming niet in overeenstemming is met de intrinsieke waarde. „De divi denduitkeringen zijn dan ook nimmer hoog geweest. Over de na-oorlogse werd gemiddeld 7% betaald." Over de uitkering van 5% in aandelen over 1959/1960 wordt gezegd: „Deze uit- De opmars van de techniek. Onderaan: tarweoogst in de Tweede Bathpolder. kering in aandelen - in plaats van in contanten werd nodig geacht in ver band met het feit dat in de komende ja ren aanzienlijke bedragen voor mecha nisatie nodig zouden zijn." In 1 961 had de maatschappij ruim 50 man in dienst en werd er f 344.000,- aan arbeids loon betaald. In zijn afscheidswoord op de algemene vergadering van aandeelhouders van 1 2 augustus 1971 heeft de scheidende directeur het over zijn investeringsnei gingen. Er is nog al eens aanleiding ge weest tot discussies over investeren of uitkeren. „In de laatste 30 jaren", zegt ir. Kakebeeke - zijn veel verbeteringen aangebracht, eigenlijk is een volledige interne herverkaveling, uitsluitend met eigen middelen gefinancierd, uitge voerd. Dat zulks nodig was bleek onder meer uit een vergelijking welke het boekhoudbureau met andere bedrijven in de omgeving opstelde en waaruit bleek dat in de eerste plaats in het op- brengstpeil, en niet in de kosten, naar verbetering gestreefd dient te worden. Wat op dit gebied bereikt is, vormt een stille reserve die slechts beperkt in de jaarcijfers tot uiting komt." In een interview uit 1 969 kon directeur Kakebeeke mededelen dat de bedrijfs leiding geheel gecentraliseerd was. Over de arbeiderswoningen werd mee gedeeld datveleaan mensen van buiten de provincie voor vakantie en week- eindrecreatie verhuurd zijn. Het bleek dat deze woningen zeer duur in onder houd werden. In de jaren zeventig zijn zij van de hand gedaan. Van de op brengst werd een grote bewaarruimte voor aardappelen gezet. Overzien wij de jaren sinds 1906 dan komen we bij het uitgangspunt terug: wat beweegt mensen iets te onderne men, ook wanneer blijkt dat de voorge schiedenis een drama is geweest? Na tuurlijk wil men de vruchten van het werk zien in geld waardeerbaar. Maaris het anderzijds ook niet een zeker genot van de spanning of het gaat gelukken? De werkers van het eerste uur van de maatschappij de Bathpolders moesten in 1 906 en 1 907 van de grond af aan beginnen, de grond die letterlijk in de beginjaren zeer bedorven was. Finan cieel en juridisch waren de problemen talrijk. Het gaat hier om een groot be drijf: Van de noordwestzijdetot het zui den beslaat het een afstand van 7 km. „Men moet", zegt Geuze in 1 956, „het belang van enkele grote bedrijven in een provincie dan ook niet onderschat ten... Voor grote werktuigdemonstra ties zijn deze bedrijven welhaast onmis baar. Alleen op „Middenhof" brachten

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1981 | | pagina 11