I
wat is hier al te verbeteren! het gantsche schoolwezen!
108
ne Verhandelinge in het drukken den
voorrang te geven, en in plaatse van me
taal eene duurzaame en dankbaare lofer-
kentenisse van 't Genootschap te doen
toekomen aan den zoo kundigen als ar-
beidzaamen Schryver; die, by de ope-
ninge van het verzegelde billet, gebleken
is te zyn de Heer Hermannus Johannes
Krom, Predikant, en Professor in de Ker-
kelyke Geschiedenissen aan de lllustre
School, te Middelburg.
- Waarom is goedgevonden, den gou
den eerpenning toetevoegen aan den
Schryver van het Antwoord, die tot zin-
spreuke gebruikt heeft:
Wordt Batoos kroost in deugd en God
vrucht opgevoed,
Zoo wordt ons nageslacht door Neêr-
lands God behoed:
en die bevonden is te zyn de Heer Korne-
lis van der Palm, Fransch en Neder-
duitsch Kostschoolhouder te Delfsha-
ven.
Ook zal door het Genootschap een zilve
ren eerpenning ter hand gesteld worden
aan den Schryver der Verhandelinge,
1e zijde dankbrief prijs verhandeling K. van der Palm uit Arch. Z.G. in Rijksarchief Zeeland.
voorzien met de zinspreuke: La nature
nous montre la difference infinie, que la
culture met entre deux terres, d'ailleurs
assez semblables: indien hy goedvindt,
zyn' naam en woonplaatse, binnen den
tyd van zes weken, aan het Genootschap
bekend te maken.
Uit de vier andere antwoorden zullen de
bijzonderheden en nuttige aanmerkin
gen bij wijze van nalezing openbaar ge
maakt worden, hetwelk geschiedde in
het 8e dl. van de Verhandelingen, blz.
393 e.v.
Ds. D. C. van Voorst, predikant te Cad-
zand, eerderte St. Anna ter Muiden heeft
zich ietwat verlaat bekend gemaakt als
auteur van de derde prijsverhandeling,
getuige een touchant schrijven, dat zich
eveneens in het archief bevindt (pak 62,
stuk 164). Ook bevindt zich daarin onder
nummer 105, een dankbrief van de met
goud bekroonde K. van der Palm, vader
van de latere Agent van Nationale Op
voeding J. H. van der Palm. (Zie foto's)
Krom, predikant en docent aan de toen
malige Latijnse school te Middelburg,
was overigens pas op 1 dec. 1778 tot lid
van het Genootschap 'geassumeerd',
zoals in het Boek van aantekening van
bestuursvergaderingen staat; hierna
volgt: 'Zijn E's antwoord op de vraag
betreffende de verbetering der schooien
word het beste gekeurd; maardegoude-
ne medaille kan zijn E. niet toegewezen
worden, omdat Hij een lid des Genoot-
schaps is; dus blijft er alleen over aan
zijne Verhandeling den voorrang in het
drukken te geven en aan den schrijver de
dankbare lof-erkentenis van dit Genoot
schap te doen toekomen.' (Arch. Z.G. 55,
blz. 142)
Zijn antwoord is bij lezing grondig in de
aanwijzing van de oorzaak: schromelijke
onwetenheid in Goddelijke zaaken is de
diepe oorzaak (Verh.: blz. 1); ook duide
lijk in de klachten: de schoolmeesters
beheersen zelf de te onderwijzen vakken
niet, de verdienste is karig, zodat bijba
nen bittere noodzaak zijn (blz. 72). Het
werk in de klas is ongeorganiseerd: geen
niveaugroepen. 'Een veelzins al te ge
strenge tugtoeffeninge' heerst er (blz.
23), met plak en roede, maar geen rust
die voortkomt uit milde tucht. Leerstof
wordt mechanisch verwerkt zonder uit
leg (blz. 24). Ook Van der Palm praat deze
door Krom genoemde zaken niet recht:
wat valt er hier al niet te verbeteren? Het
ganse schoolwezen, zo vat hij zijn klacht