uit de bouwgeschiedenis van het middelburgs gymnasium 103 VOORGEVEL LATIJNSE SCHOOLSTRAAT 10-12 Huidige voorgevel Latijnse Schoolstraat 10-12. Ook de leerlingen hadden een vaste plaats in de school! Ze lagen er namelijk in de kost, dit was een erg belangrijke inkomstenbron van de rector. Hoogst waarschijnlijk waren zij ondergebracht op de zolderverdieping, alleen te berei ken met een trap door de woning van de rector. De andere trap, rechts achter de school, diende om de lokalen op de ver dieping te bereiken. Over het interieur van de school is maar heel weinig bekend. De stadsrekeningen maken melding van de aanschaf van een vergulde spiegel (1724), van een koolij zer met plaat en pook, een inktkoker, 12 stoelen en nog een spiegel (pruikentijd!) in 1778. In 1762 is er sprake van het plaatsen van 18glazen ramen, mogelijkin deonderra- men van de kruiskozijnen. Deze waren toen al lang ouderwets en in 1774 is sprake van de aanschaf van twee nieuwe schuifkozijnen. In 1879 werd de school volledig ver bouwd (fig. 3). Een gevelsteen herinnert hier nog aan (fig. 4). Dit was noodzakelijk omdat het gemeentebestuur besloten had dat de latijnse school omgezet dien de te worden in een gymnasium. Het gebouw diende dan wel hiertoe geschikt gemaakt. Het Rijk zou de helft van de kosten betalen. In het Verslag van B. en W. aan de gemeenteraad over 1879 le zen we dat het gymnasium herbouwd is, te weten het gedeeltelijk afbreken van de schoollokalen, vernieuwen van het ach tergebouw, veranderen van de woning, vernieuwen van de dakbedekking. Aan nemer is H. P. van de Ree voor 8790,-. Hetverslag meldt evenwel: "Tijdensden bouw bleek echter, dat de muren van het achtergebouw in zoodanigen slechten toestand verkeerden, dat deze aan de achterzijd geheel moesten worden weg gebroken. De balkgrond onder den vloer in een der lokalen was geheel vervuurd, zodat ook daarvan eene geheele ver nieuwing onvermijdelijk bleek. Op de verdieping, behoorendetot de voormali ge woning van den rector, werd de stee- nen vloer in den gang opgeruimd en door hout vervangen, een plafond aan gebracht en geverfd". Totale kosten 9144,50; het verbouwen van de rec torswoning tot conciërgewoning kostte ook nog eens 2599,-. Het krediet was veel te laag geraamd, gelukkig betaalde het Rijk de helft! Ook de inrichting werd vernieuwd en uitgebreid: dezelfde Van de Ree leverde 25 schooltafels (voor 349,-) en vier grote tafels en wat verder meubilair (voor 224,72). Bij deze verbouwing werd het aan de school grenzende vertrek van de voor malige rectorswoning veranderd in lera- renkamer. Dit maakte verplaatsing van de ingang noodzakelijk om te voorko men dat de leerlingen via de lerarenka- mer naar het ernaastgelegen leslokaal moesten gaan. Achter de nieuwe ingang doet het oorspronkelijke lokaal sedert die tijd dienst als hal. Achter de school worden nog drie lokalen gebouwd, zo dat in 1879 het gebouw bestaat uit 7 lo kalen, 2 privaten, wachtkamer conciër ge, lerarenkamer, spreekkamer, een ver trek ten dienste van de rector. Aldus het Verslag uit 1879. In 1922 tenslotte werd de achterbouw uitgebreid met drie nieuwe lokalen zij het niet al te degelijk. De laatste verande ring vond plaats in 1947. De conciërge had namelijk geen eigen werkvertrek en werkte daarom meestal thuis in de keu ken. In 1947 nu werd de rectorskamer werkruimte voor de conciërge en nam de rector het laatste van de eerste drie leslokalen van de achterbouw in ge bruik. Sedert die tijd zijn er geen veranderin gen in bouwkundige zin opgetreden. Wel heeft het gymnasium (de gymna sium-afdeling van de Stedelijke Scho lengemeenschap) het gebouw verlaten. Het gebouw is daarna grondig opge knapt waarbij o.a. de voorgevel witge-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1981 | | pagina 5