de rijksnormaallessen te tholen
162
schoolinspectie, dat alle leerlingen op
moesten gaan. Dit betekende, dat er
strenger werd toegekeken bij de over
gang van de derde naar de vierde klas.
De eerste jaren werd er slechts lesgege
ven in de verplichte vakken van de lage
re school, opvoedkunde en methodiek.
Spoedig kwam hier tekenonderwijs bij.
De hiervoor noodzakelijke leerkracht
werd enige jaren door de onderwijzers
betaald. Nadat het tekenonderwijs in
1890 op de lagere school een verplicht
vak werd, betaalde het rijk deze leer
kracht.
Behalve de leerboeken waren er voor
dit onderwijs pleistermodellen, orna
menten en pleisterkoppen uit de rijks
gieterij te Delft.
Vóór 1 890 zijn ook andere vakken inge
voerd, namelijk wiskunde (meetkunde
en algabra), Frans, gymnastiek, nuttig
en fraaihandwerken voor meisjes en ge
zondheidsleer. Dit laatste vak wasvoor-
al toegespitst op de bestrijding van het
alcoholisme.
In 1 909 werd het vak kennis der natuur
ingevoerd. De laatste jaren voor de
opheffing werd in de derde en vierde
klas scheikunde gegeven. Flet was ech
ter geen examenvak, waardoor de be
langstelling gering was.
Lesmateriaal en excursies
Volgens L. K. van Dijk was er veel mate
riaal voor de lessen. Voor aardrijkskun
de had men de beschikking over kaar
ten, atlassen, platen - onder meer van
de Indischeculturen - een globe en een
tellurium. Met dit laatste toestel kon
men de bewegingen van de maan en
aarde aanschouwelijk maken.
Voor het vak kennis der natuur had men
een menselijk geraamte, een openge
werkt torso, waardoor de organen in
borst en buik te zien waren, modellen
van een hart en strottenhoofd, geraam
ten van dieren, opgezette vogels en die
ren op alcohol.
Plantkundig materiaal verzamelden de
leerlingen in de polder. Ook ging men
wel eens botaniseren op de Brabantse
zandgronden en bezocht men dichter
bij huis de buitenplaats van jhr. Jan van
Vredenburg „Buitenzorg" met zijn plan
tenkassen, orchideeën, palmen, bloe
men en heesters.
In de hoogste klas werden excursies ge
maakt naar de bietsuikerfabriek, de spi
ritusfabriek, de ijzergieterij en een
drukkerij te Bergen op Zoom. Voor het
bezoek werd een les aan het desbetref
fende bedrijf gewijd.
Verder was er een schoolbibliotheek op
letterkundig gebied. Uit bijdragen van
de onderwijskrachten was een boeken
fonds gevormd, waardoor kinderen van
minder draagkrachtige ouders leerboe
ken van school konden krijgen.
De praktijklessen vonden plaats op de
school in de woonplaats van de leerling.
Onder toezicht van de meester konden
zij dan lesgeven.
De voorschriften voor het verzuimen
van lessen waren streng. Wanneer men
langer dan tien dagen ziek was moest
men een doktersverklaring meenemen.
De opheffing
In 1905 werd het 25-jarig bestaan ge
vierd met een diner in „Flet Flof van Hol -
land"; 's-avonds was er een reünie van
onderwijzers en oud-leerlingen in het
verenigingsgebouw „Non Semper"
(thans Chr.-Geref. kerk) aan de Vis-
straat.
De wens dat men ook het 50-jarig be
staan zou vieren, is niet in vervulling ge
gaan.
Door het reorganiseren van de onder
wijzersopleidingen, die ten doel hadden
het peil van de opleidingen te waarbor
gen en op de kosten van de onderwij
zersopleiding te bezuinigen, werd de
rijksnormaalschool te Tholen evenals
het merendeel van de 69 andere nor
maalscholen met ingang van 1 mei
1 923 opgeheven. De voorbereidende
klas werd reeds een jaar eerder geslo
ten.
Een audiëntie van eenTholense delega
tie bij minister De Visser heeft geen in
vloed op het besluit tot opheffing ge
had.
Na de sluiting vervolgden de leerlingen
hun opleiding aan de kweekscholen te
Goes en Zierikzee. Ook het lesmateriaal
ging naar deze scholen.
Flierdoor kwam een eind aan de enige
inrichting op Tholen, die toen gelegen
heid bood een goede betrekking te krij
gen. Enige honderden onderwijzers en
onderwijzeressen zijn op deze school
gevormd. Velen haalden daarna in be-
trekkelijkkortetijd hun hoofdakte. Door
verdere studie konden sommige van
hen leraar aan een HBS worden of kre
gen andere goede banen bij de post en
de belastingdienst.
Bronnen:
Gemeentearchief Tholen: Archief van de gemeente
Tholen; ingekomen stukken, notulen, jaarverslagen
en verder, inventarisno. 1 598.
Rijksarchief in Zeeland: Archief van het toezicht op
het lager onderwijs, inventarisno. 33, 35 en 70.
Staatsbladen 1857, 1878, 1890, 1909.
Provinciale verslagen 1857-1920.
L. K. van Dijk: Zijn op schrift gestelde herinneringen
inzake het onderwijs op Tholen.
J. Meerman: „Het onderwijs te Tholen", lerseksche
en Thoolsche courant 29 november 1 91 3.
R. Turksma: „De geschiedenis van de opleiding tot
onderwijzer in Nederland aan de openbare, prot -
chr. en bijzonder neutrale instellingen", 1961.
Proefschrift.
Lager onderwijs in de spiegel der geschiedenis
1801-1976.