het voorkomen van de fuut (podiceps cristatus I.)
in oostelijk zeeuws-vlaanderen in een zeeuws perspectief
174
figuur 5a en 5b. Ontleend aan Van den
Boogert (1 979), met toestemming van
DIHO Yerseke.
Groep 128, 58
Deze lokaties vallen in de overgangszo
ne van zoet naar oligohalien (0-2,75 °/oo
Cl") en worden gekenmerkt door een
bijna gemis aan brakwaterorganismen.
Groep 2: 29, 27, 38, 41, 39, 43
De lokaties vallen in de overgangszone
van zoet naar oligohalien (0-2,75%o
Cl-). De groep wordt gekenmerkt door
het gecombineerd voorkomen van
zoet- en brakwatersoorten waarbij zij in
zijn algemeenheid meer brakwater
soorten bevat dan de vorige en deze
hebben een ruime zouttolerantie. Op
vallend is het soms massaal optreden
van libellelarven.
Groep 3:
I, 44, 26, 37, 20, 48, 25, 42
Deze gebieden behoren tot het oligoha-
linicum of het /?-mesohalinicum (0-
5,5°/oo Cl-). De groep wordt geken
merkt door frekwent voorkomen van
brakwatersoorten. Het aantal limnische
soorten neemt af en het aantal water
wantsen is relatief groot. De brakwater
soorten zijn zeer algemeen en hebben
een ruime zouttolerantie.
Groep 4:
II, 30, 40, 47, 45, 60, 34, 32, 49, 35,
33
De groep valt in het brakke deel van het
oligohalinicum of in het/?-mesohalini-
cum. Het kenmerktzich door de aanwe
zigheid van brakke soorten, de afwezig
heid van limnische soorten en de lage
soortenrijkdom van wantsen en Chiro-
nomiden.
Groep 5:
12, 19, 36, 11, 15, 14, 52, 53, 54, 56,
50, 46, 59, 18, 51, 3, 57, 55, 31,4
Over het algemeen behoren de soorten
tot het brakkere deel van het /?-meso-
halinicum en het a-mesohalinicum: De
typische brakwatergroep waarin ook al
mariene soorten zijn geïnfiltreerd.
Groep 6:
6, 22, 23, 24, 8, 9, 13, 21, 17, 16
Dit zijn lokaties met een a-mesohalien
tot polyhalien karakter, hetgeen ook
blijkt uit de diverse mariene soorten.
Limnische soorten ontbreken vol
komen.
Bijlage II
Klassificatie naar gemiddeld chlori
degehalte (x).
(Ontleend aan Van den Boogert, 1 979,
met toestemming van DIHO Yerseke).
Cluster 1
x 0,1 6- 2,84 °/oo zoet tot oligohalien.
Cluster 2:
x 3,02- 8,08 °/oo duidelijk mesoha-
lien
Cluster 3:
x 7,09-1 5,31 °/oo a-mesohalien tot
polyhalien
Geraadpleegde literatuur:
Alleyn, W. F. e.a., 1971: Avifauna van Midden-Ne
derland. Assen.
Baptist, H. J. M., 1 976: Vogels op de Grevelingen.
Sterna 25: 41 -45.
Bauer, K. M. en U. N. Glutz von Blötzheim, 1966:
Handbuch der Vögel Mitteleuropas. Band I. Frank
furt am Main.
Boogert, J. J. van den, 1 979: Klassificatie van brak
ke binnenwateren in Zeeland op grond van hun
macrofauna. Studentenverslag D5-1 979. Yerseke.
Buise, M. A., 1977: Het Groot Eiland, centraal.
Hulst.
Dool, W. H. van den, 1 974: Canisvliet, een grensge
val. Zeelandreeks deel 1. Middelburg.
Enkelaar, H., 1967: De Avifauna van West-
Zeeuwsvlaanderen 1 957-1 967. Stencil. Oostburg.
Geiger, W., 1 957: Die Nahrung der Haubentaucher
des Bielersees. Orn. Beob. 54: 97-133.
Grootjans, B. M., 1 979: De Voorste Kreek te Hoek.
De Steltkluut 9: 50-63.
Gijsel, M., 1 972: De waterkwaliteit van de water
loop van Clinge naar het Groot Eiland. Stencil.
Hulst.
Leys, H. N. en J. J. F. E. de Wilde, 1 971: Het voorko
men van de Fuut Podiceps cristatus L. in Nederland.
Limosa 44: 1 33-1 83.
Maas, P. A., 1 978: De Otheense Kreek, vogelkun-
dig. Hulst.
Maebe, J. en H. van derVloet, 1956: De Avifauna
van het Verdronken Land van Saeftinge. De Gier
valk 46: 151-190.
Meininger, P. L., 1977. Verspreiding en aantallen
van de broedvogels in Zeeland. Middelburg.
Munck, W. de, A. J. J. Sandee, J. M. Verschuure en
L. de Wolf, 1 978: Chloridegehalte, peilvariaties en
zuurgraad van een aantal binnenwateren in het Del
tagebied gedurende de periode 1968-1975. Stu
dentenverslag. Yerseke.
Muus, B. J., 1966: Zeevissengids. Amsterdam/-
Brussel.
Muus, B. J. en P. Dahlstrpm, 1 968: Zoetwatervis-
sengids. Amsterdam/Brussel.
Pauw, N. de e.a., 1 977: Onderzoek naar de water
kwaliteit in Noord- en Zeeuwsch-Vlaanderen. De
Gouden Delta 3, pag. 50-89. Wageningen.
Smulders, B. J., A. Joosse en R. J. Smulders-de
Smit, 1969: Avifauna van Walcheren. Wet. Med.
KNNV no. 82. Hoogwoud.
Sponselee, G. M. P. en M. A. Buise, 1975: Avifauna
van Oostelijk Zeeuws-Vlaanderen. Zeelandreeks
deel 2. Middelburg.
Sponselee, G. M. P. en M. A. Buise, 1 979: Het Ver
dronken Land van Saeftinghe. Kloosterzande.
Steen, J. J. van den, 1 968: Canisvliet. Alcedoreeks
deel 4. Oostakker.
Steen, J. J. van den: Ornithologisch verslag Canis
vliet Sas van Gent 1 968/69. Stencil. Sas van Gent.
Steen, J. J. van den: Fauna-Floraverslagen kreken-
gebied Canisvliet Sas van Gent. 1969/70,
1970/71, 1971/72 en 1972/73. Stencils. Sas van
Gent.
Steen, J. J. van den en J. Verloove: Fauna-Florarap-
port Staatsnatuurreservaat Canisvliet te Sas van
Gent. 1973/74, 1974/75, 1975/76. Stencils.
Gent.
Suetens, W. J., J. van den Steen, J. P. van der
Weghe, J. van Impe en H. Wille, 1961: De Avifauna
van de Braakmanpolder. De Giervalk 5164-11 3.
Teixeira, R. M., 197 9: De Atlas van de Nederlandse
Broedvogels. 's-Graveland.
Thijsse, J. P., 1 932: Vogels tellen. De Levende Na
tuur 37: 156.
Thijsse, J. P., 1944: Het Vogelboekje, 4e druk.
Laren.
Tombeur, F. L. L., 1 975: Zwartenhoek, een evalua
tie. Terneuzen/Kloetinge.