De stem van het volk Brochures voor en na 1900 wonen in middelburg 197 Op 16 januari 1901 houdt burgemeester Schorer in de ge meenteraad van Middelburg zijn nieuwjaarsrede, een indruk wekkende toespraak die duidelijk zijn sociale betrokkenheid verraadt. Hij begint met de toespraak die de voorzitter van de gemeenteraad op 3 januari 1 801 - het zevende jaar van de Ba taafse vrijheid - hield. Hij vergelijkt de stand van zaken in 1 801 en 1 901 .De 1 9de eeuw, zegt hij dan, kenmerkt zich door de op komst van de derde stand. Maar wat blijkt nu: 'Die groote mate van welvaart welke die opkomende en zich meer en meer bevestigende derde stand genoot, is naar het mij voorkomt de oorzaak geweest dat niet allen, ja zelfs zeer velen die weelde niet hebben kunnen dragen, dat zij, bewust van hun kracht door geldbezit, hetwelk zich steeds bij hen ophoopte, zich hebben laten verleiden tot het gebruik van dat geld, een ge bruik der Maatschappij tot ramp en hun tot schande. Hoe be droevend het dan ook moge klinken, ik neig er toe de 1 9de eeuw te noemen, de eeuw van het geld. De geldmacht overheerscht onze Maatschappij en het is treurig te moeten zeggen, dat wan neer ons de eene of andere schurkenstreek bekend wordt, maar al te dikwijls op groote schaal aangelegd en uitgevoerd, dit ons niet verwondert, al wekt het ook onze groote ergernis.' Wat zien we nu, in 1901 Duizenden en duizenden in alle lan den doen hun stem opgaan en verlangen hetzelfde wat in het verleden de derde stand vroeg. 'Ik vermeet mij niet het vraagstuk op te lossen: welke gevolgen zal het streven van die duizenden hebben voor de Maatschap pij? wel mogen wij de vraagstellen: zijn die duizenden rijp om te verkrijgen hetgeen zij vragen, zal dan de tijdgeest, die alles overheerschende macht, hun kunnen en mogen onthouden waarop zij meenen recht te hebben? zal dan de Maatschappij door dien tijdgeest gedrongen zich niet als van zelve vervor men, ten einde ook dezen toe te kennen wat zij verlangen? Naar het mij voorkomt Mijne Heeren, wijst de geschiedenis der menschheid en de ontwikkelingsgang der Maatschappij er op dat, wanneer het oogenblik gekomen is, ook dit zal plaats heb ben tot heil van allen.' Wanneer wij deze woorden van jonkheer Schorer op ons laten inwerken, vragen wij ons af welke terugblik over de twintigste eeuw de burgemeester van Middelburg in 2001 zal geven in zijn nieuwjaarsrede. Schorer gaat ook op zeer concrete verschillen tussen 1800 en 1900 in. Kosten armenzorg: 7 81.384,- in 1 800; 734.1 58,- in 1 899. De bevolking bereikte weer het aan tal van 1800 dat toen 19.000 bedroeg; in 1825 13.257; in 1850 1 5.660; in 1 900 18.831. Vooruitgang was geboekt op het gebied van het onderwijs en in niet mindere mate 'is dit het geval met de zorg der overheid voor de volksgezondheid, en dat in den loop der 1 9de eeuw ook voor Middelburg in dezen tak van dienst een groote verbetering is gekomen, bewijst wel het groote verschil in het sterftecijfer van toen en nu. In het jaar 1800 toch hadden er in deze gemeente 774 sterftegevallen plaats, terwijl in 1 899 dit 287 bedroeg; in het jaar 1 800 dus 40,73 per duizend inwoners en in 1 899, 1 5,20 per duizend in woners. Het sterftecijfer is dus in het jaar 1 800 2,6 dit is ruim 2V4 maal grooter dan in 1 899. Natuurlijk hebben hier allerlei invloeden gewerkt, maar zeker is het dat de zorg voor beteren waterafvoer, riolering, betere woningtoestanden en strenger toezicht op de volksgezondheid tot het verkrijgen van dit verblijdende resultaat hebben medegewerkt'. Wie het zeker niet op het punt van de volkshuisvesting met de burgemeester eens zullen zijn geweest, waren de leden van de 'Middelburgsche Bestuurdersbond', een onderafdeling van de Middelburgse afdeling van de sdap. De bestuurdersbond was net opgericht en voorzitter daarvan werd D.Bimmel, die wij te genkomen als mede-auteur van de in februari 1 904 verschenen brochure Arm Middelburg. Hoe het woont! Hoe het leeft! B im- mel was letterzetteren samen met de timmerman C.J.Riemens laat hij weten hoe droevig het is gesteld met de volkshuisves ting in Middelburg. Bimmel en Riemens waren twee van de dui zenden door burgemeester Schorer genoemd, die bereid waren alles in te zetten voor hetgeen zij als hun democratische rechten beschouwden: algemeen kiesrecht en afvaardiging in de colle ges van de overheden. Bij een tussentijdse verkiezing voor de gemeenteraad van Middelburg in 1903 kreeg Bimmel in Di strict III 148 stemmen en in 1905 202. Meertens vermeldt dat district III het arbeidersdistrict was waar de bewoners van de Nederstraat, de Eigenhaardstraat, het Arnemuids voetpad, de Veerseweg en hun omgeving hun stem uitbrachten. Typische arbeidersbuurten met behalve dan de Eigenhaardstraat slechte arbeiderswoningen. Niet vergeten mag worden dat de tekeningen voorde brochure van 1904 waren van mejuffrouw A.O., initialen voor Albertha Ogterop. Zij wordt op de omslag vermeldt als lid van de Vrou wenvereniging 'Samen Sterk', opgericht door Mathilde Berde nis van Berlekom, de vrouw van Wibaut. Bertha Ogterop, die nooit getrouwd is geweest, heeft haar hele leven zich bezig ge houden op het sociale en culturele vlak, vooral voor de slecht en minder goed bedeelden in de samenleving. Zij was een van de mensen die de jeugdbibliotheek 'runde', later tevens de open bare bibliotheek. Als wijkbezoekster kende zij de armoede in de wijk rond de Oostkerk. Als presidente van de Vereeniging Zeeuwsche Dorcas, waarvan de leden kledingstukken maakten voor minvermogenden, zorgde zij ook hiervoor in deze wijk. Een van de meest navrante tekeningen is die van het interieur van Perceel K 268, Lange Geere. Een deel van het gezin van negen personen is aan het erwten lezen: 'Met zenuwachtige overspanning, telkens weer met de oogen den vóór hen liggenden hoop metende, werden de erwten om en om gerold, totdat zij in een houten kistje terecht kwamen. En men kon den kinderen aanzien hoe zij naar het einde verlang den, want het waren de laatsten die nog in huis waren. Als die al lemaal waren uitgezocht mochten ze wat gaan spelen.'

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1982 | | pagina 15