■¥mmm het verdwijnen van de karakteristieke bebouwing op het zeeuwse platteland 67 Toevoeging van nieuwe schuren en torensilo. twee aparte gebouwen. Dit blijkt uit het verschil in dakhoogte: het dak van de schuur steekt meestal boven dat van het huis uit. Het komt ook voor, dat schuur en woon huis gescheiden van elkaar zijn ge bouwd. De daken bezitten altijd steile kappen met een hellingshoek van onge veer 45°. De houten schuren zijn altijd zwart geteerd en voorzien van witte randen langs deuren, vensters en hoe ken van het gebouw. In de grote men deuren is een „klienket" gemaakt (een kleine deur voor personen). Bij de ste nen schuren zijn de mendeuren even eens zwart met een witte belijning. De rieten daken welven over de mendeuren heen, terwijl bij pannendaken de goot, die bij rieten daken ontbreekt, op de hoogte van de bovenkant van de men deuren ligt. De gevelindeling van het woonhuis is eenvoudig en meestal sy- metrisch met aan beide zijden van de deur twee hoge ramen. In het dak zijn geen ramen aangebracht. De kleine boerderijen zijn vaak onder één doorlopend dak gebouwd, er ko men zowel houten als stenen schuren voor. De vormgeving van de woning komt overeen met die bij de grote boer derijen, zij het vaak met één of twee ra men minder. De landarbeidershuisjes zijn klein en eenvoudig soms met slechts één deur aan de achterzijde. Hierin zijn vaak, op kleine schaal uiteraard, de kenmerken van de boerderijbouw terug te vinden, zoals bijvoorbeeld de raamindeling en soms het gebruik van gepotdekselde zwart geteerde planken. Recente ontwikkelingen bij grote boerderijen. Een belangrijk deel van de grote boer derijen funktioneert nog als agrarisch bedrijf. De moderne bedrijfsvoering stelt uiteraard nieuwe eisen aan de be bouwing, waaraan een ondernemer te gemoet dient te komen. Hoge steile kappen zijn niet meer funktioneel, bij nieuwbouw worden dan ook platte of flauw hellende daken toegepast. De in deling van de schuren is gewijzigd waardoor de grote deuren niet meer aan de lange zijde maar aan de korte worden aangebracht. Hout en riet zijn vergankelijke materialen en behoeven veel onderhoud, terwijl baksteen en pannen kostbaar zijn. De bouwmateria len van deze tijd - beton, eternite, alu minium en kunststof - zijn voor een ekonomisch verantwoorde bedrijfsvoe ring onmisbare ingrediënten geworden. Voorts hebben nieuwe eigentijdse bouwwerken bij het agrarisch bedrijf hun intrede gedaan: (toren)silo's en windturbines. Wanneer de bestaande bedrijfsgebou wen niet meer voldoen aan de moderne bedrijfsvoering kunnen enerzijds de be staande gebouwen aangepast worden en anderzijds kunnen er nieuwe be drijfsgebouwen worden opgericht. Bij aanpassingen van bestaande schuren worden veelal de oorspronkelijke mate rialen vervangen door eigentijdse. In dergelijke gevallen blijft de uitwendige vorm in harmonie met het geheel van de boerderij. Er kunnen echter ook veel in grijpende verbouwingen noodzakelijk zijn, of erger nog het gebouw is niet bruikbaar meer en wordt afgebroken om plaats te maken voor een modern bedrijfsgebouw. Door de veel grotere schaal van de huidige bedrijfsvoering die zich ook weerspiegelt in de grootte, de vorm en het materiaalgebruik van de nieuwbouw, ontstaat een disharmonie Bungalowbouw op het platteland.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1983 | | pagina 27