DE „SMIDSE" VAN KEES KEIJZER Ir. M. A. Geuze Een man van ijzer en staal. Dan kun je denken aan De Ruyter. Je kunt in andere zin ook denken aan Kees Keijzer. Wie is Kees Keijzer?Een beeldhouwer waarvan veel werk in Zeeland aanwezig is. in de jaren zestig was hij een keer bezig bij een schooi in Domburg een staal- piastiek te plaatsen. Een oude overbuur man, in Zeeuws costuum, kwam dat ge doe wat nader bekijken. Op een gegeven moment kwan het los: „Mo'k dae noe de rest van m'n leven tegen an kiekel". Waarop Cees met geen seconde tussen- poze: „Da motte ze tegen joe toch ok". Wie is Kees Keijzer? Verleden najaar is dat te zien geweest op een grote overzichtstentoonstelling in het Markiezenhof te Bergen opZoom. Lambert Tegenbosch die t.g.v. de ver nissage de inleiding hield begon met te zeggen dat de relatie tussen biografie en beeldende kunst raadselachtig is, maar uiteindelijk kwam het er op neer dat we in het geval Keijzertoch wel met een opgelegde levensweg te maken hebben. Geboren in een smidse bleef hij bij het ijzer, zij het dat bij hem de over maat van kracht in het smeden tot het spel leidt en dat vervolgens de artist gaat opstaan. Aanvankelijk met de na druk op het constructivisme, grote „sta len" elementen die elkaar nodig hebben tot steun, het werken met balken, pla ten, kettingen, combinatie van ijzer en steen. Daaruit volgen meer decoratieve elementen, het gebruik maken van con trasten die zich aanbieden, het één schenkt aan het ander individualiteit en uit de combinatie van feitelijk materiaal en organische opvattingen groeien dan vaker surrealistische motieven en ele menten, gestolde momenten van onal ledaagsheid, beelden uit primitiever ae- ra's, werk ten slotte met een intensiteit en integriteit dat past in het geheel van een menselijk leven, ingeweven in geëngageerde kunstwerken. Werk en omgeving. Welnu, deze woorden van een gezag hebbend man als Tegenbosch liegen er niet om. We mogen wel aannemen dat Keijzer - onterecht - in Zeeland te wei nig bekend is. Hij is bovendien geen man - deze beeldhouwer van professie, die als leraar aan de School voor Ex pressie te Roosendaal enig basisinko men heeft - die de grote kunstcentra, de steden heeft gezocht om een wijde vermaardheid te genieten. Wel staat zijn werk van Bolsward tot Sluis. Wel is hij met name in een ruime kring rond zijn woonplaats Wouw, in het West- Brabantse dus, een begrip met de Pin van Putte; de Ontmoeting (tussen Etten en Leur); het Krabben-monument in het Vierkantje te Bergen op Zoom en in zijn eigen woonplaats bij het scholencom plex de 7 meter hoge Uilenboom. Ik zal niet nalaten mijn kleinkinderen telkens daarmee naar toe te nemen. Ik voeg daaraan toe een plastiek aan de voorge vel van het politiebureau te Waalwijk, een compositie die de beschermende werking van het politieschild symboli seert en die als het ware als omgekeerd Kees Keijzer in zijn atelier. eekhoorntjesbrood een reliëffunctie vervult. Eveneens een indruk in de sfeer van behoeden gaat uit van een ander plastiek in de Langstraat aanwezig, na melijk „de Vlonder" waar een rijtje kin derfiguren, de kleinste door grotere tussenin genomen, een bruggetje pas seert. De schoolkinderen immers in dat waterrijke tuin- en weidegebied lopen dagelijks door dat riskante terrein met loopplanken en vlonders. De mogelijk heden van het „ijzer"-werk blijkt uit de ze tegenstelling binnen het begrip „be scherming", enerzijds het harde disci plinaire politieschild, anderzijds de be warende jeugdfunctie, vrijwillig disci plinair, beide malen de mens in zijn le ven. Smidskind en opleiding Doch voorlopig genoeg hiervan. We

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1983 | | pagina 14