over boeken/kroniek 30 posthuum ereburger van Zierikzee, be waard. Waarom was ik nu wat teleurge steld bij herlezing? Zijn ze al gedateerd, zijn ze bij gebrek aan actualiteit toch te vlak? Of was de keus niet pittig genoeg; ik vrees het laatste. Van dialectgebruik bijvoorbeeld is weinig, te weinig terug te vinden. Soms slaat de vlam nog over, zo bijvoorbeeld op pagina 40 (Toen) bij de herinnering aan de watersnood. Daar treft een zin als: „Bij de vloedplan ken aan de Zierikzeese „kaai" zei men half twaalf's avonds dat „ze het niet be grepen". Maar f 1 7,50 voor 39 cursief jes is ook niet goedkoop. En zoals zo vaak houden uitgevers geen rekening met oudere lezers, wier ogen niet al te best meer zijn. Ter gelegenheid van een tentoonstel ling in het Stedelijk Museum van Vlis- singen verscheen een voortreffelijke uitgave „Wonen in Vlissingen", dat in 50 pagina's tekst, inclusief zeer talrijke illustraties een overzicht geeft van elf eeuwen Vlissings woonhuis R. J. W. den Broeder, N. Out en C. H. J. Peters5). Deze samenwerking van museum en gemeentelijke archiefdienst heeft tot een zeer geslaagd werkje geleid, dat geen lacunes lijkt te bevatten, integen deel in zijn beknoptheid volledigheid heeft nagestreefd en nagenoeg bereikt. Een verklarende woordenlijst met prij zenswaard toegelichte vaktermen be sluit een en ander. Zeer aanbevolen! Van een al even degelijk kaliber, eigen lijk nog nauwgezetter en minitieuzer bewerkt en buitengewoon exact gedo cumenteerd is „In en rondom „De Schaepskoye"" door Jhr. G. Ploos van Amstel6), een beschrijving van het in ieder geval van meer dan ruim vierhon derd jaar geleden stammende oude pand aan de Lange Gortstraat, de eerste en thans enig-monumentale ambtswo ning voor een agent van De Nederland- sche Bank N.V. Het is een boeiende ge schiedenis geworden van een oud Mid delburgs kapitaal pand, bewoners, ver bouwingen, kunstzinnige inrichting en bestemming en - alweer - voortreffe lijk geïllustreerd. Bij „Mijn naam is Elenbaas"7) zijn we in de genealogische sector aangeland. Dr. Els Elenbaas-Bunschoten, natuur kundige, nog slechts 32 jaren oud, is tien jaren met het onderzoek naar de geslachtsnaam Elenbaas bezig ge weest. Het hoofdgedeelte van het boek handelt over de genealogie van de Elen- bazen gedurende ongeveer vier eeu wen. De stamvader is Cornel is Claes van Stavenisse. Er wordt onder andere aan dacht besteed aan de betekenis van de naam (ging niet een scabreus Huygens' versje over Klaas - êêlen baas?), de verspreiding van de Elenbazen in de loop der eeuwen, enige afleidbare sta tistische gegevens en het Elenbaas-wa- pen. Interessant (hoofdstuk 7) is dat de familie zovele emigranten telt. Zo blijkt dat van 1 600 tot halverwege de 1 9e eeuw de Elenbazen Zeeland trouw ge bleven zijn. Daarna hebben zij zich in snel tempo en in grote getale over een groot deel van de wereld verspreid. Van de Elenbazen die de laatste dertig jaar ter wereld zijn gekomen, is nog maar een vijfde in Zeeland geboren. 97% woont nu in Nederland en de Verenigde Staten. Voor zover de gegevens uit de Verenig de Staten compleet zouden zijn (het geen bij gebrek aan respons niet het ge val kon zijn), blijken er vijf plaatsen te zijn met 25 of meer inwoners Elenbaas, namelijk Poortvliet, Sint-Annaland en Amsterdam in Nederland, voorts Jeni- son en Zeeland in Michigan V.S. 37% van allen woont nu in deVerenigdeSta- ten. Bij de algemene volkstelling van Nederland in 1947 was meer dan 1 van de inwoners van Sint-Annaland een Elenbaas. Tot en met de negende gene ratie van de twaalf was de helft of meer boer. In generatie twaalf maar 10% meer. Opvallend is in de latere genera ties hoevelen in de technische sector „vererfd" zijn (ingenieur, metselaar, timmerman). Prominenten lijken voor alsnog zeer zeldzaam, wel de nodige burgemeesters, artsen, dominees enz. en niet te vergeten de grafisch kunste naar Wally Elenbaas. Het 236 pagina's tellende boek telt nogal wat foto's. Het is niet vlekkeloos van uitvoering en wat de vermelding van bijzondere feiten ten aanzien van betrokkenen betreft zou het ongetwij feld voor interessante uitbreiding vat baar zijn geweest, indien nog wat met deze uitgave zou zijn gewacht. De schrijfster heeft er echter de voorkeur aan gegeven reeds tot publicatie - in eigen beheer - over te gaan en vraagt in een bijgevoegd velletje om kritiek en aanvullende informatie. Tenslotte vragen we aandacht voor de (voortgezette) Zeeuwse kalender - 1984 - „Levende Herinneringen" (Tholen, Sint-Philipsland, Noord-Beve land) met veertien tekeningen uit deze (schier-)eilanden van Trees Verwil- ligen8). Door drie eerdere jaaruitgaven (Walcheren, Zuid-Beveland, Schou- wen-Duiveland) heeft deze reeks intus sen een ruime en gewaardeerde be kendheid weten te verwerven. De tek sten aan de ommezijde van de pen tekeningen zijn ook goed verzorgd, hoewel niet vlekkeloos, 't Veer van Go- rishoek ligt niet onder Poortvliet, maar hoort bij Scherpenisse. En zijn er nu twee of drie knechtshuisjes op de teke ning van St. Philipsland en is het nu het raadhuis of het rechtshuis in de tekst over Oud-Vossemeer? De tekeningen zelve trachten steeds karakteristieke plekjes vast te leggen, waarbij ook - denk ik - gemikt wordt op nostal gische gevoelens van oud-bewoners. Het goed recht van de tekenares overi gens. Soms zou een tekening in een wat ruimer kader te prefereren zijn geweest. Opvallend goed is steeds de weergave van bomen, terwijl zij ook „waterparti jen" extra fraai weet te vertolken. De prijs in deze jaarserie gaat naar de no- vemberplaat: het bootje bij Anna-Jaco- bapolder. G. 1A. J. de Broekert: 400 jaar Hervormde Gemeente te Oostkapelle, 1979. 2) F. v. d. Driest en J. C. van Winkelen: De Neder lands Hervormde Kerk te Serooskerke (W,), 1983. 3) M. J. Goud en J. P. Sinke: Vergeet Zijn grote daden niet, 1 983. 4) M. J. Bij de Vaate: Eilandmannen, 1 983. 5) R. J. W. den Broeder, N. But, C. H. J. Peters: Wonen in Vlissingen, 1 983. 6) Jhr. G. Ploos van Amstel: In en rondom „De Schaepskoye", 1983. 7) Els Elenbaas: Mijn naam is Elenbaas, 1983. 8) Trees Verwilligen: 1984, Levende herinnerin gen, Zeeland 1 983.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 30