„zonneveld" 1909-1984 97 Het restje van het oude gebouw. den gerealiseerd en na enkeletegensla- gen kon eindelijk in 1969 met de nieuwbouw worden begonnen. Omdat op de plaats van de oude inrichting het centrale gedeelte van het nieuwe „Zon neveld" moest worden gebouwd en het bedrijf gewoon moest doorgaan, moest deze nieuwbouw in vier fasen geschie den. De derde fase betrof de bouw van een nieuwe school met plaats voor on geveer 100 leerlingen. Acht lokalen waren gepland, waardoor een betere differentiatie van het onder wijs realiseerbaar werd. Ook een lokaal voor kleuteronderwijs, welke sector tot nu toe heel moeilijk aan bod kon komen. Verder een observatieklas, drie klassen voor lager onderwijs en een huishoud- lokaal en handenarbeidlokaal. Alsmede drie lokalen voor onderwijs aan meer voudig gehandicapten. Naast de school een gymnastiekzaal, waartegenaan een aangepast instructie-zwembad kwam. De kosten werden geraamd op f 1 mil joen. Op 14 augustus 1969 liet mevrouw H. G. van der Have-Lucieer de eerste paal voor het nieuwe zeehospitium in de bo dem verdwijnen. De bouw van de school begon in het najaar van 1 972 en op 4 februari 1974 kon het nieuwe schoolgebouw worden betrokken. Eind maart vond een groot feest plaats in aanwezigheid van Herman van Veen. De blijdschap werd geuit in vele liedjes, maar ook werd uiteraard omgezien naar de tijd van toen: Een slaapzaal of een schoollokaal, Het maakte geen verschil. Toch leerde ik een heleboel Door ieders goede wil. Geen verf meer op de muur of deur. Geen raam, dat open kon. Geren van muizen door de klas Toch zag ik enkel zon. De groei ging door en na zes jaar was de school uitgegroeid van drie naar vier af delingen en van acht naar veertien groepen. Weer werd er gewerkt in aller lei noodruimtes. Zo zat bijvoorbeeld een VBO-groep in een kleedkamer van de gymnastiekzaal en een kerngroep in de personeelskamer. Het personeel kreeg een ruimte in een hoekje van de gang. Hieraan kwam in juni 1980 een eind met de opening van de nieuwe vleugel voor de afdeling voortgezet on derwijs, door de heer J. A. M. Beeren- donk, inspecteur van hetBuitengewoon Onderwijs. Terwijl bij de start van deze afdeling in 1974 acht leerlingen een Mavo-oplei ding volgden, was het aantal leerlingen dat voortgezet onderwijs kreeg in 1980 gegroeid tot 28 leerlingen. Momenteel is de heer R. J. H. van IJssel hoofd van de Mytylschool. Aleer een leerling wordt geplaatst, wordt door een toelatingscommissie, bestaande uit een pedagoog-onder wijskundige, een medicus, een psycho loog en een maatschappelijk werker, nagegaan of juist deze vorm van onder wijs voor hem of haar de meest ge schikte is. Ook wanneer kinderen opge nomen zijn wordt deze vraag regelma tig opnieuw gesteld. Momenteel telt de school 106 leerlin gen, waarvan de helft extern is. Dus ie dere dag gaan deze kinderen met taxi's van en naar school. De vier afdelingen van de schoolge meenschap zijn: 1. de kleuterafdeling sedert 1 969; 2. de kernafdeling sedert 1958, offi cieel sedert 1 968; 3. de tyltylafdeling sedert 1969; 4. de afdeling voortgezet buitenge woon onderwijs (ook Mavo) sedert 1 974. Stage Momenteel beschikt de school over ongeveer 50 stage-adressen. De drijfveer achter het stagelopen is ge weest: gehandicapte kinderen een normaal leven te laten leiden in de Zeeuwse samenleving. Een samen leving, die hen als volwaardige men sen accepteert, die weet hoe deze mensen op te vangen. Stage is ook hen op hetzelfde spoor zetten als hun leeftijdgenoten op andere - gewone - scholen. Daarvoor lagen de kansen hoofdzakelijk na een min of meer geïsoleerd verblijf op Zonneveld "in een ander geïsoleerd zijn: dat van de beschutte werkplaats. Degenen op het stage-adres die met de jongens en meisjes te maken hebben, krijgen automatisch ook meer inzicht in de mogelijkheden van deze kinderen. Maar velen waren en zijn niet op de hoogte, dat de kinderen netzo intelli gent zijn als kinderen, die niet licha melijk gehandicapt zijn. Maar ai te vaak worden ze aangesproken alsof zij anders zouden denken dan nor male mensen. Feit is, dat er oud- ieeriingen zijn, die na hun vertrek van „Zonneveld" een universitaire opleiding hebben genoten. In zeer veel beroepen kan men hen tegenko men, ai zal het percentage in een ad ministratieve baan groter zijn. Zes jaar geleden begon de heer Th. Schaapman, toenmalig leerkracht aan de VBO, met het stage-experi- ment. in deze tijd hebben vele leer lingen een eerlijke kans gekregen te bewijzen, dat ze hetzelfde werk op dezelfde wijze kunnen verrichten ais anderen zonder handicap. Meerdere malen werd hun stage-gever hun la tere werkgever. De verschillende geaardheid van het werk blijkt uit de volgende keuze uit de stage-adres- sen: kantoren, winkels, tuinderijen, fabrieken, scholen, garages, kadas ter, kuikenbroedbedrijf, politiebu reau, PZC, peuterspeelzaal en die- renasyl. Men hoort vaak, dat in een tijd van werkloosheid de zwaksten er het eerst uitgaan. De oud-„Zonne- velders" hebben tot nu toe bewezen niet zwak te zijn.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 17