zeeweringen en boulevards van vlissingen 108 Boulevard Evertsen, 1 945, met zgn. asperges. boulevard was in de vorige eeuw nog een doorbraak gemaakt. Ten behoeve van de uitwatering van de polder Wal cheren werd in 1 869-1 872 een uitwa teringssluis gebouwd. Tussen de door gegraven zeedijk en de sluis ontstond een kleine voorhaven, het „Haventje van Meijer". De ingang van het haventje werd van paalwerken voorzien, waardoor een nauwe opening ontstond en de sluis te gen golfaanval beschermd werd. Voet gangers en fietsers konden gebruik ma ken van een enkele meters brede weg over het sluisje. Voor het bad- en recreatieleven was 30 mei 1936 een belangrijke dag. Toen werd namelijk officieel de wandelpier geopend. Er was lang naar uitgekeken. Helaas was deze pier geen lang leven beschoren. In 1943 werd de pier door de Duitsers verwoest. De restanten er van zijn in 1947 verwijderd. In verband met toename van het ver keer werd in 1938 in de haveningang een betonnen duiker gelegd en de bou levard hierover doorgetrokken. Deze duiker werd gemaakt in het kleine Scheldedokje bij de Steenenbeer en drijvend aangevoerd. Het zand werd betrokken van het strand en aange voerd door middel van kipkarren op smalspoor. Nabij dijkpaal nr. 6, gelegen tussen het haventje van Meijer en de Leeuwentrap bevond zich in 1900 nog strand met duin; de oudste bebouwing van Bankert dateert van omstreeks 1900. Aan de oostzijde sloot de dijk aan tegen de ves ting Vlissingen. Tijdens de stormramp van 1 februari 1953 werd ook de Boulevard Bankert zwaar beschadigd, vooral het onbe bouwde gedeelte tussen het haventje van Meijer en de Leeuwentrap. Van ooggetuigen is bekend dat in die nacht ten tijde van de hoogste waterstand (2 uur 55 en een waterstand van NAP 4,55 m) zo nu en dan een schijf water, dik 0,40 a 0,50 m, op de Boulevards Evertsen en Bankert stond en dat het water tot 1,50 m tegen de voorgevels opliep. Na zo'n golf liep het water door gaans geheel weg. Waar geen bebouwing aanwezig was, stortte het water aan de achterzijde van de dijk naar beneden waardoor de zee wering hier beschadigd en ondermijnd werd. Bovendien werd van de Boulevard Evertsen, tussen het Wooldhuis en Bri tannia, de bovenzijde van de glooiing met de hierachter gelegen rijbaan weg geslagen en ontstond een gat tot op een aantal meters uit de voorkant van de be bouwing. Ook het paviljoen en de badcabines le den zware schade. Hier stroomde het water over de Boulevard de Leeuwen- trap af. Het meegevoerde zand van de waterkering zelf en gedeelten van de Leeuwentrap lagen in de Badhuisstraat. De glooiing werd hersteld, het badpa viljoen vernieuwd en de cabines van het betaalde bad werden belangrijk uitge breid en gemoderniseerd. Om verdere verlaging van het strand tegen te gaan werd voorts nabij het Wooldhuis (dijk pad 1 2) een paalscherm geheid en wer den twee van paalrijen voorziene strandhoofden aangebracht. Dit alles met weinig resultaat. De vooruitstekende nol die in 1 944 ont stond als rest van het voormalige dijk- tracé evenals het hier voorgelegen nolle (paal)hoofd uit 1 91 2 heefteen nadelige invloed. Er kan weinig of geen zand van buiten worden aangevoerd, het wordt vóór het hoofd gevangen en op het Nol- lestrand gedeponeerd, waardoor hier duinvorming ontstaat. Door verlaging van het voorland van de Boulevard, het strand dus, kunnen zich ook hogere golven ontwikkelen waar door de glooiing zwaarder wordt aan gevallen. Wat betreft Boulevard Bankert heeft het tracé vrijwel zijn vroegere vorm be houden, doch de afmetingen zijn be langrijk gewijzigd (profielen van de oudste periode ontbreken geheel). Bij deze veranderingen heeft niet alleen de afname van het strand een rol gespeeld maar vooral de voorgenomen bebou wing en de daaruit voortvloeiende ver- keerseisen. Dwarsdoorsneden over de dijk uit 1871 geven een kruinbreedte van 2.50 m en een hoogte van ca. 7.50 NAP aan. Hetzelfde oude profiel moet zich onder Boulevard Evertsen bevin den. Boulevard De Ruyter Het oorspronkelijke tracé van deze bou levard - vroeger Westzeedijk genoemd - verschilt niet van de tegenwoordige. Hij is als inlaagdijk aangelegd en tussen 1 326 en 1 331wegens doorbraak van de voorliggende hoogwaterkering wa- terkerend geworden. Het Leugenaars- hoofd en het uitstekende gedeelte waarop thans het standbeeld van De Ruyter staat, dus het Westerhaven-, of

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 28