de overgang van de arnemuidse garnalenvissers naar vlissingen na de afsluiting van het sloe 133 Vissershaven Vlissingen in 1978, bij laagwaterstand. (Foto: J. L. van Leeuwen) komt ook naar voren in gebruiken bij trouwen. In een fotoboekje „Arnemui- den in oude ansichten"3) treft men een foto aan van omstreeks 1 900. He is een lopende trouwgroep in hoerendracht. Zo'n echtpaar werd bestrooid met „strooisel". Dit waren zelf geknipte pa piersnippers van gekleurd papier. De samensteller noemt daarbij een vreem de naam: „blinkmasant". Hij wistdit on bekende woord niet te verklaren. Bij verder onderzoek bleek dat men met „blinkmasant" bedoelde: blinkend zand. Als men geen gekleurde papier snippers kon maken door gebrek aan geld strooide men ook wel blinkend zand, d.i. zilverzand uit de droge dui nen. Dit gebruik van zilverzand zal ver moedelijk weer voortkomen uit het eeu wenoud gebruik van het strooien van rijstkorrels, bedoeld als gelukaanbren- gend. Dit is in sommige streken nog aanwezig. In Vlissingen lag er een praktisch onge bruikte Vissershaven te wachten op schepen. Deze haven was bovendien van een keersluis voorzien, welke in 1856 geheel vernieuwd was. Een ge denksteen staat nog in de kaaimuur ge metseld. In 1872 bezat men te Arnemuiden 38 hoogaarzen voor de garnalenvisserij. alle in eigendom van de schipper. Veel al was deze eigenaar zwaar belast met hypotheken van de werfbaas, een bak ker of een andere leverancier. De schip pers waren met handen en voeten ge bonden. Dit was de gevreesde gedwon gen winkelnering. Deze Vissershaven was een bij laag wa ter geheel droogvallende haven, zoals ook nu nog het geval is. Dit was voor de platboom houten hoogaarzen geen be lemmering, aangezien dit scheepstype kon rusten op de modderbodem. Het lag dus voorde hand dat men in Vlissin gen ging havenen. Vlissingen was een verarmde stad, met veel oude wonin gen en volksbuurten, waar de huren laag bleven. Er waren toen veel samen woningen in grote herenhuizen, waar soms vier gezinnen huisden. Dat was het geval in de Slijkstraat, in de Bak kersgang, op de Smalle Kade, in de Scherminkelstraat, de Kolvenierstraat, en meer. Zulke goedkope woningen stonden er veel in Vlissingen. Ze zijn tot in de twintiger jaren in gebruik geble ven, waarna de woningbouwverenigin gen een betere volkshuisvesting brach ten. Het gemeenteverslag van Vlissingen vermeldt dat in 1 876 vanuit de Vissers haven geregeld af- en aanvoeren 28 garnalenvissers uit Arnemuiden, die hun bedrijf voor rekening van verzen ders naar Engeland uitoefenden. Deze vissers woonden dus in Arnemuiden. Zij voeren onder de letters voor de thuisha ven ARM., meteen scheepsnummer. De opmerking in dit Gemeenteverslag over het voor rekening van verzenders vissen klopt niet met de feiten. De gemeente wist blijkbaar niet dat deze verzenders zaken deden geheel op rekening van de garnalenvissers. De vissers kenden im mers de Engelse taal niet, waren niet in staat internationale bevrachtingen te regelen, terwijl zij bovendien geen tijd hadden om dergelijke vrij ingewikkelde verzendingen te organiseren. Het was door de geheel van het weer afhankelij ke zeilvaart met de getijstromingen in de nacht vissen en overdag aanvoeren, de gevangen en gekookte garnalen in mandjes verpakken, merken en op de wal zetten, waarna de verzenders het overige deden. Deze verzenders ver zorgden wel het transport naar En geland, doch deden dit volledig voor re kening en op kosten van de garnalen vissers. De verzenders onderhielden de contacten met de Engelse handela ren, ontvingen de Engelse ponden en wisselden deze om in Hollands geld. Van deze opbrengst trokken zij hun loon en kosten af, zonder de vissers enig inzicht te bieden in de werkelijke opbrengsten. Het was een zuivere con- signatiehandel. De verzenders hebben er jarenlang goede verdiensten mee be haald, zonder enig risico te lopen of controle te bieden. Het is dan ook uitge lopen op misstanden. De garnalenvissers hadden aanvanke lijk een goed bestaan, door de export naar Engeland, in hoofdzaak voor de markt in Londen, Billingsgate Market. Men verdiende toen met het garnalen- vissen volgens het Verslag derVissche- rijen wekelijks 30 tot 35 gulden bruto per week. De exportgarnalen brachten 1 2 cent per kilo op, gemiddeld. De in de visserij gebruikelijke ups en downs kwamen ook in 1 881 weertot uiting. Zo ging het dikwijls in de visserij: het ont brak aan stabiliteit in de afzet. Na goede jaren daalden de opbrengsten sterk in Engeland. De voorschotkosten per mandje garnalen van ca. 20 kilo voor de mailboot in Vlissingen, voor mandjes, garens (touw), expediteurskosten, en

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 9