bij het 175-jarig bestaan van de wilhelminapolder 174 Het spreekwoord „als er één schaap over de dam is, volgen er meer", ging hier echter niet op. De overige be stuursleden hadden kennelijk het schrijversbloed niet in de aderen, want iedereen liet verder verstek gaan. Vanaf die tijd bleef Burger wekelijks zijn stukjes schrijven. Hij ging hiermee door tot 1966. Voor vrijwel iedereen is het vele jaren een raadsel gebleven, wie er schuil ging achter de rubriek die zelden door lezers van het landbouwblad werd overgesla gen „uit een geheim weekboek van Bram uit de Slikhoek". In juni 1 958 werd ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van het Zeeuwsch Landbouwblad een jubileumnummer uitgegeven, waarin over Bram: „Het is een bijzondere plaats die Bram uit de Slikhoek in het Zeeuws Landbouwblad inneemt. Vele jaren, iedere week opnieuw, klapt hij uit zijn geheim weekboek. En wanneer men dan de oude jaargangen van het Zeeuws Landbouwblad opslaat, op zoek naar Bram, dan vallen er twee dingen op. In de eerste plaats de menselijke toon die het warm kloppend hart van Bram verraadt en in de tweede plaats het tijdsgebeu ren waardoor wij allen gegrepen worden. Bij deze terugblik over vijf tig jaar mag Bram in zijn eigen woorden dan ook niet ontbreken. 1 6 november 1 940. Ook moeten alle kippen vóór 1 fe bruari 20 eieren gelegd hebben, an ders krijgen ze geen eten meer. Dit stuk heb ik naast de eierlijst in het hok gehangen, dan kunnen de kip pen 't zelf lezen hoe de zaak aanligt: geen eiers, geen eten. Ik geloof dat de kippen het al gelezen hebben, want ze stonden vanmorgen allen te kakelen, dat het een lust was. 28 juni 1 952. Ter gelegenheid van de Z.L.M.-ten toonstelling, georganiseerd door de Kring Axel der Z.L.M. in 1952 schrijft Bram: „Willem en Nele zijn ook van de par tij maar gaan met de bus mee. Nele weet de weg niet goed en moet ach teraan komen en met de bus hebben ze geen zorgen te maken. Ze hebben er wel geen familie maar ze zijn nieuwsgierig om alles daar 'ns te zien. Wanneer Willem naar de ver gadering gaat kan Nele net naar de modeshow gaan, want daar is ze erg op gesteld, daar heeft ze in Utrecht en Goes ook zo van genoten. As 't winter was, zei Willem, dan wupten we de grenze over want in Sinter klaas ik nog kennisse. Daer weunt een vlasboer, die jaeren achtereen vlasland ehuurd ei, zei Willem en ol- tiet komt ie an om de koffie en vraegt dan of we't is terug kommen aelen. Doch Nele voelt er niet veel voor, ze ênder zukke zwarte koffie en daer bin ik mé benauwd van. Bel jön, zei Willem dan drienk je der mè bier, 't bier is ter best, vroeger on ze daer van dit kruukjesbier, man, 't was zalve voe je lief en je wiert er nooit effenof zat van."50) Kanaal, sluis en brug. Wandelt of fietst men op een mooie zo merse dag langs het kanaal en dan met name het gedeelte van het Wilhelmina- dorp tot aan het Goese Sas, dan komt men al gauw onder de indruk van de landelijke rust en de harmonie met het omringende landschap. Vooral in de weekeinden is er op het vaarwater een gezellige en niet overdreven drukte van de uitvarende en weer binnen komende watersporters, die vanuit de binnenha ven van Goes het ruime sop van de Oos- terschelde opzoeken. De sluis aan het Goese Sas is oud en versleten, maar erg gezellig en de sfeer in het stamcafé van vele gasten „Het lo ze vissertje", is heel apart. Het is alles nog kleinschalig genoeg om zijn beko ring te houden en voor de dagjesmen sen die niet dieper graven blijft het daarbij. Voor degenen die wat beter weten is er meer. De levensgrote problemen uit de begintijd van de polder, de tien jaar du rende geldverslindende werkzaamhe den om de sluis in orde te krijgen, heb ben lang nagewerkt. Het is in feite nooit echt pais en vree geworden tussen de stad Goes en de Wilhelminapolder. De polder is destijds bedijkt om Goes een goede verbinding met open water te garanderen. Het eigendomsrecht is al tijd bij de polder gebleven, met de altijd durende verplichting om het kanaal in bruikleen aan Goes af te staan. Vele plannen zijn in de loop van de jaren ontwikkeld om het kanaal te verbreden en gedeeltelijk te verleggen, meer oos telijk van het dorp. Al lang vóór de ge- De hofstede Oost-Beveland naar een opname uit 1927. De grote schuur van deze boerderij is in 1958 afgebroken, het woonhuis in 1 963.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 14