de open universiteit in zeeland 202 aan Zeeland een grotere diversiteit aan Hoger Onderwijs te geven. De Voorbereidingskommissie Inmiddels had minister A. Pais in de loop van het zittingsjaar 1979/80 zijn beleidsnotitie De Oprichting van een Open Universiteit in Nederland doen verschijnen, waarmee de Open Univer siteit weer een stap dichterbij kwam. Er was voor Zeeland weer werk aan de winkel. Mede op advies van de Commissie Uni versitaire Contacten, beter gezegd in samenwerking daarmee, besloot het College van Gedeputeerde Staten op 4 mei 1981 een adhoccommissie Voor bereiding Studiecentrum Open Univer siteit in Zeeland in te stellen. Deze kom missie toog op 22 mei aan het werk, ruim een week nadat het Voorontwerp van Wet op de Open Universiteit was in gediend. In die kommissie kregen zitting verte genwoordigers van het Provinciaal Be stuur, van de Commissie Universitaire Contacten, de Erasmusuniversiteit, de Provinciale Bibliotheek en de Stichting Samenwerkingsverband Zeeuws HBO, terwijl a titre personnel een lid werd aangetrokken uit de wereld van de pe dagogische akademies. Vrijwel onmid dellijk na de start traden nog vertegen woordigers toe van het Provinciaal Op- bouworgaan, het ETI en de Nutsacade- mie Rotterdam die, zoals bekend, een dependance in Zeeland heeft. De kommissie kreeg als opdracht mee „een nota op te stellen betreffende de vestiging van een studiecentrum in Middelburg, waarbij in het bijzonder aandacht dient te worden besteed aan de aspecten van regionaal belang voor zo'n centrum, waarbij gedacht kan wor den aan mogelijke relaties met de aan wezige onderwijs-, bibliotheek- en re- searchvoorzieningen, zowel onderwijs inhoudelijk als materieel en personeel." Binnen één jaar, namelijk op 3 mei 1982 reeds, werd de in de vorm van een brochure gegoten nota Zicht op het Studiecentrum Open Universiteit Zee land aan de Commissaris der Koningin aangeboden. De brochure trok veel belangstelling, zowel in Zeeland als daarbuiten. Een dergelijke voorbereidingskommissie was namelijk elders niet aanwezig. De nota In de nota werden allereerst de hoofdlij nen van de Open Universiteit geschetst, om in bredeZeeuwse kring de aandacht te vestigen op de mogelijkheden die de Open Univesiteit aan de student ging bieden, als een tweede weg naar of een tweede kans op kennisverrijking, al of niet gepaard gaande met positieverbe tering. Voorts werd ingegaan op de mo gelijke gevolgen van de vestiging van het studiecentrum voor de bestaande (HBO-)opleidingen in Zeeland. Ten aanzien van de te verwachten aan tallen studenten werd geen cijfermatig onderzoek verricht, waarmee het lan delijke voorbeeld werd gevolgd. Wel werd een redelijk omvangrijk aanbod van studenten verwacht, dit in verband met het beperkte aantal vormen van HBO en met de afwezigheid van weten schappelijk onderwijs in Zeeland. Nadat nog gesproken werd over de per soneelsbezetting van het centrum en over de gunstige huisvesting in de Zeeuwse Bibliotheek, werd een aantal adviezen aan Gedeputeerde Staten uit gebracht. Daarin werd grote nadruk gelegd op de begeleiding van het toekomstige cen trum door een regionale advies- of steungroep. Slechts op deze wijze zou het afstandelijke karakter van een ver verwijderd instituut plaats kunnen ma ken voor een leerhuis met een eigen ge zicht, met eigen contouren. Heerlen-Middelburg De nota kreeg niet alleen aandacht van het toekomstige werkveld, ook Heerlen had er belangstelling voor. Hoe diende de verhouding te zijn tussen het centra le gezag en de perifere voorbereidings groep, vooral ook omdat ze later wel licht over zou willen gaan in een bege leidingskommissie. Zoals eerder gezegd kan de Open Uni versiteit niet anders dan centraal opere ren. Ze heeft één groot werkveld: heel Nederland (in de toekomst waarschijn lijk ook zelfs een deel van België). De in houd van de leerstofgebieden wordt centraal vastgesteld, de opdrachten en toetsen kennen geen provinciale diffe rentiaties. Slechts de groepsbesprekin gen (kolleges) en de individuele hulp worden verzorgd door de studiebege leiders, via Heerlen verbonden aan een studiecentrum, bij voorkeur komend uit de eigen regio. Ook de regionale koördinator is niet echt een regionale figuur: zijn werkter rein omvat namelijk een aantal regio's, in ons geval het heleZuiden omvattend: Middelburg, Breda, Eindhoven, Venlo en Sittard. Wel heeft elk studiecentrum in ieder geval minstens één eigen kon- sulent. Deze functie biedt echter qua taak en positie geen wezenlijke garantie voor een door ons gewenste ontwikke ling van de relatie Open Universiteit - Zeeland. Vandaar dat de Voorbereidingskom missie er naar heeft gestreefd een trait d'union te worden tussen Heerlen en onze provincie. Het heeft enige tijd ge kost voordat een zodanige formulering was gevonden, waarin de kompetentie van het College van Bestuur niet werd aangetast, terwijl de aktieve betrokken heid van Zeeland niet over het hoofd kon worden gezien. Advieskommissie Om beide aspekten naar voren te bren gen werd op 7 november j.l. de nieuwe Advieskommissie Studiecentrum Open Universiteit Zeeland, die de plaats in nam van de overbodig geworden Voor bereidingskommissie, ingesteld door de Commissaris der Koningin en door de voorzitter van het College van Be stuur. De kommissie bevordert „dat de stu denten in en nabij Zeeland optimaal ge bruik maken van de faciliteiten en het onderwijsaanbod van de Open Univer siteit en dat er goede relaties bestaan tussen enerzijds het studiecentrum en anderzijds de in Zeeland aanwezige on derwijs-, bibliotheek-, research- en sta gevoorzieningen. Ze adviseert zelfstan dig, op verzoek of uit eigen beweging het College van Bestuur van de Open Universiteit en het College van Gedepu teerde Staten van Zeeland". Vergeleken met de Voorbereidings kommissie kreeg de Advieskommissie enige uitbreiding. Als nieuwe leden tra den toe vertegenwoordigers van de Vereniging van Zeeuwse Gemeenten, van de Provinciale Onderwijsraad, van de beide afdelingen Hoger Onderwijs en Volwasseneneducatie van genoem-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1984 | | pagina 2