rugblik en perspektief
51
eekijzer" stijgt tot ongekende hoog-
i. Het is trouwens de periode waarin
rk ekonomisch de bomen tot in de he
el groeien. De sporen van dit denken
n inmiddels terug te vinden in de Ne-
•rlandse onderwijswetgeving en zeker
tal van beleidsnotities van O W-mi-
sters van diverse politieke kleur.
;recht bestond er verzet tegen een in-
ntiliserende behandeling, soms zelfs
etutteling, van jonge mensen die bijna
ieerderjarig waren. De schoolse ver-
oudingen pasten niet langer. Met
i eimwee kan men thans terugdenken
.an het elan en het optimisme van vijf-
en jaar geleden. Toch zal de geschie
denis nog moeten uitwijzen wat het
iroces op de langere termijn opleverde.
Aan de CPA bestond er bij een deel van
de studenten en (jongere) docenten
"ympatie voor de ideeën, maar de hou-
ng bleef afstandelijk; niemand ver
langde naar „toestanden". Er gebeurde
eerst wat toen de CPA gekonfronteerd
werd met een demonstratief bezoek
van leerlingen van de Rijkskweekschool
(4 november1969). Daarwerd naarlan-
delijk parool gestaakt, aan de Keeten
straat niet. Twee dagen later werd er
een grote bijeenkomst in de gymzaal
belegd. Die mondde uit in een motie van
vertrouwen, al bleken er ongenoegens
te bestaan. Nadien veranderde er heel
wat.
Een serie „hearings" leidde tot de
instelling van een studentenraad die
vanaf het begin een noodlijdend be
staan vertoonde.
De lerarenvergaderingen werden
openbaar; de leden van de studen
tenraad kregen daarbinnen spreek-
en stemrecht. Eigenlijk een breed
samengestelde akademieraad, ter
wijl de lerarenvergadering in feite
werd afgeschaft. Na enkele jaren
hadden de studenten nog slechts
belangstelling voor de (eind)evalua
tievergaderingen.
- Na breedvoerig overleg tussen het
bestuur en een (leraren)kommissie
werd een zgn. „Kleine Staf" gebo
ren. Direktie en een docentenverte
genwoordiging zouden daarin voor
taan samen het beleid van de aka-
demie bepalen; in gedeelde en ge
spreide verantwoordelijkheid. Via
dit orgaan werden er de eerste jaren
een aantal konstruktieve verande
ringen bewerkstelligd, die voor het
grootste deel meer openbaarheid
en bespreekbaarheid betekenden
met betrekking tot zaken waarin de
akademie zelf een keuze kon ma
ken.
Veel moeilijker werd het al gauw als
het over onderwijsprogramma's
ging, over de koers van de opleiding
op weg naar integratie van OK en
PA. De vertegenwoordigingsopzet
bleek onvoldoende te funktioneren,
nieuwe schema's en procedures
werden uitvoerig bediskussieerd.
Bovendien werd de „KS" langza
merhand ervaren als een tussenge-
schoven blok in de verhouding di-
rektie-docentencorps. Zo raakte de
gestruktureerde demokratisering
vleugellam.
De demokratisering had in de kweek
scholen o.a. akademisering als inhou
delijk doel. De naamsverandering was
er vlug door, maar: what's in a name?
De beoogde vrijheid in eigen verant
woordelijkheid (tempo, keuzen binnen
de studie, enz.) zowel voorde studenten
als het instituut bleef sterk ingeperkt
door uitgebreide regelgeving van de
overheid. De „akademie" bleef in wezen
school: gebonden aan minimum-lesta-
bellen, examenbesluiten, gemiddelde
groepsgrootte, een bepaald kwantum
leraarslessen.
Tóch werden er stappen gezet in de
richting van akademisering, maar voor
al naar de formele, strukturele kant. Ze
hebben alle te maken met het verschaf
fen van duidelijke informatie vóóraf en
het vastleggen van rechten, plichten,
bevorderingsregels.
- De verschijningsplicht werd aan de
bevoegdheid van de instituten over
gelaten. Nimmer werd ze „opgehe
ven": aanvankelijk werd die indruk
gewekt en dat veroorzaakte strub
belingen.
- Sedert het kursusjaar1971/'72 wor
den er studiegidsen uitgegeven. In
houden en programmering, te be
studeren literatuur en uit te voeren
opdrachten, tijdstippen en inhou
den van tentamens worden erin
vastgelegd. Daarop kunnen docen
ten en studenten elkaar aanspreken.
- Er kwam een studiereglement,
waarbij dat voor de PA en dat voor
de OK zover mogelijk op elkaar wer
den afgestemd. Sindsdien verlopen
eindevaluatievergaderingen zake
lijker, meer kontroleerbaar.
- Tenslotte: de PA verkreeg het recht
in het derde jaar absolverende ten
tamens in te voeren die volledig in
de eindbeoordeling op het examen
werden meegerekend. Dat vermin
derde de examenbelasting. In de OK
deed het vergelijkbare schoolon-