het verhaal van een glider-piloot
73
g; an ze op weg. Een eind verder passe
ren ze een groepje Nederlandse werk-
lu het zijn „spitters". Aan de kant van
dt weg ligt een motorfiets. De luitenant
springt erop en rijdt weg, richting Zie-
ri: zee. De Feldwebel heeft nu de lei
ding. „For you the war is over"6), zegt
h Het is een constatering die ze in de
komende tijd vele malen uit Duitse
monden zullen horen.
Z worden naar een kleine villa geleid,
waarin de Orts-Kommandantur is ge-
v -stigd. Ze blijven niet langer dan twee
d. gen in Zierikzee. Dan worden ze met
p: ard en wagen naar Brouwershaven
gi bracht en vandaar gaan ze per boot
e: tram naar Middelharnis. Hun bege-
le ders nemen de volgende tram terug.
Z worden één voor één per auto afge
voerd, Bernard als laatste. Hij zit op de
a hterbank tussen twee gewapende
nrflitairen. Hij is nerveus: wat gaat er ge
beuren, waar brengen ze hem naar toe,
waar zijn de anderen?
Dan stoppen ze bij een groot gebouw,
e .n soort politiebureau of gerechtshof.
Z gaan naar binnen en komen in een L-
vormige gang met in elke poot een cel-
d :ur. Een ervan wordt geopend en Ber-
m rd wordt naar binnen geduwd.
en jij het, Blackie?" wordt er gefluis
terd.
„Phil, is Herman er ook?" fluistert hij te
rug.
es Sarge", is het antwoord, „I'm he
re."
E ke Britse soldaat krijgt, voordat hij
z ch in de oorlog begeeft, als instructie
mee, dat hij zijn uiterste best behoort te
doen om niet gevangen te worden ge
nomen. En mocht dit onverhoopt wel
gebeuren, dan mag hij de vijand geen
enkele informatie verschaffen. Leger-
nummer, rang en naam, dat is het enige.
Bernard is van plan zich hieraan te hou
den.
De Oberleutnant die het gesprek leidt,
v aagt hem zich te legitimeren. Bernard
doet dat: 884545, staff sergeant. Black
Bernard.
De luitenant deelt mee, dat het voor een
gevangene belangrijk is om als krijgs
gevangene te worden aangemerkt. Hij
ciient zich daartoe deugdelijk te legiti
meren. Wil hij dit nu maar doen?
Bernard noemt weer nummer, rang en
naam.
Dan zegt de luitenant, dat er in Arnhem
Nederlandse terroristen zijn geweest,
die het uniform van gesneuvelde Britse
militairen hebben aangetrokken. Is hij
misschien zo iemand?
Bernard ontkent dit en legitimeert zich
nog eens op dezelfde manier. Er komt
een tweede ondervrager. Die laat mer
ken, dat hij al het een en ander weet. En
nu besluit Bernard wat meer loste laten.
Hij geeft toe, dat hij zich na de noodlan
ding op Schouwen verborgen heeft ge
houden. Ja, samen met sergeant Philip
Hudson.
Of ze geholpen werden door bewoners?
Nee, dat was niet het geval.
Hoe kwamen ze dan aan voedsel?
Er was in de lege huizen wel wat te vin
den.
Af en toe steekt de ondervrager een si
garet op. Als Bernard een hem welge
vallig antwoord geeft, krijgt hij er ook
een. Zo niet, dan rookt de Duitser alleen.
Behoorde hij tot de groep die bij Zierik
zee stond te wachten op een Britse
boot?
Ja.
Wie de anderen waren?
Hij kende niemand, alleen Philip Hud
son en Herman de Leeuw.
Nee, hij verstaat geen Nederlands. Hij
heeft niets begrepen van wat de ande
ren tegen elkaar zeiden.
Zo gaat het uren door.
Bernard: ,,/f was a battle of wits.
Dan wordt hij geconfronteerd met Her
man, die een verhaal heeft opgehangen
waar geen touw aan vast te knopen is.
Als ze klaar zijn en in de cel terugko
men, sist hij tegen hem: „What the heil
have you been telling them?"6)
Ze vergelijken vragen en antwoorden,
bespreken verschillende strategieën.
Hoe lang kun je blijven volhouden datje
iets niet weet? Wanneer moet je ant
woorden: Dat zeg ik niet. Wat zijn de
mogelijke consequenties?
De volgende morgen staat er op straat,
vlakbij hun cel, iemand te zingen: „Ou
we taaie, jippie jippie jeeDat geeft
moed.
Even later komt de Oberleutnant binnen
en deelt mee, dat hij tevreden is gesteld
door hun antwoorden. Ze zullen alle
drie als krijgsgevangenen worden be
handeld.
Een dag later vertrekken ze. Via Rotter
dam en Schiedam komen ze in Woer
den terecht, waar ze van 20 tot 27 de
cember verblijven. Het is echt winter
geworden. Als ze met Kerstmis naar
buiten kijken, zien ze mensen schaatsen
op een vaart. Het doet Bernard denken
aan een schilderij van Avercamp. Hoe is
het mogelijk dat dit nog bestaat.
Van Woerden gaan ze, via Amersfoort,
naar Enschede. Ze worden er onderge
bracht in een soort pakhuis: door
gangskamp voor luchtmachtgevange
nen. Ze nemen hier afscheid van Her
man.
Op 2 januari verlaten ze Nederland. Na
een kort verblijf in twee andere door
gangskampen - in de buurt van Frank
furt - worden ze met vele lotgenoten in
een goederentrein geladen, die er drie
dagen en nachten over doet om hen
naar Barth, bij Stralsund aan de Oost
zeekust, te brengen. Daar komen ze te
recht in het grote kamp voor lucht
machtkrijgsgevangenen, Stalag Luft 1.
Op 30 april 1 945 worden de ongeveer
9000 gevangenen door de Russen be
vrijd. Op 12 mei begint hun evacuatie,
die slechts drie dagen zal duren.
Bernard Black: doubt if any could find
praise enough to do justice to the organi
sation, cooperation and efforts of those
responsible for our return to the U.K. "9)
Op 1 4 mei betreden staff sergeant Ber
nard Black en sergeant Philip Hudson
Engelse bodem. Devolgende dag zijn ze
thuis.
1Daar waren we dan, in een verlaten dorp op een
onder water gelopen eiland, midden oktober:
achtervolgde, hongerige aasgieren in een door
de vijand bezet, onvriendelijk landschap, die
hun vrienden op de vingers van één hand kon
den tellen en nu op het punt stonden om de ta
fel te gaan zitten met drie nieuwe vrienden. En
we hadden ook nog een kast vol etenswaren.
Het leek wel of we tegelijkertijd Kerstmis vier
den en jarig waren.
2. Dat was een mooie boel!
3. Op het moment dat ze gedwongen werd haar
huis te verlaten, maakte ze zich zorgen over
onze toekomst. We hadden voedsel en vriend
schap met hen gedeeld, die ze ons royaal had
den gegeven, uit liefde voor hun medemens.
4. Letterlijk: Het tilde ons op naar de negende
wolk.
5. We moesten maar afwachten wat ze voor ons
regelden.
6. Voor jullie is de oorlog voorbij.
7. Het ging er om wie de slimste was.
8. Wat heb je hun verdomme verteld?
9. Ik betwijfel of er iemand is die genoeg prijzen
de woorden zou kunnen vinden om recht te
doen aan de organisatie, samenwerking en
krachtsinspanningen van hen die verantwoor
delijk waren voor onze terugkeer naar het Ver
enigd Koninkrijk.