over boeken
112
ting van de middeleeuwse, na de Her
vorming door de Protestanten overge
nomen gebouwen heel andere eisen en
leverde zij ook heel andere ruimten op
dan de inrichting van speciaal voor de
Protestantse eredienst gebouwde ker
ken.
Na deze inleiding volgen allereerst twee
hoofdstukken waarin de oorsprong en
de voornaamste kenmerken van het
Protestantse geloof en de verschillende
stromingen binnen het Protestantisme
worden behandeld. Van hier wordt de
lezer dan via een bespreking van het
specifieke karakter van de Protestantse
eredienst het kerkgebouw binnenge
voerd, waarvan achtereenvolgens de
ruimte, de inrichting, de versieringen en
de wijzigingen gedurende de verschil
lende perioden ter sprake komen. De
tweede helft van het boek is geheel ge
wijd aan de behandeling van letterlijk
alle onderdelen en aspecten van het
Protestantse kerkinterieur. Het geheel
wordt besloten met een uitgebreide bi
bliografie en een tweetal registers, één
Hoedekenskerke, Herv. kerk; plattegrond. In de
plattegrond van dit kerkgebouw, oorspronkelijk het
koor van de voor het overige thans verdwenen laat
middeleeuwse parochiekerk, zijn ondermeer aan
gegeven: het bankenplan met preekstoel en doop
hek; in stippellijnen: het klankbord boven de preek
stoel en de orgelgalerij boven de achterste banken.
op personen en zaken en één op plaats
namen, die het boek ook als naslagwerk
zeer bruikbaar maken.
Behalve als een doorlopend verhaal,
zoals hierboven geschetst, is het boek
ook anders te lezen: men kan er snel in
formatie over een bepaald aspect in op
slaan. Elke rechterbladzijde geeft na
melijk een min of meer op zichzelf
staande tekst over een apart onder
werp, terwijl onderaan de pagina wordt
verwezen naar andere plaatsen in het
boek waar het betreffende onderwerp
meer zijdelings ter sprake komt. Door
dat de linkerbladzijde steeds het bij de
ernaast afgedrukte tekst behorende
beeldmateriaal laat zien, wordt de le
zer/kijker veel heen en weer bladeren
bespaard. Op deze manier zijn bijna
honderdvijftig hoofdstukjes ontstaan
met uiteenlopende onderwerpen als:
„Mis en avondmaal", „De Doopsgezin
den", „Het zitten tijdens de dienst",
„Kerkvorm en bankenplan", „De kerk
als wandelplaats", „De dooptuin", „Het
trouwen in de kerk" en „Het tiengebo-
denbord".
Deze buitengewoon doorwrochte inde
ling dwingt bewondering af voor de
prestatie van de schrijver, die zijn tek
sten steeds op de maat van een bladzij
de moest toesnijden, maar vooral ook
voor het werk van degene die de lay-out
verzorgde en die moest woekeren met
de ruimte. De laatste heeft, bij zoveel in
formatie in woord en beeld (een kleine
vijfhonderd foto's en ongeveer half zo
veel tekeningen), de indruk van een wat
overvol boek niet altijd kunnen vermij
den. Het zij hem vergeven, omdat men
er op deze manier in geslaagd is het
boek relatief betaalbaar te houden. Im
mers, niet alleen door de enorme hoe
veelheid, maar met name ook door de
kwaliteit van het gebodene krijgt de ko
pervan dit boek waar voor zijn geld. Het
geheel ziet er verzorgd uit. De foto's, al
le zwart-wit, zijn over het algemeen
goed afgedrukt en ondersteunen het
betoog op schitterende wijze. De teke
ningen zijn ondanks het soms kleine
formaat zeer duidelijk. De onderschrif
ten bij de illustraties zijn veelal kort,
maar instructief. De tekst tenslotte is
een ware schatkamer. Hier voorbeelden
te noemen van de vaak verrassende ver
banden die worden gelegd, van de
scherpe observaties en van de vele ver
helderende citaten uit oude teksten, is
onbegonnen werk. Elke lezer zal in it
boek veel nieuws vinden. Naast kun t-
historische informatie krijgt hij een ge
degen overzicht van de geschiede is
van het Protestantisme in al zijn vertek-
kingen en min of meer terloops word n
ook de met geloof en kerk verband hc -
dende, meer algemeen-historische on -
wikkelingen aangeroerd.
De beslissing van de auteurs hun onder
zoek omstreeks 1 900 te laten eindigen,
is mijns inziens een verstandige g:-
weest. De 20e-eeuwse ontwikkeling: n
rond het Protestantse kerkinterieur vei -
schillen sterk van al wat eraan voor af
ging. Deze ontwikkelingen, die voor w.;t
betreft de oude kerken ten nauwste sa
menhangen met de begrippen mom
mentenzorg en restauratie en die voorts
een weerspiegeling zijn van ingrijper
gewijzigde liturgische inzichten, ve>
dienen een apart standaardwerk d;-
evenals de geschiedenis van de 20
eeuwse kerkelijke architectuur nog g
schreven moet worden. Wat „Een huis
voor het Woord" wél levert, is een enoi
me hoeveelheid materiaal waarmee a
len die bij kerkrestauraties betrokken
zijn vanaf nu hun voordeel kunnen
doen. Hopelijk draagt het boek zo m
alleen bij tot een dieper inzicht in c'e
ontwikkeling van het Protestantse kerk
interieur, maar ook tot grote voorzie!
tigheid en een zorgvuldige afweging bij
voorgenomen wijzigingen in de inricf
ting van onze Protestantse kerken.
P.D.