een boeiend leven
90
waarna daarop in de gevangenis zich
gruwelijke tonelen afspeelden, waarbij
vele Japanners door Indonesiërs wer
den geëxecuteerd". De weinige blanke
mannen wachtten des nachts de over
vallen af met een mitrailleur op de wa
randa. De Ambonese KNIL-militairen
liepen piket en kregen korte tijd vrijdom
van 't Engelse hoofdkwartier om oprui
ming te houden onder de pemoeda's.
Dat deden ze, doch het werd te gek. Het
SEAC (South Eastern Asian Command)-
commando voor Ned.-lndië was op de
dag van de Japanse capitulatie uit
Amerikaanse handen overgegaan naar
de Engelsen en Lord Mountbatten werd
opperbevelhebber. De Engelsen zou
den vier weken om Soerabaja vechten
en leden daar eigenlijk, ondanks de ont
ruiming, een nederlaag. In sommige
kampen werd ondertussen door „natio
nalisten" gemoord. Toen men tenslotte
Batavia en Bandoeng wat „schoon" ge
kregen had, was daarmee ook niet meer
bereikt, want de verbindingen waren
niet veilig. Bij de inmiddels gelande ba
taljons moest zich een Zeeuws bevin
den, vernam Teunis. Hij op zoek. Bij de
schildwacht gekomen, vroeg hij waar
hij de commandant kon vinden. „Das,
bie dat Pezemkotje", wees de man.
Tenslotte - het was toen al oktober -
arriveerde de luitenant-gouverneur-ge
neraal, Dr. H. J. van Mook, en zocht met
twee koffers in de hand een onderko
men, in het vroegere paleis.
Teunis, die er nog altijd drie soort uni
formen op na hield (Nederlands, Ameri
kaans en Engels) was inmiddels contact
gaan onderhouden met de geallieerde
troepenmacht. Hij publiceerde in „Stars
and Stripes" en wist zich via Engelse
connecties te nestelen bij het radiosta
tion van Djakarta. Dat was eerst in be
slag genomen door de (direct doorSoe-
karno uitgeroepen) Republiek, maar de
Engelsen hadden voor de eigen verbin
dingen met hun troepen dit medium no
dig en men ging fifty-fifty doen. Er was
wel een postkantoor in de stad, maar
post kwam er niet. Mededelingen uit
Nederland arriveerden per toevallige
koerier. Een zusje van Teunis, die door
het Ministerie van Koloniën was uitge
zonden als kwartiermaakster voor vrij
gelaten en terug te voeren kampbewo
ners, wist haar broer op te sporen en zo
doende kwam hij op de hoogte van de
situatie thuis. Voor de radiouitzendin
gen vertaalde hij de Engelse berichtge
ving uit Singapore in 't Nederlands; hij
wist een voorraadje Nederlandse gram
mofoonplaten op te sporen, zodat Louis
Davids werd gedraaid naast Vera Lynn.
Er vormde zich een clubje radiojongens.
Bert Garthoff b.v. zat er ook en Mannus
Franken, de filmer kwam er bij. Een en
ander trok de aandacht van Mook die
hen uitnodigde voor een gesprek. Deze
ontdekte een groepje jongelui met wie
discussie en uitwisseling van informatie
mogelijk bleek. Tevens bleek hij te we
ten van een van de laatste ondergrond
se activiteiten van Teunis in Nederland
inzake een op Ned.-lndië gericht blaad
je: „De Opdracht". Een initiatief van
Leidse en Utrechtse indologen die, toen
Duitsland de oorlog begon te verliezen,
aandacht probeerden te vragen voor In-
dië. Stelling; de Jappen eruit, herstel
van oorlogsschade, ons zo snel moge
lijk overbodig maken en Indië in Rijks
verband zelfstandigheid geven. Wisten
wij, aldus Teunis, dat de revolutie Soe-
karno's vorm zou krijgen! P. J. Koets
was ook terug van de Birma-spoorlijn
en het gevolg was een zeer nauwe sa
menwerking met deze en met de luit. G.
G. zelve en een soort woordvoerder
schap in geschrift en via Radio Batavia.
„Een functie, naar de uitspraak van Ri-
nus Ferdinandusse", concludeert de
RVD- en p.r.man, „naar Zeeuwse aard,
in het tweede échelon, maar wel van es
sentie. Dr. Posthumus moest toezicht
op ons houden, maar die had er niet te
veel idee van". De Stuw-groep mentali
teit zal in dit voorlichten en communi
catie bedrijven doorgeklonken hebben,
zodat op een gegeven moment een of
andere kritische opmerking t.a.v. het
Haagse beleid minister Jonkman ter ore
werd gebracht, die de luit-G.G. meldde
bedoelde uitlating hoogst ongewenstte
achten en gelastte de betrokken ambte
naar te berispen. Maanden later werd
hij bij Van Mook geroepen, die hem de
briefte lezen gaf. Daarmee was het inci
dent gesloten. (Anders doe je het mis
schien nooit meer, zei de G.G.)
Van Mook stuurde Teunis later met 't
oog op de politionele acties naar de Ver.
Staten om de Amerikaanse pers beter
voor te lichten, zeg bewerken. De Ame
rikanen met hun Monroe-leer zagen het
met de Nederlanders in Indonesië niet
New York, 1 948: een weinig succesvolle poging d2
Amerikaanse pers begrip bij te brengen voor het
Nederlandse standpunt.
zitten. De Verenigde Naties zaten toen
nog in Flushing Meadows. Hij was er
een jaar, doch er viel uitermate moeilijk
te werken en de Nederlandse kamerle
den die er kersvers als waarnemer bij d
VN gestationeerd waren, droegen we:
nig tot zijn motivatie bij. Een collega
daarentegen alsde journalistVon Ballu
seek was een steunpilaar. Er was wel
een rechtstreekse telegrafische verbin
ding met Batavia. Teksten moesten
eerst gezien worden door Slotemaker
de Bruine Jr.; vervolgens gingen ze naai
Van Kleffens in New York. Dat beteken
de, in Amerikaanse persopvattingen
vertaald, achter de feiten aanlopen en
nogmaals er was op die wijze geen goed
werk te leveren. Ergo terug naar Bata
via. Wel woonde Teunis daarna nog de
Ronde Tafelconferentie in Nederland
bij, doch in februari '50 kwam er een
aanbod hoofdredacteur van „De Loco
motief" te worden. Dat nam hij aan; eer
der was hij getrouwd met een meisje
dat hij in Nederland al kende en dat hem
ook als secretaresse kwam bijstaan. Er
was een kind geboren - later werden
het er drie - de zoons nu medicus en
boekhandelaar, de dochter woont in
San Fransisco.
„De Locomotief" was het grote dagblad
voor Midden-Java en van oudsher een