middelgrote steden en de sociaal-economische ontwikkeling; perspectief op middelburg 16e Arbeidsmarkt en technologische ontwikkeling Het is niet verbazingwekkend dat de hui dige hoge werkloosheid allerlei theo rieën heeft doen ontstaan, waarbij met name voor de grote steden vrij sombere perspectieven optreden. Vooral de zo genoemde „theorie van de dubbele ar beidsmarkt" heeft een somber perspec tief. In het kort geschetst, komt het erop neer dat er twee soorten arbeid aan het ontstaan zijn, te weten (1e) de banen met een kennis-intensief karakter en een goede beloning, en (2e) de routinemati ge banen, met een lagere beloning en veel vervangingsmogelijkheden door technologische veranderingen. Volgens aanhangers van deze en ver wante theorieën, zullen de grotere ste den getroffen worden door steeds scherpere conflicten tussen deze twee categorieën, waarbij ook de steeds gro tere groep werklozen tot grote proble men kan leiden. Wie de huidige stedelij ke problematiek bestudeert, kan niet an ders dan vrezen dat - althans een deel van - de geschetste spanningen aanwe zig zijn. Veel hangt echter af van de toe komstige technisch-economische ont wikkelingen, waarop ik thans wil ingaan, omdat juist hierin een mogelijk verband ligt tussen de ontwikkeling van de grote steden en die van Middletowns. Technologische ontwikkeling is een veelkleurig verschijnsel. Economisch gezien, zijn er vele effecten zoals: 1 e) het arbeidsverdringende effect, als de machines de taken van arbeid over nemen; (2e) het kostenbesparende ef fect, waardoor machines en consump tiegoederen absoluut of relatief steeds goedkoper worden; en (3e) het effect dat de kwaliteit van goederen steeds be ter wordt, zoals de vergelijking tussen auto's van 1 960 en 1 985 duidelijk zal maken; ook medische apparatuur wordt steeds beter. Voor de stedelijke ontwikkeling was de Industriële Revolutie van grote beteke nis. Welke invloed zal de Informatica Re volutie hebben? Volgens Alvin Toffler in zijn boek „The Third Wave", zullen de computer en de telecommunicatie het einde betekenen van de traditionele fabriek. De arbeid zal vooral in kantoren of thuis gaan plaats vinden. Volgens Toffler zijn stedelijke kantoorconcentraties uit de tijd en zul len de deskundigen aan hun computer terminal thuis hun werk gaan doen. Geen forenzen en geen verkeersopstop pingen meer en het einde van de grote steden als werkgebied. De nieuwe werk nemers zullen thuiswerken en veel meer tijd overhouden om er allerlei consump tieve activiteiten bij te doen, zoals schil deren, auto's repareren, zelf groente verbouwen, enzovoorts. De producent en de consument versmelten in één nieuwe persoon, de „prosument". Voor al de dienstensector wordt daardoor ge troffen, zodat de uitstoot uit de industrie ook niet meer wordt opgevangen in de dienstensector, behalve de kantoorar- beid van hoog gehalte. Maar de totale nationale produktie zal zo hoog zijn, dat iedereen een voldoende hoog basis-in komen kan genieten. Recreatie zal de snelst groeiende economische sector worden. Dit toekomstbeeld gaat gepaard met een achteruitgang van de grote steden en een groei van de kleinere steden (die tussen 20.000 en 100.000 inwoners), met een overzichtelijke sociale struc tuur, een goed voorzieningenniveau, en zonder te veel grootstedelijke conflic ten. Het beeld dat door Toffler wordt geschil derd, istechnologisch gezien stellig mo gelijk. Het is eechter de vraag, of het zo zal gaan; of de mensen het willen, en vooral ook op welke termijn een en an der zou gaan plaatsvinden. Een andere Amerikaanse auteur, Nais- bitt, heeft in zijn boek „Megatrends" te gen Toffler ingebracht dat in een maat schappij met „high technology" juist grote waarde zal worden gehecht aan het sociale contact in teamverband. Vandaar dat hij spreekt van „high tech/ high touch". Dat betekent dus dat de mensen niet „en masse" verspreid zullen gaan werken, maar nog wel in kantoren willen samenwerken. Toch zullen woonmilieu en recreatie een steeds grotere rol gaan spelen bij de lo- katie van bedrijven. In principe zijn veel „high tech"-bedrijven in hun lokatie ge bonden aan gebieden waar het hoger personeel zou willen wonen. Die keuze hangt niet alleen af van een mooi woon milieu, maar ook van hoger onderwijs, thaters, ziekenhuizen en vliegvelden. dus in of bij grotere agglomeraties. Het is nodig om nog een andere factor van technologische aard te noemen, die van belang zou kunnen zijn voor de spreiding van bedrijven. Ik doel daarbij op de zogenoemde „flexibele automati sering", door Computer Aided Manufac turing (CAD-CAM) en robotisering. Daardoor kunnen kleinere bedrijven steeds beter in kwalitatief opzicht con curreren met grote bedrijven of in op dracht daarvan complementair werken. Ook hierbij is een spreidingseffect te verwachten. Middelburg en de toekomst Wat kan Middelburg nu van al deze ont wikkelingen verwachten? Kan deze stad op een en ander inspelen? Allereerst wil ik benadrukken dat inter regionale veranderingen van de econo mische structuur uiterst langzaam op treden. Het gaat zelden of nooit om reve- lutionaire processen. Zelfs belangrijke structuur-veranderende technologische veranderingen, zoals de stoommachine en de micro-electronica, hebben pas op langere termijn belangrijke effecten op de ruimtelijke structuur. Middelburg zal, door de micro-electro nica en door de telecommunicatie, in principe zeker gunstiger komen te lig gen voor tal van activiteiten, maar voor alsnog mag men geen grote veranderin gen verwachten. Wat laat dat aan andere mogelijkheden open voor Middelburg? Geen revolutionaire ontwikkelingen, maar er zijn natuurlijk wel positieve eigenschappen en sterke economische functies, waarop kan worden voortge bouwd. De recreatie zal stellig als een goed voorbeeld kunnen worden ge noemd. De plannen voor het Vitrite-ter- rein zijn daarvoor een uitstekende in vestering. Hoe dan ook. Middelburg heeft jaren lang een zorgvuldig beleid gevoerd met betrekking tot de leefbaarheid en de stadsvernieuwing. Er is een sterk stede lijk kapitaal opgebouwd, gericht op zo wel het verleden als de toekomst. Het bouwen aan de stad blijft één van de beste investeringen, die men als ge meente kan doen. Middelburg steekt wat dat betreft met kop en schouders boven vele andere steden uit. Geen „Middletown", maar „Best town".

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1985 | | pagina 14