de strijd om zeeland in de lage landen aan de noordzee van de 11e tot de 14e eeuw 27 eigen streken. In 1 266 is het eerste sig naal van contact met het machtige Han- zehandelsverbond van Noord- en Oost zee. Zierikzee bloeide en groeide. Zierikzee was gunstig gelegen, geïso leerd van het vaste land en daardoor be schermd tegen aanvallen over land, open naar de zee en de grote rivieren Rijn, Maas en Schelde. Het eiland Schouwen, omringd door dijken en dui nen, was een goed achterland voor de aanvoer van graan, vlees, melk en boter. Het voorzag de stad in haar eerste le vensbehoeften. Hout, stenen en andere materialen moesten over het water aan gevoerd worden. De ligging van de stad bood de gelegenheid tot een levendig handelsverkeer met onder meer Enge land. Via de Oosterschelde nam het een vooraanstaande plaats in bij de aan- en doorvoer van produkten van en naar het Europese vasteland. De Hollandse graaf steunde de stad bo vendien als vooruitgeschoven bolwerk in de strijd om Zeeland. Graaf Floris V verleende de burgers in 1290 vrijheid van alle tollen in zijn gebied. Het groeiende zelfbewustzijn van de stad uitte zich in de aanleg van poorters- boeken waarin degenen, die de eed als burger hadden afgelegd, werden opge tekend. Ze zijn er vanaf 1 302 en daar mee de oudste nog bestaande van de Noord-Nederlandse steden. De gunsten die de Hollandse graaf aan de stad schonk, verbond deze hecht aan het gravenhuis in de strijd om Zeeland. Het hoeft geen verwondering te wekken dat Zierikzee onvoorwaardelijk de zijde van Holland koos tegen de pretenties van Vlaanderen het mondingsgebied van de Schelde voor de steden Brugge, Gent en Antwerpen, te onderwerpen. Het eerste beleg (1303) De strijd om Zeeland ging in het begin van de 14e eeuw naar een hoogtepunt. De verpletterende nederlaag die het Franse leger in 1302 in de Guldenspo renslag bij Kortrijk leed, bezorgde de Vlamingen een grote zelfverzekerdheid. Ook beide graafschappen Henegouwen en Holland, in handen van Jan II en ver bonden met de Franse koning, moesten dit ervaren. De Vlamingen vielen beide gewesten aan en in het bijzonder was Zeeland hun doelwit om dit voorgoed ondergeschikt te maken en te voegen bij Vlaanderen. Graaf Jan II bleef in Henegouwen en liet de verdediging van Zeeland over aan zijn 17-jarige zoon Willem. Deze bleek niet opgewassen tegen zijn Vlaamse tegen stander G wijde van Namen, zoon van de Vlaamse graaf, die zich al bijvoorbaat graaf van Zeeland was gaan noemen. Talrijke Zeeuwse edellieden, waaronder met name Jan van Renesse en Floris van Borselen, steunden de Vlamingen. Zij zonnen op wraak wegens een in hun na deel beslist conflict met graaf Jan II. De Vlamingen ondervonden bij hun eer ste expeditie in 1303 weinig tegen stand. De onervaren Willem werd op Walcheren tweemaal verslagen, bij Vee- re en bij Arnemuiden, en moest zich in Middelburg verschansen. Die stad gaf hij al na een week op onder beding van een vrije aftocht naar Zierikzee. Zierikzee heette Willem welkom. De Vla mingen volgden hem op de voet. De vijandelijke vloot voer de Gouwe op en bleef voor Zierikzee liggen waar ze hun pijlen op de stad afvuurden als een wei nig bemoedigende welkomsgroet. T roe pen werden aan land gezet en kondig den met luid geschreeuw het beleg van de stad aan. Laat ons winnen dit crayennist! (Laat ons dit kraaienest veroveren!) Zo deelt Melis Stoke, kroniekschrijver van de Hollandse graaf, ons de Vlaamse spot mee. De Vlaamse oorlogsmachine leek niet te stuiten. „Indien gij u dadelijk had overgegeven, had gij uw leven be houden". Het zal de burgers van Zierik zee vast besloten hebben gemaakt hun stad koste wat kost te behouden. De Vlaamse belegeringswerktuigen werden aan de noordzijde van de stad in stelling gebracht. De Vlamingen beslo ten tot een verrassingsaanval op één van de poorten. Volgens Melis Stoke stoven 5000 man erop af. Tot hun verrassing echter openden de Zierikzeeënaars de poort en sloegen deVlamingenfelterug. De strijd kreeg een climax toen een deel van de Zierikzeese krijgers de noordelij ke poort verliet, met een boog om de stad liep en daar de Vlamingen in de flank aanviel. De Vlaamse troepen raak ten geheel in paniek.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1986 | | pagina 33