DAAR IS GEEN LAND ALS DIT MIJN LAND 40 jaar geleden droogmaking Walcheren 64 Het bekende gedicht van Jan Campert „Lof van Walcheren" sluit met de vol gende regels: „Daar is geen land als dit mijn land besloten tusschen zee en strand. - O palm van God's hand Het tweede couplet van deze Lof heeft het over de meimaand: „Wie ooren om te horen heeft hij luistere naar dit lied, dat in de meidoornhagen leeft en hij vergeet het niet." Jan Campert bezingt het Walcheren van voor 1 940. Het werd weggevaagd in ok tober 1 944. Geen meidoornhagen meer, geen smalle bochtige wegen, geen pa den door weilanden. Op 4 oktober 1 944 noteerde ik in mijn dagboek: „Het bom bardement van gisteren met 4-motorige bommenwerpers had en heeft voor ons eiland een catastrofale uitwerking. De zeedijk bij Westkapelle was het doel; er werd gebruik gemaakt van bommen van 6000 kg. In de zeedijk werd een groot gat gegooid en aangezien het spring vloed was, stroomde het water met kracht naar binnen. Honderden men- schen zijn gedood en daar verschillende lijken naar zee teruggespoeld zijn, kan men niet het juiste aantal opgevenIn de molen bij de dijk moeten circa 50 menschen geschuild hebben, die men niet heeft kunnen bereiken en dus jam merlijk omgekomen zijn." De geschiedenis is overbekend. Meer bombardementen volgden. Door vier dijkgaten: Westkapelle, Vlissingen (Nol le), Veere en Rammekens stroomde het zeewater binnen. Op 17 oktober noteerde ik: „Het water stijgt ontzagwekkend. Begin Noordweg onder water, stroomt met kracht het Gat van Ponse binnen. Ook stroomt het van de Nadorstweg de Noordsingel over (bij Lavooy) de vest in. Zoo ook van de Veer- scheweg de vest in. Steeds rijdt de brandweer de straten door om de men schen op te roepen met spa en andere hulpmiddelen naar de Stadschuur te gaan om verschillende lage punten van Middelburg te versterken. Volgens En- gelsche zender staat Walcheren nu voor 2/3 onder water. Vanmiddag hebben 4- motorige bommenwerpers opnieuw de zeedijk van Westkapelle gebombar deerd." In november 1 944 was Walcheren vol gestroomd, uitgezonderd Nieuw en Sint Joosland en een gedeelte ten noorden van Arnemuiden. Heel het jaar 1945 staat in het teken van de droogmaking. Het gat in de Nolledijk is het eerste dat gedicht wordt. Den Doolaard zegt in zijn radioreportage van deze sluiting: „De Maandag (1 oktober) wordt kritiek. De klei komt niet verder, want de felle stroom sleurt de zware kluiten weg. De uitvoerder laat de kostbare kraan zoover mogelijk voor de schuinliggende cais sons varen ondanks het risico, dat de bolders op de caissons de kraanbodem open zullen scheuren. En nu maar net ten, steeds meer netten in het gat. Geef ze van achteren! Om half acht 's avonds moeten er nog 15 meter worden over wonnen. Om 11 uur nog 10 meter, om 1 2 uur nog 8 meter. De vloed raast naar binnen. Netten, meer netten. En nu klei er overheen bij het kenteren van het tij, vlugger nog vlugger... Wij zijn er. Het water staat verbaasd stil, een altijd pre- ciese opzichter kijkt met roode ogen op zijn horloge: het is 2 uur 50 minuten. Dinsdagmorgen 2 October en Walche ren is gered." Het dijkgat bij Westkapelle werd op 1 2 oktober en dat bij Veere op 23 okto ber 1945 gesloten, het gat bij Ramme kens volgde definitief op 22 februari 1 946. In 1 947 komt het werk van A. den Doolaard „Het verjaagde water" uit, zon der meer een epos over de strijd tegen het water in 1 945 en de winter van 1945-1946. Onder de titel staat een uitspraak van Andries Vierling, de be kende 1 6e-eeuwse waterbouwkundige: „Want uwen vijand Oceanus nacht noch dag en rust noch en slaapt, maar compt als een brijsende leeuw souckende om al te vernielen datter omtrent is.". Het werk is opgedragen aan zijn vrienden van de Dienst Droogmaking Walcheren en van de Maatschappij tot Uitvoering van Zui derzeewerken. Aan het slot van het boek, dat zich nog met vaart laat lezen, worden een aantal figuren uit de roman genoemd die een groot aandeel hadden in het droogmaken van Walcheren. „Want eeuwig is het water rond Holland en Zeeland en Friesland heen; eeuwig zullen van Hummel en Klaas Otterkop, Rossiger en Schoonebloem, Wapper- vaan, van Mikkum en Bonkelaar ertegen vechten, telkens dezelfde ziel in een an dere gestalte." Voor Hummel staat ir. P. Ph. Jansen, leider van de Dienst Droog- Ij-'.rl I duinen en droog gebleven gebied m gewezen overstroomd gebied making Walcheren en later hoogleraar te Delft, voor Otterkop de zinkbaas bij de firma Gebr. Van Oord Gerrit Visser, voor Rossiger de opzichter rijkswaterstaat D. J. Blom, voor Schoonebloem ir. P. A. van de Velde van rijkswaterstaat, voor Wap- pervaan ir. J. H. Verheij naaste mede werker van Jansen, voor Bonkelaar - de meest kleurrijke - Kobus Kalis de uit voerder, later directeur, van de N.V. Bos en Kalis. Het Zeeuws Documentatiecentrum be schikt over talrijke foto's die de inundatie en droogmaking van Walcheren in beeld brengen. Een kleine selectie volgt hier. Een ruime keuze uit het materiaal wordt gepresenteerd op de tentoonstelling over de droogmaking van Walcheren veertig jaar geleden die op 30 mei a.s. wordt ge opend en opgesteld staat in de Klooster gang van de Abdij te Middelburg voor een periode van veertien dagen. Daarna gaat de tentoonstelling naar de Grote Kerk te Veere. Gaarne doen wij een beroep op hen die nog spectaculair materiaal hebben over de periode 1944-1946. Zij kunnen zich wenden tot het Zeeuws Documentatie centrum (Zeeuwse BibliotheekKou- steensedijk te Middelburg. M.P.d.B. gebomhl !-!0-'44 gat975*20m gesloten 23-10-451 WESTKAPELLE gebomb.3-10-44 at 600*17. 60m gesloten12.10j45 Mellsjserke NOLLE gebomb.7-K §at3 50xr RAMMEKENS gebomb.7-10-44 got 750 X 24.50m geblokk-2 4-1-46

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1986 | | pagina 30