de overgang van axel, een herwaardering van de gebeurtenissen tussen 1565 en 1590
170
zele, St. Baafs, St. Pieters, Ter Duinen en
andere een aanmerkelijk deel van hun
inkomsten. Veel decennia en soms wel
eeuwen lang berustten de abdijen in dit
verlies van inkomsten en stelden zich te
vreden met het verpachten en soms met
het verkopen van hun schorrengebied.
De stad Axel veranderde na de verove
ring in 1 586 snel in een praktisch verla
ten oord. Vele gebouwen - sedert de
brand van 1 574 blijkbaar nog niet her
bouwd - verdwenen. Zelfs het recent
opgeknapte stadhuis werd anno 1 588
afgebroken en deels verkocht. Een deel
van het afbraakmateriaal verdween naar
Biervliet23). Wegen en vaarten in het
ambacht waren verdwenen en de stad
bleef lange tijd alleen bereikbaar over
water.
De Axelse bevolking en die uit het Axel
ambacht was grotendeels gevlucht voor
het oorlogsgewoel en het steeds verder
opdringende water. Uit een informatie
van notaris Pieter de Schuutere, gehou
den in 1 587 naar de toestand in Absda-
le, blijkt, dat de oogst van het seizoen
1 586 goeddeels verloren was gegaan.
De 28-jarige landman Pieter Verstraten
geboortig uit Beostenblie, maar daarna
gevlucht naar Zele, liet weten dat de
oogstmislukking niet alleen aan de inun
datie te wijten was geweest, maar ook
aan de roof en plundering van anderen
en van de soldaten. Pieter Lauwaert, 34
jaar uit Absdale, liet nog weten dat er
vanuit het fort nabij Terneuzen paarden
werden geroofd. Getuigen uit Stoppel-
dijke bevestigden deoogstmislukkingen
vanwege de inundaties en de overlast
van de uitlopende soldaten24).
Opzettelijke inundaties, gevaar van uit
vallende soldaten, gebrek aan financiën,
het is duidelijk dat nauwelijks nog ie
mand de zorg voor de dijken, laat staan
het dichten van de gaten, ter hand nam.
Zo zocht de Honte via het gat bij Othene
en Kampen zijn weg tot even bij Axel en
het zeewater van de Braakman ging
door het gat bij Buucxgate tot ver ten
zuidoosten van Axel om daar het Honte-
water te ontmoeten. De gemaakte gaten
werden al snel diepe stroomgeulen met
een grote breedte. Het zeewater rukte
op tot voorbij Zelzate tot nabij Wachte-
beke en Stekene en tot nabij Hulst. Daar
bestond het gevaar dat het water dat via
het Saeftingher gat kwam, zich zou gaan
voegen bij het water dat uit de richting
van Axel kwam. Slechts met veel moeite
bleef Hulst via een stevige dijk een ver
binding onderhouden met het Land van
Waas. Tijdens de jaren direct na de over
gang van Axel wierp het Spaansgezind-
gebleven zuiden een keten van forten op
om het uitlopen van de soldaten vanuit
Terneuzen en Axel beter in de gaten te
houden en te voorkomen.
Uiteraard kunnen we nog wijzen op an
dere dan de hiervoor genoemde gevol
gen, maar die laten we - gezien de be
perkte ruimte - buiten beschouwing.
5. CONCLUSIES
Alvorens dit artikel te besluiten, wil ik
nog even terugkomen op de personen,
die bij een vroegere herdenking hun re
de uitspraken of naar aanleiding daar
van hebben gepubliceerd.
Niet de eerste, maar wel één van de be
langrijkste in de rij is ds. Scharp, die in
1 786 in de inleiding van zijn Geschiede
nis en costumen van Axel opmerkte: de
onpartijdige beschrijving der Geschiede
nis der Voorrechten en der Wetten van
Axel te hebben geschreven, zoals dat
door een onpartijdiger en belangeloozen
historieschrijver moet worden nage
streefd. Over de overgang van Axel
merkte Scharp op:
De Heuglijke gebeurtenis, door welke
Axel tot het genot der dierbaare vrijheid
en onder het iieffeiijk bestuur van 's
Lands vaderen gebragt is, was van te veel
aangeleegenheid, dan dat elk waar lief
hebber van Vaderland en Vrijheid, bijzon
derde Achtbaare Regeering, niet naar het
naderend tweede Eeuwfeest van die aan
merkelijke Geschiedenis met een uitge
strekt verlangen zou gereikhalsd heb
ben om het zelve met alle staatelijk-
heid en dankbaare vrolijkheid te vie
ren 25)
en verder op:
Triomf! mijn volk! Juicht den Heere
Et Axel! zoo tradt alhier de vrijheid in, die
op de arm van Maurits leunde, en, van het
drukkende juk des Castiliaans bevrijd
woei van wal ren toornspits de blijde
vlag26).
Bijna 200 jaar later merkt J. J. Wesse-
ling in zijn Geschiedenis van Axel op:
Zo was Axel op 17 juli 1586 voorgoed
van het Spaanse juk bevrijd en behoorde
tot de vrije Nederlanden. Terecht is dit be
langwekkende feit uit de Axelse historie
na elke eeuw - op enkele uitzonderingen
na - feestelijk herdacht. Het is goed dat
het nageslacht zich de grote daden Gods
en zijn uitreddingen in de historie blijft
herinneren27).
GESCHIEDENIS EN COSTUMEN
VAN
A X E ]Le
BEHELZENDE IjjENE PLEGTIGE
KERKELTKE REEDENV0ER1NG
uitgesprooken op het
TWEEHONDERD-JAARIG EEUW-FEEST
DER VRYHE1D van GEMELDE STAD,
JStaatelyk gevierd op den zeeventienden van Hooimaand
des Jaars mdcclxxxvi.
Waar ik de
KERKELYKE en WERELDLYKE GESCHIEDENISSEN,
van de vroegfie tot op onze tvden toe, getrouw worden o'pge-
geevenalles opgelpoord uitde onpartydigde Schry vers
en eene meenigte nooit nitgegeevene Stukken.
DOOR
JAN SCHARP,
Mede bedienaar des Euangeliums in de Hervormde
Gemeente van Axel en Zuid-dort e.
EERSTE STUK.
Te MIDDELBURG,
Br WILLEM ABRAHAMS,
-r
Met alle respect voor de volle overtui
ging, waarmee zowel Scharp als Wesse-
ling hun beider visie op 1586 hebben
gegeven, vraag ik mij stilaan toch wel af,
wat nu het verschil is tussen de visie an
no 1 786 en de visie anno 1 966? Mijns
inziens is daartussen eenvoudigweg
geen verschil. Blijkbaar is de geschied
beschouwing op dit punt stil blijven
staan in de achttiende-eeuwse traditie,
die over het algemeen sterk religieusge-
kleurd was en die de Spaanse tyrannie
verafschuwde om zich vervolgens te
koesteren in de weldaden van het pro
vinciaal particularisme, het systeem
waarbinnen het calvinisme een mono
poliepositie bezat.
Alleen mr. P. Dieleman merkte in 1936
nog terloops op dat de economische
omstandigheden in het Axel van 1586
weinig rooskleurig moeten zijn geweest.