philip en robert Sidney, gouverneurs van vlissingen 176 Duitse rijk weinig overeenstemming be stond, daalde haar enthousiasme, zo dat al bestond, tot een minimum. Mochten zijn vrienden het beleid tijdens het op treden van het gezantschap prijzen, ko ningin Elisabeth was weinig onder de indruk. Sidney ontving geen officiële op drachten meer in de volgende jaren. In een brief aan Languet van 1578 klaagt hij dat zijn geest haar kracht be gint te verliezen en te verslappen zonder enige weerstand. Wat heeft het voor zin onze gedachten te laten leiden door ver schillende soorten van kennis tenzij er ruimte wordt geschapen deze in de praktijk te gebruiken ten voordele van de publieke zaak „which in a corrupt age we cannot hope for". Een sombere brief. Omdat hem geen gelegenheid werd ge boden een rol te spelen in het actieve politieke of militaire leven, zocht hij in ledige uren een uitlaat in de literatuur en „slipt into the title of a Poet". In het begin van 1 579 ontvingen vader Henry en Philips Sidney als gastheren prins Johan Casimir. In de zomer schreef Philip, waarschijnlijk op verzoek van lei- cester, een brief aan koningin Elisabeth waarin de argumenten werden opge somd tegen het voorstel dat zij met de katholieke hertog van Anjou een huwe lijk zou aangaan. Ongeveerterzelfdetijd publiceerde William Stubbes een pam flet dat zich ook tegen het huwelijk keer de. Voor deze stoutmoedigheid werd William bestraft met het afhakken van zijn hand waarmee hij het pamflet had geschreven. Voor Sidney was het een ander geval: als hoveling had hij het pri vilege te adviseren; bovendien stond hij alleen toe dat zijn brief in manuscript werd gelezen. Er zijn geen tekenen van ongenoegen van de zijde van de konin gin bekend. Vaak is gedacht dat deze brief de woede van de koningin had ge wekt, maar zij gedroeg zich vriendelijk tegen hem. Sidney trok zich overigens steeds meer terug van het hof. Robert Sidney Toen Philip Sidney in 1 585 naar Vlissin gen ging als gouverneur van deze stad was zijn faam algemeen verbreid. Zijn broer Robert die in 1 589 hetzelfde ambt ging bekleden was alleen maar bekend als broer van een beroemd man. Maar het kan verkeren. In 1973 en 1974 wordt de aandacht op Robert gevestigd door de vondst van een aantekenboek dat 66 gedichten in zijn handschrift be vat. De meeste gedichten zijn geschre ven in de periode 1595 tot 1598, de moeilijkste periode in zijn leven. De ver gelijking met Philips ligt voor de hand: hij begon met het schrijven van gedich ten tussen 1 578 en 1 585, gefrustreerd als hij was door het uitblijven van enig ambt. Robert Sidney wordt geboren te Pens- hurst Place op 1 9 november 1 563. Va der Henry zorgt er voor dat de jongere zoon een even goede opvoeding krijgt als Philip. Beide zoons gaan op Christ Church in Oxford studeren. Philip wordt door de vader als lichtend voorbeeld aangeprezen. Volgens de huidige peda gogische opvattingen zou dit een bron van frustraties kunnen zijn, maar niets wijst er op dat de goede verstandhou ding tussen de broeders werd verstoord. Wanneer de vader ter vervulling van zijn hoge ambten in Ierland en Wales lange tijden van huis is, houdt Philip een wa kend oog op zijn broer. In februari 1 579 begint Robert aan zijn Grand Tour in gezelschap van Hubert Languet en Fulke Greville. Languet was naar Engeland gereisd om zijn bescher meling Philip te ontmoeten. Het ver heugde hem te zien dat de verstandhou ding tussen de koningin en Philip goed was; maar de vleierij aan het hof mis haagde hem. Fulke Greville was een van de meest trouwe vrienden van Philip èn zijn latere biograaf. Bij zijn afscheid ga ven de Sidneys aan Languet een ketting met een waarde van iets meer dan 45 pond om zo hun warme sympathie uitte drukken voor deze staatsman en geleer de aan wie Philip zoveel te danken had. Eind februari kwamen, na een stormach tige overtocht, Robert, Languet en Gre ville te Vlissingen aan. Boven zijn jaar lijkse toelage van 20 gaf vader Henry voor de Europese reis van Robert 1 00 per jaar. Bovendien had sir Henry, die nooit ruim in zijn geldmiddelen zat, voor Kaart van Kent, 1596; onder het getal 63 Penshurst.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1986 | | pagina 22