philip en robert Sidney, gouverneurs van vlissingen 182 dreiging voor bepaalde gedeelten van Gelderland en Overijssel. Tegen het ein de van augustus trok Leicester, in gezel schap van Sidney, met zijn troepen naar Doesburg. Na enkele dagen gaf de stad zich over. De troepen trokken verder en sloegen het beleg voor Zutphen. Daar vond op 23 september 1 586 een scher mutseling plaats tussen een aantal En gelse edellieden en de vijand waarbij Sidney levensgevaarlijk werd gewond. Leicester, die ter plaatse was, omschreef de verwonding als zeer gevaarlijk, het dijbeen was verbrijzeld, maar volgens hem hadden de doktoren goede hoop. De legerarts John James schreef dat hij er niet zeker van was of Sidney zou ge nezen. Sidney werd, waarschijnlijk per boot, naar Arnhem overgebracht. Op 29 september bracht oom Leicester een be zoek aan zijn neef. Waarschijnlijk was hij aanwezig toen Sidney zijn testament op maakte waarin zijn oom alstoezichthou- der werd benoemd. Leicester keerde te rug naar Zutphen en schreef dat het her stel gunstig verliep. Op 7 oktober ging hij weer op bezoek bij zijn neef en zijn vrouw die naar Arnhem was overgeko men. Kort daarop verslechterde de toe stand zeer. Op zondag 1 6 oktober be zocht Leicester de zwaar zieke Philip op nieuw. 's Maandags voegde Sidney nog een codicile toe aan zijn testament. De zelfde dag - 17 oktober - overleed hij aan gangreen. Spoedig daarna werd het lichaam gebalsemd en overgebracht naar Utrecht. Het lichaam van de man, die nog geen 32 jaren telde, kwam via Vlissingen op 5 november in Londen aan. De begrafenis, een vorst waardig, vond plaats in de St. Pauls kathedraal op 1 7 februari 1 587. Deze droge opsomming van feiten staat in schrille tegenstelling tot de diepe in druk die de dood van Sidney in de eerste plaats in zijn omgeving, vervolgens in Vlissingen, maar al spoedig in Europa, maakte. Geen van zijn tijdgenoten in ei gen land kreeg de aandacht die Sidney kreeg, noch Leicester en Burghley onder de staatslieden, noch Raleigh en Drake onder de soldaten, noch Spenser en Shakespeare onder de dichters. Ringler geeft een treffend voorbeeld hoe levend Sidney bleef in de geest van de mensen. In het heetst van de grote zeeslag tegen de Spaanse Armada in 1 588 schreef de als veldheer kon hij weinig uitrichten te gen Parma. Op 28 mei 1 586 viel Grave in diens handen en daarmee de controle over de Maas. Om zijn gehavende repu tatie te redden had hij een overwinning op de vijand nodig en die kwam in juli toen Maurits en Sidney met hun troepen Axel overrompelden (zie bijdrage De Kraker in dit nummer). Opluchting bij Leicester: „This town of Axel is of very great importance; we shall have way to get at Antwerp and Bruges by it". Een poging van Sidney later in de maand om Grevelingen te veroveren ging - tot zijn grote teleurstelling - niet door. De laatste maanden van zijn leven kon Sidney zich nog nauwelijks bezighou den met Vlissingen. Er zijn berichten dat desondanks de magistraat en inwoners van Vlissingen hem bleven waarderen. De opmars van Parma vormde een be De beroemde begrafenisrol van Thomas Lant met gedeelte waarop de Nederlandse deputatie voorkomt. Voor op rijden de gezanten Menin en Valcke. The Black Pynnes - de zwarte pinas het schip waarmee het gebalsemde lichaam van Sidney naar Engeland werd vervoerd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1986 | | pagina 28