de overgang van axel, een herwaardering van de gebeurtenissen tussen 1 565 en 1 590
163
Dit veranderde in de loop van de jaren
zeventig.
De schepenbank, zowel die van de stad
als die van het ambacht vóór 1 565 een
college van zeven, werd daarna uitge
breid tot een college van dertien schepe
nen, waarvan de eerste schepen tevens
burgemeester was. Er kwam één baljuw,
één ontvanger en één griffier. De
schoutambten, die van Axel en Axelam
bacht vormden samen met het griffier
schap van het ambacht een apart leen,
dat gehouden werd van het leenhof de
Oudburg van Gent. Zij bleven als leen
onberoerd gelaten. Leenhouder in die
tijd was de heer van Liedekercke, die te
vens heer van Axel en Eversbeke was en
in Kortrijk het hoogbaljuwschap be
kleedde. Omdat er op het vlak van de
schoutambten niets veranderde, had de
heer van Axel kunnen instemmen metde
unie van stad en ambacht.
De unie zal ongetwijfeld voor een van de
twee - wellicht voor beide - wel voor
deel hebben geboden, maar dat wil nog
niet zeggen dat die verder vlekkeloos
functioneerde, want deze verandering
was nog maar nauwelijks achter de rug,
of een nieuwe diende zich al aan. In
1 572 werd het Kwartier Terneuzen be
stuurlijk bij Axel en Axelambacht inge
deeld. Axel had met name na de storm
vloed van 1 november 1 570 - blijkbaar
toch wel onder enige druk van buiten -
gevraagd om deze nieuwe unie. Axel
wees erop dat een goede gang van za
ken in deze landtong het best door de
dichtstbijzijnde nabuur kon worden ge
regeld en dat was Axel. Zo verloor het
Kwartier van Terneuzen zijn op 4 okto
ber 1 564 gekregen zelfstandigheid aan
Axel. Daarmee werden voor laatstge
noemde de verantwoordelijkheden en
de moeilijkheden ook groter. Om een en
ander niet nog verder te bemoeilijken
werd het bestuur, zoals dat in het charter
van de unie van 1 565 zijn beslag had ge
kregen, grosso modo ongewijzigd gela
ten.
Laten we nu het Axelse bestuur eens in
ruimer verband bekijken. Sedert de unie
van 1 565 maakte Axel ook deel uit van
de Vier Ambachten, die op hun beurt
weer samen met ondermeer Het Land
van Waas, de Oudburg van Gent, het
Land van Aalst, Beveren, Saeftinghe etc.
ressorteerden onder het Kwartier van
Gent. De Vier Ambachten belegden voor
een aantal vaste en terugkerende zaken
gemeenschappelijke vergaderingen, in
dien er gemeenschappelijke belangen
behartigd moesten worden ofwel een
gemeenschappelijk standpunt tegeno
ver Gent of de Vier Leden ingenomen
moest worden. Axel, noch de Vier Am
bachten als zodanig hadden een verte
genwoordiging in de vergadering van de
Vier Leden, d.w.z. de Staten van Vlaan
deren. De stad Gent vertegenwoordigde
de belangen van alle subalterne- en
smalle steden en wetten in haar ressort.
Vandaar het belang dat werd gehecht
aan een goede verstandhouding met de
Arteveldestad, in het bijzonder met de
Gentse magistraat: de Schepenen van
de Keure. Wanneer Axel er nu in slaagde
haar standpunt tot algemeen standpunt
van de Vier Ambachten te doen verhef
fen, dan had zij meer kans van slagen bij
Gent ofwel bij de Vier Leden. Ook lob-
biën via hooggeplaatste personen was
voor Axel niet ongewoon.
In een aantal gevallen kon Axel zich ook
richten tot de centrale regering te Brus
sel: het hof, de koning ofwel de land
voogdes. In alle gevallen werden de ver
zoeken terugverwezen naar lagere be
stuursorganen of functionarissen, die
hun advies dan uitbrachten, waarop de
centrale regering dan weer haar stand
punt bepaalde.
De financiële controle van het Axelse be-
stuurviel onderde Rekenkamerte Rijsel,
die elk jaar op vaste tijden commissaris
sen afvaardigde om de rekeningen te
controleren. Bij deze gelegenheid werd
ook de magistraat vernieuwd: er kwa
men dan zeven (negen, dertien) nieuwe
schepenen. Tenslotte ressorteerde Axel
in juridisch opzicht onder de competen
tie van de Raad van Vlaanderen. Dit was
het hoogste gerechtshof in het graaf
schap, waartoe men zich kon richten/in
beroep gaan. In bepaalde gevallen kon
men nog een beroep doen op de Grote
Raad te Mechelen. Tenslotte had Axel
nog te maken met een aantal ambtena
ren, die diverse belastingen en andere
lasten kwamen innen (beden, pennin
gen, geschoten
Alvorens naar de feitelijke gebeurtenis
sen over te gaan, die in de jaren voor en
na de inname van Axel door de Staatsen
speelden, trekken we alvast de volgende
conclusies, die het voorgaande samen
vatten en van belang zijn voor een beter
begrip van die gebeurtenissen.
a. Het geografische kader, waarbinnen
Axel lag was een kwetsbaar gebied
met de invloed van de Honte en van
de Braakman op de broze zeedijken
en de voortschrijdende niveauverla
ging in het zuiden.
b. De stad Axel was economisch duide
lijk op zijn retour tijdens de 16e
eeuw, voornamelijk door de achter
uitgaande zoutnering.
c. Wat voor de stad geldt, geldt grosso
modo ook voor het zuidelijk gedeelte
van Axelambacht, ook hier teruglo
pende economische activiteit.
d. In bestuurlijk opzicht bracht de pe
riode voor de inname grote verande
ringen met zich mee: tweemaal een
schaalvergroting, waarbij de stad in
feite opging in groter verband.
e. In ruimer bestuurlijk kader en met
name vooral in politiek opzicht had
Axel weinig of geen invloed en was
erg afhankelijk van de goede wil en
goede bedoelingen van de hogere
kasselrij-, provinciale- ofwel lands
heerlijke besturen.
3. DE FEITELIJKE GEBEURTENIS
SEN VOORAFGAAND AAN EN DE
INNAME VAN AXEL IN 1586.
3.1. Enkele opmerkingen over de
oorzaken van de Nederlandse Op
stand.
Toen de hertog van Alva in 1567 met
een troepenmacht naar de Nederlanden
kwam om de opstand te onderdrukken,
nam hij een aantal maatregelen, dat een
aardig licht werpt op de achtergronden
van de rebellie tegen de regering van
Philips II.
Bij zijn aankomst trof Alva een opmerke
lijke rustige toestand aan, maar dit
weerhield hem er niet van met gestreng
heid diegenen te vervolgen, die een ac
tieve rol tijdens de jaren 1 566/67 had
den gespeeld. Daartoe stelde hij een
Raad van Beroerten in. Volgens voor
zichtige schattingen blijkt het aantal
slachtoffers ergens tussen de 1000 en
2000 te liggen. Hiertoe behoorden
voornamelijk de Beeldenstormers. Daar
naast deed Alva de plakkaten op het vlak
van de religie weer strikt naleven. We
hebben hierduste maken meteen gods-