ZEEUWS TIJDSCHRIFT JAARGANG 36 nummer 6 -1986 ZEEUWS LANDSCHAP 50 JAAR Op enthousiaste wijze heeft de Stichting Het Zeeuwse Landschap het afgelopen jaar zijn 50-jarig bestaan gevierd. Naast de officiële viering in en om de abdij in Middelburg in de maand mei en alle publiciteit daaromheen is de stichting ook met allerlei andere activiteiten in het nieuws geweest. Bij deze activiteiten is een zorgvuldige spreiding over de verschillende regio's in acht genomen en is veel aandacht besteed aan het dichterbij brengen van de natuur bij de bewoners van Zeeland. Als voorbeelden van deze activiteiten kunnen worden genoemd een lesbrief over het land van Saeftinge, het aanbrengen van vogelobservatiehutten in respectievelijk de inlaag Keihoogte op Noord-Beveland en het Groote Gat in Oostburgde opening van het bezoekerscentrum in de eendenkooi op Sint-Phi/ips/and en de onthulling van een infor matiebord op het landgoed Ter Hooge nabij Middelburg. Heel handig is de uitgave van het zogenaamde Zakgidsje waarin alle terreinen in beheer bij Het Zeeuwse Landschap kort worden beschrevenin welke tijd het gebied het meest interessant is en hoe de toegankelijkheid is geregeld. Dit jaar was de stichting zeer actief en heeft veel aan de weg getimmerd. Uit het boek dat de stichting heeft uitgegeven blijkt dat de stichting al 50 jaar actief bezig is om de Zeeuwse natuur te beschermen! De titel van het boek is „Mens en zee en land". Dit boek is werkelijk zeer illustratief voor het werk van de stichting; de lezers worden intensief betrokken bij het reilen en zeilen van Het Zeeuwse Landschap. Het begin Net als bij de oprichting van de Vereni ging tot behoud van Natuurmonumen ten in Nederland (1 905) was er ook voor het ontstaan van de Stichting Het Zeeuwse Landschap een concrete aan leiding. Hier ging het eveneens om een directe bedreiging van een - voor de kenners van destijds - waardevol na tuurgebied. In 1935 dreigde het land goed „Hoogduin" bij Domburg verkocht te worden, waarna het in aparte bouw- kavels zou kunnen worden opgesplitst. Natuurbeschermers uit Zeeland namen contact op met de Vereniging tot be houd van Natuurmonumenten. De toen malige voorzitter mr. Van Tienhoven achtte het terrein betrekkelijk klein en !r. M. van Oosten-Snoek verafgelegen (in verband met beheer) van de overige bezittingen van Natuur monumenten. Hij stelde zich ten doel een Zeeuwse organisatie op te richten die op provinciaal niveau bekendheid zou kunnen krijgen en met steun van de regionale bestuurders het bedreigde na tuurgebied zou kunnen redden. In ande re provincies waren reeds dergelijke or ganisaties opgericht. Op 1 5 mei 1 935 verzocht mr. Van Tien hoven de toenmalige commissaris van de Koningin in Zeeland jonkheer mr. J. W. Quarles van Ufford de leiding te ne men om een stichting op te richten, die zich moest gaan bezighouden met het behoud van het landschapsschoon in de provincie. De commissaris van de konin gin nodigde een aantal Zeeuwen uit deel uit te maken van het bestuur, voorname lijk bestuurders van gemeenten (waar onder Domburg), waterschappen, het kroondomein en uit het notariaat. De op richtingsvergadering vond plaats op 25 februari 1 936 in het gebouw van de provinciale griffie. Met de oprichting van de Stichting Het Zeeuwse Landschap was „Hoogduin" uiteraard nog niet veiliggesteld. Ironisch genoeg heeft de stichting het landgoed Grote Gat bij Oostburg (één van de terreinen met een observatiehut). Foto: Bouke Grootjans.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1986 | | pagina 3