DE ABDIJ VAN MIDDELBURG Overpeinzingen van een Middelburger M. P. de Bruin Had de cultuurhistoricus Huizinga gelijk toen hij in 1 938 naar aanleiding van de plannen tot afbraak van het hotel de Ab dij schreef, dat het abdijcomplex een van de kostbaarste monumenten was die ons land bezat? Het hotel mocht dan geen wonder van schoonheid zijn, het vormde wel een natuurlijke afsluiting van de oostzijde van het Abdijplein. In die tijd kende ik de abdijgebouwen al leen van buiten. Je liep van de Balans door de grote of kleine poort het Abdij plein op om naar een of ander evene ment te kijken of te luisteren. In 1 937 waren dat bijvoorbeeld de feesten rond het huwelijk van prinses Juliana en prins Bernhard toen plein en gebouwen fee stelijk verlicht waren. Met Koninginne dag, 31 augustus, ging je kijken naar het ringrijden of luisteren naar een aubade. Het plein oefende een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit. Je was binnen en buiten tegelijk. Er waren nog twee an dere poorten om op het Abdijplein te ko men: de S.P.Q.M.-poort (zijvleugel com missariswoning) en de Koorkerkhof poort. De eerste poort werd de Spom- poort genoemd want het staartje van de Q was weggesleten en maar weinig Mid delburgers wisten dat S.P.Q.M. stond voor Senatus Populus Que Mediobur- gensis of wel Raad en Volk van Middel burg. Toen in de nacht van 1 7 op 1 8 mei 1 940 driekwart van de abdijgebouwen door vuur vernietigd werd bood het plein een macabere aanblik. Ingestorte gebou wen, zwaar gehavende bomen, en na een regenbui een ondragelijke stank van vochtig papier afkomstig uit een deel van het vroegere Rijksarchief. De niet te benoemen sfeer die er vroeger uitging van het plein en de gebouwen rondom leek voorgoed verdwenen. In de zomer van 1940 werd het puin in de binnen stad geruimd. Wanneer het woei vorm de het dwarrelende stof een soort over de stad hangende mist. De resten van de gevels werden meestal gesloopt behal ve van de meest monumentale gebou wen zoals het abdijcomplex. Aan de westzijde van de Abdij staken de muren van de oude refter, die tot de brand als gymnastieklokaal had gediend, en die van de Nieuwe Kerk boven de steenho pen en puin uit. In het volgende zullen Boven: puinhopen op de hoek Groenmarkt en Burg, herfst 1 940. Links vooraan de muren van de refter, daai achter de noordmuur van de Nieuwe Kerk. Onder: de oude Statenzaal rechts, links de gymnastiekzaal met aan onderzijde verlengde ramen, aan de Groenmarkt, zomer 1 940. Op de voorgrond het barokke plantsoen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1987 | | pagina 28