de korte, bewogen geschiedenis van het zeeuwsch dagblad auteur van een aantal boeken en als eindredacteur van het vrijgemaakte blad „De Reformatie" in dienst bij de uitge ver, Oosterbaan en Le Cointre. Van Spronsens bijdragen en commenta ren blijken naar strekking en inhoud nogal af te wijken van de lijn die in het ZD wordt gevolgd. Kritische lezers stellen daarover de nodige vragen. Het bestuur van de stichting blijkt ook niet zo geluk kig hiermee. Met name de „theologische terminologie" laat nogal wat verschillen zien. In de loop van oktober 1 953 valt, na en kele gesprekken, het besluit dat 't Zeeuwsch Weekend ook ressorteert on der de verantwoordelijkheid van de hoofdredacteur van het ZD. De heer Van Spronsen wordt lid van de commissie van vaste medewerkers. Schouwsch Dagblad Gedurende korte tijd verschijnt het Schouwsch Dagblad als een editie van het ZD. Het eerste nummer rolt op 1 sep tember 1 949 van de pers. Het bevat een aanbeveling van 16 vooraanstaande personen uit de christelijke bevolkings groep op Schouwen-Duiveland3). De Zierikzeesche Nieuwsbode, zeker in die jaren dé krant op het eiland, doet in haar kolommen nogal laatdunkend over de nieuwe concurrent. Het Schouwsch Dagblad geeft de Nieuwsbode op 14 ok tober 1 949 lik op stuk. Nadat is gecon stateerd dat de monopoliepositie van de Nieuwsbode is vervallen wordt over de ze krant het volgende oordeel geveld: „Haar voorlichting is nihil, geen vis en geen vlees. En toch beweert zij het mo nopolie te bezitten het algemeen belang te dienen. Merkwaardig! Erger: treurig!" In 1952 komt het tot een aparte editie (zonder eigen naam) voor Zeeuwsch- Vlaanderen. In het jaarverslag over 1 952 van de stichting ZD wordt meege deeld dat de uitgeefster - Oosterbaan en Le Cointre - niet ontevreden is over de resultaten. Toch hebben het Schouwsch Dagblad en de Zeeuwsvlaamse editie de positie van het ZD niet versterkt. Na korte tijd moesten de uitgaven worden gestaakt: de verliezen op de exploitatie waren te groot geworden. Zo moest aan het begin van 1 951 de uitgave van het Schouwsch Dagblad worden beëindigd. Vele jaren lang is het Zeeuwsch Dagblad op deze pers van Oosterbaan en Le Cointre gedrukt. Oplage De oplagecijfers van het ZD zijn maarten dele bekend: voor de meeste jaren kon den zij niet worden achterhaald. Wel be kend is dat de hoogste oplage eind okto ber 1945 werd gedrukt, n.l. ongeveer 13.000 exemplaren. Eind maart 1946 bedroeg het aantal betalende abonnees 11.639. Er was enig verlies opgetreden o.a. als gevolg van bedankjes op Tholen, waar volgens de berichten nogal wat abonnees op Trouw waren overgescha keld. De gedrukte oplage was toen ruim 12.000 exemplaren. In het eerste jaar overzicht werd gemeld dat van „De Vrije Zeeuw" na de opheffing per 1 april 1 945 omstreeks 4.000 abonnees naar het ZD waren overgekomen. Bekend is verder nog dat er eind 1 950 ongeveer 10.000 abonnees waren en dat dit aantal twee jaar later tot 8.000 was teruggelopen. Op het moment van de overgang van de krant naar het Alge meen Dagblad - oktober 1 958 - telde de krant nog 6.500 betalendeabonnees. Papierperikelen Dat de papierperikelen voor elke krant in de eerste naoorlogse jaren ongemeen groot waren mag als bekend worden verondersteld: er was nauwelijks papier te krijgen. Het eerste nummer van het ZD is net verschenen of directeur en hoofd redacteur krijgen opdracht van het be stuur bij de autoriteiten grotere papier toewijzingen te bepleiten. Half mei meldt de heer Zuidema van de voorzitter der perszuiveringscommissie te hebben vernomen dat papier zal worden toege wezen voor 1 2.000 exemplaren elk van een protestants-christelijk, een rooms- katholiek en een neutraal dagblad in

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1988 | | pagina 15