INHOUD
Biz.
Arentsen, drs. J. G. M. De departementale geneeskundige inspectie
in Zeeland en de geneeskundige voorzieningen op het Zeeuwse
platteland, 1801-1809 I, 13
Bruin, M. P. de. 150 jaar „Vrouwelijke Handwerken"II, 65
Bruin, M. P. de. „Haken naar een gezicht op dingen van weleer" II.
Geschiedbeoefening in en over ZeelandIII, 85
Bruin, M. P. de en C. A. L. Kotvis. De laatste veerdienst tussen de
„eilanden" en een nieuwe verkeersschakel. Het einde van de dienst
Zijpe-Anna Jacoba en opening van de weg over de Philipsdam IV, 121
Bruin, M. P. de en C. A. L. Kotvis. Van Paal tot Doel. Over dijken
op deltahoogte, grenspalen en de stichting van een dorp V, 173
Bruin, M. P. de. Aan het einde van het land. De herplaatsing van
grenspaal nr. 269aV, 183
Bruin, AL P. de. In memoriamjhr. Mr. T. A. J. W. Schorer V, 190
Bruin, M. P. de. Het album van Adriaen van de Venne VI, 231
Buijnsters, prof. dr. P.J. De ontplooiing van Betje Wolff s schrijver
schap VI, 201
Degenaar, Marjolein. De lange weg van lens tot telescoop II, 54
Don, drs. Peter. Het leven op het land. Schouwen-Duiveland, eiland
van boeren, landarbeiders en handwerksliedenIV, 128
Don, drs. Peter. Ir. Dirk Roosenburg 1887-1962 V, 171
Dries, Peter van den. Heeft Zeeland bloedarmoede?III, 98
Giljam, Maz. StraoIV, 156
Haasse, Hella. Vriendschap in de achttiende eeuwVI, 206
Hietkamp, drs. H. W. De Nieuwe Kerk te Zierikzee. Oproep tot
samenbundeling van krachten op het gebied van monumentenzorg III, 111
Hofman, Wim. Wie schrijft daar?V, 185
Hooff, Giel van. De Commercie Compagnie als inrichting tot her
stel en vervaardiging van ijzeren vaartuigen, stoomtoestellen en
andere werktuigen (1871-1888)I, 27
Klerk, drs. A. P. de. Landschap en macht. Enkele gedachten over
het Walcherse landschapI, 22
Kloek, dr.J.J. en dr. W. W. Mijnhart. Verbreding en vervlakking.
Leesgedrag en lectuurconsumptie in historisch perspectief VI, 220
Kluiver, drs.]. H. Museale activiteiten toen en nu. Een beschouwing
naar aanleiding van de nieuwe vestiging van het Museum van het
Genootschap in 1888 III, 113