mSi a'#T de kunst van het sublimeren 75 kers had voor een verdieping van zijn theosofische uitgangspunten gezorgd en ook in de schilder Bart van der Leek, die in 1 91 6 in Laren was komen wonen, vond Mondriaan een geestverwant. Een ander soort contact had hij met de Blari- cumse makelaar Sal Slijper: met hem ging hij naar dansavondjes in hotel Hamdorff in Laren. Slijper zou een groot verzamelaar van Mondriaans werk worden, maar voorlo pig vonden de werken nog niet veel af trek. Hoewel hij via de kunstpedagoog Bremmer enige ondersteuning kreeg, door gedurende enkele jaren schilderij en in opdracht te maken voor mevrouw H. Kröller-Müller, bleef Mondriaan uit geldgebrek ook copieën maken. Hij publiceerde zijn ideeën over de Nieu we Beelding in de Schilderkunst voor het eerst in De Stijl, het in 1917 door Theo van Doesburg opgerichte blad. Rechthoekige kleurvlakken begonnen nu in zijn werk de plaats in te nemen van de voornamelijk in zwart-wit uitgevoer de horizontale-verticale composities. Hij gebruikte, ook nog in zijn zogenaamde rasterschilderijen, zachte tussentinten die op hun beurt plaats zouden maken voor hardere kleurstellingen. In de rasterschilderijen onderzocht Mondriaan de ruimtelijke verhoudingen Kerk te Domburg (1910/1911). fM Bi binnen zijn werk. Konden diagonale lij nen, naast horizontale en verticale, voor evenwicht binnen een werk zorgen? Mondriaan meende van niet. Het accent zou voor hem blijven liggen op horizon tale en verticale lijnen, al was het dan ook soms door het vierkante doek een kwartslag te draaien. Helrood, blauw, geel en zwart zouden een steeds grotere rol in zijn werk spelen, doordejuistever- deling in vlakken en lijnen moesten zij de noodzakelijke harmonie bewerkstelli gen. Terug in Parijs, vanaf de zomer van 1919, werkte Mondriaan aan zijn publi caties Dialoog en Trialoog, een uiteen zetting van zijn ideeën in gespreksvorm. Vanaf die tijd zou de inrichting van zijn ateliers zijn kunstopvattingen weerge ven. In 1920 verscheen bij Léonce Rosen berg Le Néo-Plasticisme, een Franse sa menvatting van De Nieuwe Beelding. Een verbetering van Mondriaans finan ciële omstandigheden betekende dat niet. Als „broodwerk" schilderde hij aquarellen van bloemen die gemakkelij ker hun weg naar een koper vonden dan zijn andere werk. (De theosofische ge- dachtengang zou hier een rol kunnen hebben gespeeld, zoals die dat zeker deed in de bloemenschilderingen die Mondriaan rond 1 908 maakte). Dat stel de hem wel in staat zo af en toe uit dan sen te gaan. Hij had een passie ontwik keld voor de nieuwste uitingen op het gebied van de dans. De spanning en het ritme die zich daarin ontplooiden moes ten ook op het doek te verwezenlijken zijn. Pas toen aan het einde van 1921 zijn financiële positie weer iets rooskleu riger werd, ging hij zich daar ook daad werkelijk mee bezig houden. Devlakver- deling moest meer variatie krijgen, korte en lange lijnen, dunne en dikkere, lichte en donkere vlakken moesten elkaar af wisselen; steeds opnieuw moest een an der evenwicht worden bewerkstelligd. De Jazz, de Shimmy en de Charleston, het natuurlijk ritmegevoel van danseres sen als Josephine Baker kregen zijn on verdeelde aandacht. Intussen verslechterde de verhouding met Van Doesburg, in het buitenland evenwel groeide de aandacht voor zijn werk. Ter ere van zijn vijftigste verjaar dag organiseerde de Hollandsche Kun stenaarskring in 1922 in Amsterdam nilïrtVT 'Xl&ftrn -i .Ui1 H.T_p: h-T Sterrennacht boven zee (1914). een overzichtstentoonstelling van zijn werk. Maar Mondriaan had zijn aan dacht verlegd naar Duitsland. Daar lag het centrum van de nieuwe abstracte kunst, niet meer in Frankrijk of in Neder land. In 1 925 publiceerde de Bauhaus-groep Die Neue Gesta/tung, een vertaling van Le Néo-Plasticisme Uit die tijd dateert ook de eerste belangstelling van Ameri kaanse zijde voor Mondriaans werk, on der meer van de verzamelaarster Kathe- rine Dreier. Met zijn vriend Michel Seuphor vertoef de Mondriaan intussen regelmatig op de terrasjes waar de Parijse kunstenaars, de schilders, de dichters en de architecten elkaar ontmoetten. Seuphor richtte in 1 930 samen met Torrès Garcia en met steun van Mondriaan en Vantongerloo de groep Cercle et Carré, vóór construc tieve en tegen surrealistische kunst, op. De groep was geen lang leven bescho ren, maar voor Mondriaan kwamen er wel contacten uit voort met Engelse kunstenaars als Gwen Lux, Ben Nichol son en diens ex-vrouw Winifred, die met haar kinderen in Parijs woonde. Zijn werk, dat zich in de afgelopen jaren steeds meer op enkele primaire kleur- vakken en donkere lijnen had toege spitst, was nog steeds aan verandering onderhevig. Hij schilderde zijn Composi tie met gele lijnen (1 933) en begon dub bele lijnen te gebruiken. De beurskrach en de daaropvolgende wereldcrisis hadden diepe indruk op Mondriaan gemaakt. Ondanks de groeiende Amerikaanse belangstelling, nu ook van de verzamelaar Sidney Janis en de kunstenaar Harry Holtzman, voel de hij zich in zijn bestaan bedreigd. Hit-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1988 | | pagina 33