herinneringen aan het wooldhuis
168
De studeerkamer als brug van een schip.
die trouwe vriend van onze kinderjaren.
Het plafond in mijn vaders kamer bevat
te een licht met windwijzer die gestuurd
werd door een meermin-vaan, tevens
bliksemafleider, op de top van het
Wooldhuis.
Gevleugelde woorden
De naam Wooldhuis, nu een gevleugeld
woord, werd ontleend aan de herkomst
van het geslacht Van Woelderen, dat in
de 1 6e eeuw in Ter Wolden woonde.
De naam van de erbij behorende huizen
in de triangel zijn „Waailust", een toe
speling op de wind en de naam van onze
chauffeur Piet Way en zijn gezin. „De
Zandlooper" heeft de dubbele betekenis
van een vogel en het Van Woelderen-
wapen, dat een zandloper voorstelt.
Over gevleugelde woorden gesproken,
mijn moeder vermeldt enige anecdotes
van dingen, die ik op driejarige leeftijd
zou hebben gezegd:
Dirk Roosenburg schreef steeds op geel
papier met idem envelop. Op een mor
gen kwam ik in de slaapkamer van mijn
ouders en zei langs mijn neus weg: „Er is
nog een brief van Roosenburg". Toen ze
beneden kwamen bleek het nog waar te
zijn ook.
Toen ik voor het eerst naar de bouwput
werd meegenomen, vroeg ik vol ver
wondering waar „het huisje" moest ko
men. Na ingelicht te zijn was ik erg ver
ontwaardigd. „In die put?", waarop mijn
moeders geschreven commentaar luid
de: „Niet ten onrechte".
Enige tijd later verbaasde ik hen met de
wijze vraag: „Wanneer wordt het nieu
we huis glas- en waterdicht?", woorden
die ik als driejarige ergens moet hebben
opgevangen.
Ditzelfde babyboek bevat een beschrij
ving van de eerste-steenlegging door
mij verricht op de morgen van mijn vier
de verjaardag, 20 augustus 1931, de
datum die men nu nog in die steen bij de
ingang van het Wooldhuis kan zien. De
erachter gemetselde oorkonde bevat
het gedicht met de handtekeningen.
Officiële eerste-steenlegging
„In de keet ligt de oorkonde gereed,
waar Heleentje dadelijk verrukt van is.
Moeder houdt haar hand vast en H.
schrijft zelf haar eerste handtekening.
De oorkonde, voorzien van een rijksdaal
der, gulden, kwartje en dubbeltje van
1931 wordt in de looden buis dichtge-
soldeerd. Daarna naar het terrein. Aan
de steiger zijn vlaggen gemaakt en H.
betreedt met Pappie de tribune, de loo
den buis wordt neergelegd en met het
truffeltje van de heer van Leeuwen met
selt H. heel handig. Men kan zien dat zij
gewend is met zand te spelen. Dan volgt
een kalklaag en dan wordt de 500 kg.
wegende steen, die aan kabels hangt,
langzaam naar beneden gelaten en H.
helpt flink trekken. De steen ligt op zijn
plaats. De heer Roosenburg houdt een
hartelijke speech, de heer van Leeuwen
wenscht daarna geluk en tenslotte be
dankt de bouwheer. Daarna komen alle
werklui op hun beurt geroepen een en
velop met inhoud afhalen en H. geeft elk
van hen een handje en een zakje sigaren.
Daarna is de plechtigheid afgeloopen. H.
gaat naar huis met Mina en Juffie en de
gasten vereenigen zich voor een heel ge
zellige lunch in Britannia. Toen ik haar
's avonds zei, dat al die mooie dingen ei
genlijk allemaal van Onze Lieve Heerwa
ren, zei H. spontaan: „Zal ik dan morgen
een briefkaart zenden naar de lucht?""
Tot zover mijn moeder.
Zeven goede, zeven kwade jaren
De eerste zeven jaren voldeed het
Wooldhuis volledig aan de bestemming.
Ons gastenboek is een stille getuige van
de vele interessante gasten uit binnen-
en buitenland om niet te spreken van de
dagelijkse bezoekers. Prins Hendrik be
zocht ons en verscheidene ministers,
zoals de vader van Wim Kan. Er werden
talloze vergaderingen belegd, bijeen
komsten van landelijke burgemeesters,
ontvangsten van bemanningen van
schepen, Noren, Engelsen, Belgen. Di
ners met de locale „twaalf apostelen"2),
nieuwjaarsrecepties. Teveel om hier op
te noemen. Het was een goede en een
glorieuze zevenjaars-periode voor ge
heel Vlissingen.
Toen kwam de oorlog. Op 10 mei 1 940
verhuisden we naar de kelders. Op
14 mei nam de Franse generaal zijn in
trek voor drie dagen in het Wooldhuis,
samen met mijn vader.
Op 1 7 mei, terwijl vrijwel geheel Vlissin
gen geëvacueerd was, beukten twee
Duitsers met revolvers op de deur en es
corteerden mijn vader daarna naar het
toenmalige stadhuis om zijn stad overte
geven. Daarmee braken zeven zware ja
ren voor het Wooldhuis aan. Als gezin