DR. W. S. S. VAN DER FEEN-VAN BENTHEM JUTTING
WERD 6 FEBRUARI 1989 GEHULDIGD
In het eerste nummer van het Zeeuws
Tijdschrift jaargang 1965 schreef ik naar
aanleiding van het afscheid van me
vrouw Van der Feen als conservatrice
van het Zoölogisch Museum te Amster
dam op 17 december 1964, toen zij het
eredoctoraat in de natuurwetenschap
pen kreeg van de Justus Liebiguniversi-
teit te Giessen, in de Zeeuwse kroniek
het volgende: „Mevrouw Van der Feen
zowel als haar echtgenoot, de zoöloog
P. J. van der Feen, hebben beiden in vele
opzichten sterke banden met Zeeland.
Wij hopen, dat wanneer het echtpaar
Van der Feen zich in maart in Domburg
zal vestigen, het hun gegeven zal zijn
nog veel op hun beider wetenschappelij
ke terreinen te presteren. Zeeland zelf
zal hierbij niet worden vergeten!"
Zij zijn Zeeland inderdaad niet vergeten.
Meestal in connectie met het Koninklijk
Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen konden zij, gezegend door
een goede gezondheid, nog veel voor
onze provincie doen. Toen drs. W. Los,
directeur van het Instituut voorTaxono-
mische Zoölogie te Amsterdam mij
vroeg of er mogelijkheden voor huldi
ging in Middelburg waren ter gelegen
heid van haar 90ste verjaardag, was het
antwoord niet moeilijk. Die huldiging
zou namelijk gepaard gaan met de uit
reiking van de legpenning van het Zoölo
gisch Museum Amsterdam. Het College
van Gedeputeerde Staten van Zeeland
heeft het gastheerschap op zich geno
men met het aanbieden van een receptie
in de voorlichtingszaal en aangrenzende
ruimte in het abdijcomplex.
M.P.d.B.
Drie sprekers hebben op 6 februari de lof
gezongen van mevrouw Van der Feen:
drs. W. Los, dr. H. E. Coomans, opvolger
van mevrouw Van der Feen als conser
vator van het Zoölogisch Museum, en
mr. J. van Marion, voorzitter van het Ko
ninklijk Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen.
Drs. W. Los
Het doet mij een plezier u nu eerst harte
lijk te kunnen feliciteren met uw 90ste
verjaardag.
Deze bijeenkomst is georganiseerd om u,
mevrouw Van der Feen, te eren met de
legpenning van het Zoölogisch Museum
Amsterdam. Laat ik iets vertellen over de
aanleiding tot deze bijeenkomst. Daar
voor duik ik in de geschiedenis. Mevrouw
Van der Feen is geen onbekende voor ons
instituut. Van 1919 tot en met 1964 was
zij met een enkele onderbreking bij ons
aangesteld, waarvan het grootste gedeel
te a/s conservator van onze Ma/aco/ogi-
sche (schelpenkundige) Afdeling. In deze
periode heeft u uit eigen middelen een
omvangrijke wetenschappelijke biblio
theek opgebouwd. Voor veel hier aanwe
zigen hoeft het geen betoog dat in ons
vakgebied, de diersystematiek, een uitge
breide bibliotheek zeer belangrijk is; zelfs
belangrijker dan voor andere natuurwe
tenschappen. Laat ik dit nader verklaren.
Het Instituut voor Taxonomische Zoölo
gie, waartoe het Zoölogisch Museum
Amsterdam behoort, houdt zich bezig
met vraagstukken verband houdende
met evolutie en verspreiding van dier
soorten, vraagstukken die met elkaar sa
menhangen. Het Zoölogisch Museum be
heert a/s wetenschappelijk museum in
zijn collecties geconserveerde vertegen
woordigers van de verschillende diersoor
ten a/s bewijsstukken van de levende na
tuur. Van deze miljoenen objecten moe-
Mevrouw dr. W. S. S. van der Feen-van Benthem Jutting krijgt de legpenning uit handen van drs. W. Los.
(Foto: Jaap Wolterbeek).
