polders en waterschappen van het voormalige waterschap axeler ambacht
100
De in 1 634 aangelegde dijk van de polder Oud Beoosten Blij Bezuiden, gezien in de richting van het voormalige
fort St. Nicolaas (foto L. M. H.).
van Axel (1 654) en het in 1 584 geïnun
deerde land van Zaamslag (1649/50)
herdijkt, zodat grote delen van Axelam
bacht op de zee werden teruggewonnen.
Hiertussen lagen het Sasse Gat, het Ka
naal van Axel, de Vaart naar Hulst en het
Hellegat. Het pas bedijkte polderland
kwam echter in de jaren zeventig en
tachtig van de zeventiende eeuw in ge
vaar. Ter bescherming van Axel en Sas
van Gent werden tijdens de oorlog met
Frankrijk (1 672/78) verschillende dijken
doorgestoken. De Canisvlietpolder, die
in 1 652 was bedijkt, kwam weer onder
water te staan.
Door de stormvloed van 1682 over
stroomde de helft van het polderland.
Door de opstuwing van het water in de
Braakman en het Hellegat verdronken de
polders rond Terneuzen, de polders ten
noorden van Axel, de polders Zaamslag
en Aan- en Genderdijke en het land van
Zuiddorpe en Beoostenblij ten zuiden
van het Kanaal van Axel. De Canisvliet
polder overstroomde voor de tweede
keer,6).
Beperkte inundaties werden uitgevoerd
tijdens de Spaanse Successieoorlog
(1702/13) en de Oostenrijkse Succes
sieoorlog (1 740/48),7).
In de jaren 1784/90 werden er in
Zeeuwsch-Vlaanderen enkele grotere
bedijkingen uitgevoerd onder toezicht
van de Raad van State. In Axelambacht
vond de herdijking van de polder Canis-
vliet plaats en werd het Kanaal van Axel
bedijkt tot de polder Beoosten en Be
westen Blij. De schorren van deze nieu
we bedijkingen waren zo hoog opge-
slibd, dat zij niet meer als verdedigings
buffers konden dienen. De sluizen van de
nieuwe polders moesten ook kunnen
worden gebruikt voor het uitvoeren van
militaire inundaties18).
Na de inval van de Fransen in 1 794 en de
inlijving van het Generaliteitsgebied bij
Frankrijk in 1 795 vonden er geen bedij
kingen plaats. Wel werden de polders als
deel van het Departement van de Schel
de verenigd in het polderarrondisse
ment Sas van Gent19). Voor de financie
ring van het dijkonderhoud werden voor
schriften gegeven, waarbij het draagvlak
voor de kosten van onderhoud van de
zeeweringen groter werd. De Fransen
beschouwden de polders en water
schappen niet als openbare bestuursin
stellingen, die speciale belangen behar
tigen, maar als verenigingen van eigena
ren met een beperkt doel20).
De welvaart van Gent in de Franse tijd
bracht kapitaalkrachtige burgers ertoe
om grond en inpolderingsrechten te
verwerven21). In 1804 werd een groot
project ontworpen voor de bedijking van
alle schorren in het Axelse Gat en het
Hellegat. Door de Préfecture van het De
partement werden aan de Compagnie
Blémont uit Gent alle schorren tussen de
Braakman en het Vlaamse Hoofd, gele
gen voor Antwerpen, verpacht voor een
periode van 32 jaar, het zogenaamde
Admodiatiecontract. De bedoeling hier
van was dat de Compagnie de bedijking
van deze schorren zo spoedig mogelijk
ter hand zou nemen22). Men had echter
geen rekening gehouden met de regio
nale belangen van scheepvaart en afwa
tering. Het liquideren van de aanspraken
van de concessionarissen heeft de Ne
derlandse Staat in de negentiende eeuw
veel moeite gekost23).
In 1811 werd het „Réglément sur l'ad-
ministration et l'entretien des poldres"
uitgevaardigd. De polders en water
schappen werden erkend als openbare
instellingen, waarvoor de Staat de regle
mentering vaststelde24).
Drie jaar later, in 1814, werd bij Konink
lijk Besluit hetgeen in het reglement van
1811 was bepaald door Koning Willem I
overgenomen tot de tijd dat er een nieuw
polderreglement zou komen25). Het
duurde tot 1 840, alvorens het algemeen
Zeeuws polderreglement werd inge
voerd. De lijn die door de Franse wetge
ving was aangegeven, werd hier in
voortgezet. In 1873 werd na jaren van
discussie en conceptreglementen het
Algemeen Polderreglement ingevoerd.
Ten tijde van Koning Willem I werd het
gebied een belangrijk doorgangsgebied
voor de stad Gent. In 1 825 werd begon
nen met de aanleg van het kanaal van
Gent naar Terneuzen, dat ook een aftak
king zou krijgen naar Axel en Hulst. Het
kanaal werd dwars door enkele polders
aangelegd en vormde bij de poldercon
centratie van 1 965 een duidelijke grens
tussen de Waterschappen Axeler Am
bacht en de Verenigde Braakmanpol
ders.
Ook met andere verkeersmiddelen had
den de polders en waterschappen hun
bemoeienis. Voor de aanleg van spoorlij
nen vanaf Terneuzen naar Gent en naar
Mechelen moest de nodige grond afge
staan worden 26).