rfrfts i <f~4°
het francois ryckhalsmuseum te middelburg
179
Kan 14e eeuw. Aardenburg. Bodemvondst Sluis.
(Foto: Frederik Kooman)
Kannetje Raeren.± 1 500. Bodemvondst Zuid-Beve
land. (Foto: Frederik Kooman)
De gevelstenen van het huis
De gevel van het pand Dam 71 te Mid
delburg is al sinds meer dan drieënhalve
eeuw rijk versierd met gevelstenen en
cartouches. Het meest opvallend is het
sierlijke huismerk: een haan met als on
derschrift op wapperend lint „In den Yn-
gelsche Krayer". Het huis is echter niet
genoemd naar een dier zoals men zou
vermoeden, maar naar het scheepstype
Yngelsche Krayer, waarmee handel
werd gedreven op de Oostzee.
In 1 576 woonde een Vlissinger, reder
of zeekapitein van zo'n type schip, in dit
huis. Hij noemde het „In den Yngelsche
Krayer" en liet behalve de grote steen
met de naam en de haan ook de wapens
van Zeeland en V/issingen boven in de
gevel aanbrengen.
In het jaar 1 599 kocht ene Francois
Ryckhals, houtbreker (d.i. timmerman)
het huis. Deze Ryckhals (of zijn zoon) liet
in 1638 drie cartouches in de gevel
plaatsen: een met het jaartal en twee
daarneven met de spreuk „Met Christo
Ryckin als"\ een religieuze zinspeling op
zijn familienaam.
Schilder Francois Ryckhals
(±1600-1647)'
Op 1 9 december 1 589 werd te Middel
burg als poorter ingeschreven Francois
Ryckhals afkomstig uit Antwerpen en
van beroep houtbreker.
Dit is de Ryckhals die in 1 599 het huis
„In den Yngelsche Krayer" kocht. Kort na
1 600 werd in dit huis zijn zoon geboren,
eveneens Francois genaamd. Deze Fran
cois Ryckhals (1600-1647) werd een
origineel kuntschilder, die zijn werken
signeerde met een eigenaardig mono
gram:
Tijdens zijn leven en nog kort na zijn
dood stond hij in hoog aanzien. Daarna
heeft deze Middelburgse schilder van
boerenbinnenhuizen, stallen en stille
vens lange tijd in het duister der onbe
kendheid verbleven door zijn rederij
kersachtige lust tot spelen met namen.
Zijn naam werd al gauw niet meer her
kend en zijn werk werd aan anderen toe
geschreven. Pas in 1917 bewees Bre-
dius op afdoende wijze, dat de schilderi
jen de naamtekening van Francois Ryck
hals inhielden.
Het is mogelijk, dat Francois Ryckhals de
beginselen van het vak heeft geleerd van
zijn beroemde stadgenoot Adriaen van
de Venne.
Ryckhals vertoefde in 1632 in Rotter
dam en in 1 633/34 te Dordrecht. Daar
na kwam hij naar het huis zijns vaders,
naar Middelburg terug.
Zijn werk
Het werk van Francois Ryckhals verraadt
een mooie kwaliteit en een vaardige
schildershand. Hij wordt een zeer origi
neel kunstenaar genoemd, wiens werk
de ontwikkeling van de 17e-eeuwse
schilderkunst sterk heeft beïnvloed. Hij
zelf heeft een sterke invloed ondergaan
van Adriaen van de Venne (1589-
1 662): Let op de nuances geel en bruin
met hier en daar lichthoging geschil
derd.
Het werk van Francois Ryckhals omvat:
Tekeningen, stillevens met potten en
pannen (vroegst gedateerd werk 1 628),
boeren- of schuurinterieurs, visstukken
(Vis op het strand), landschappen (met
bijbelse verhalen), pronkstillevens (met
o.a. Middelburgs zilver).
Van deze categoriën zijn vooral de
pronkstillevens (behorend tot zijn laat
ste werken) uitermate vakbekwaam en
belangwekkend. Voor Zeeland in het bij
zonder interessant daar het ons zilver
werk toont van Middelburgse goud- en
zilversmeden, wier werk uit de 1 7e eeuw
beroemd is geworden.
„Neerlands grootste stillevenschilder
Willem Kalf is van nabij beïnvloed door
de zo lange tijd vergeten Zeeuwse mees
ter Francois Ryckhals, een zeer origineel
en bekwaam kunstenaar", (citaat naar L.
J. Bol)
„Francois Ryckhals hatte sensible Stille
ben und Bauerninterieurs gemalt, bei
denen das Licht von Walcheren eine be-
sondere Rolle spielte." „Die Hell-Dun-
kel-Malerei des bedeutenden italieni-
schen Malers Caravaggio hatte viele
hollandische Maler beeinfluszt, u.a.
Rembrandt. Auch Ryckhals hatte den
„Carravagismus" gekannt und in den
Hell-Dunkel-Kontrasten seiner Inte
rieurs verwendet." (Bernhard Kirchaes-
ser 1 989)
De boeren- of schuurinterieurs
Francois Ryckhals had in zijn werk gro
tere belangstelling voor dingen dan voor
demens. Demensis vaak van bijkomsti
ge betekenis op zijn schilderijen, soms
niet meer dan een schimmige gedaante
in een dompig halfduister. Misschien
vond hij dat dingen vaak meer ziel heb
ben dan mensen? De voorwerpen zijn
door hem subliem in de stofuitdrukking
geschilderd.
Tegen slordig gepleisterde muurvlakken
en ruwhouten schotwerk is allerlei ge
reedschap en ander gerief opgehangen.
Houten, metalen en aarden vaatwerk
(het is in werkelijkheid te zien in de vitri
nes en verspreid in het museum), dat
merktekens draagt van een langdurig,
ruwhandig gebruik; manden, tonnen,
tobben, pannen, ketels, een blaasbalg,
schuimspaan, vergiet, een bezem, een
graanschep, een aardappel-, een brood
bak, dat alles ligt er in schilderachtige
wanorde, opeengehoopt en verspreid,
bijeen; een lap of een paardedeken,
kool, pompoen, knolraap en uien vol
tooien vaak het rustieke stilleven. Te
midden van dit alles scharrelen soms
kippen en kalkoenen. Door een geleide
lichtinval van links of van rechts lichten
dieren en dingen op uit het grauwe duis
ter.
Ryckhals is mogelijk de allereerste die
dergelijke mengvormen van platte
landsinterieur en stilleven heeft geschil
derd.
„Hier komt een sterk gevoel van tonali
teit, atmosfeer en lichttover tot uiting,
die bij Ryckhals aan onaanzienlijke en
prozaïsche dingen een „extra" verlenen: