het kasteel van zaamslag. „de torenberg" als middelpunt van de ambachtsheerlijkheid zaamslag 192 Daklei met ingekraste tekening van een zeilschip, (foto auteur, opgravingscampagne 1983). ontvangers. Uit de levendige correspon dentie, die het drietal met hun weldoe ner onderhielden krijgen we een aardig beeld van het alledaagse leven te Zaamslag en op het kasteel27). Zo liet men op 21 augustus 1566 uit Zaamslag weten, dat er vanuit Gent be richt was ontvangen om de tafels, beel den e.d. uit de kerk te verwijderen en die in veiligheid te brengen met het oog op een eventuele beeldenstorm. Men had nog nooit eerder zo'n merkwaardige brief ontvangen, dus was men Jn groote perplexyteyt en vroeg de heer om raad. Naarmate de toestand te Zaamslag na 1570 en met name 1572 dramatische vormen begon aan te nemen neemt het aantal brieven dat over en weer wordt geschreven toe. Zaken als verpachtin gen, dijkzorg, benoemingen e.d. komen steeds weer in de brieven terug. Invallen vanuit zee, toenemende dijklasten, moeilijkheden om de molens te ver pachten en inkwartiering van soldaten, om maar een paar problemen uit deze ja ren te noemen, pas nu bleek hoe waar devol een invloedrijke ambachtsheer kon zijn. Na de verbranding van Axel medio 1 574 werden er plannen gesmeed Zaamslag met 200 soldaten te versterken, die hun intrek op het kasteel en in de brouwerij zouden nemen. De brouwerij bestond al in 1 532, toen notaris Collaert de Schie- tere „voorwaarden" had gemaakt deze te verpachten. In dat jaar was de brou werij vanaf de 3e maart tot de 26e de cember in bedrijf en brouwde bij elkaar 108 tonnen „Zaemslaghs" bier, waar voor hij de wezen 7 gr. vlaams per ton moest betalen28). De heer van Zaamslag had een molen optSant staan, die hij voor een termijn van drie of meerdere jaren verpachtte. De tweede te Screydijck kon de heer tij dens de jaren na 1 570 maar nauwelijks in bedrijf houden, want in die moeilijke tijd was er geen pachter te vinden. In 1575 was er onenigheid over de bouw en exploitatie van een rosmolen op het nederhof van het kasteel door de schout. Gillis Baert weigerde deze van het kas teelterrein te verwijderen, waar hij ook het kasteel was gaan bewonen. De schout was dus inmiddels een echte „kasteel heer-bij-afwezig heid-van" ge worden. Nog twee andere bronnen verschaffen ons heel wat informatie over de situatie te Zaamslag tijdens het derde kwart van de zestiende eeuw. Uit het kohier van de XXe penning uit 1571 kunnen we alle huis- en landbezitters reconstrueren29). Bovendien blijkt hieruit ook hoe gecom pliceerd het eigendom der tienden rond om Zaamslag was en dat de Heer van Zaamslag hier maar een klein aandeel in had. Vergelijken wij zijn positie met die van de andere grondheren dan blijkt de Heer van Zaamslag heel wat minder be langrijk te zijn dan zijn status wel sugge reert. Instellingen als Boudelo, de Orde der Tempeliers, de St. Baafs en St. Pie tersabdij, Terhaghen en Byloke hadden een groter aandeel in de verdeling van het grondeigendom dan Anthonis Quar- ré. Dat neemt niet weg, dat zijn bestuur lijke taak ter plaatse van essentieel be lang was en bleef. In de praktijk leidde dit ertoe, dat de bewindhebbers van de onderscheiden instellingen met de per sonen, die de belangen van de am bachtsheer vertegenwoordigden sa menwerkten tot nut van het algemeen al was eigenbelang voor sommigen onder hen geen vreemd begrip. Tweede en laatste belangrijke zestien- de-eeuwse bron is de kaart van Frachoys Horenbault, die uit 1569 dateert30). Dit is de enige kaart waarop dorp en kasteel van Zaamslag zo duidelijk zijn getekend, dat een poging om van deze kaart met behulp van het penningkohier een re constructie van Zaamslag te maken gro te kans van slagen maakt. We zien hier op het kasteel met een hoofdgebouw en een ringgracht aangegeven. Het neder hof (voorburchtterrein) is niet te zien. Niettemin moeten we ons het kasteel complex uit die tijd hoogstwaarschijnlijk als volgt voorstellen. Een hoofdgebouw Tabel 2. Spreiding van het goederenbezit van de kerk van Zaamslag (Heilige Geest) in 1535/36 en 1558/5932). poldergebieden grondbezit in 1535/36 1558/59 West-Zaamslag 61 m 157'/2 r 57 m 7 r Ghenderdijcke 26 m 185 r 25 m 13 r Aendijcke 1 4 m 172 r 7 m 230 r Copwijck 6 m 125 r 1 8 m 249 r Schreydijck 1 0 m 24 r 7 m 58'/2 r Bayaertspolder 4 m 100 r Hugheneelspolder 4 m 81 r 'sVisscherspolder 4 m 150 r Beoostenblije 2 m 75 r Oud-Othene 3 m 241 r Totale bezit 125 m 7 9 "A r 128 m 2881/2 r

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1989 | | pagina 34