diepzeevis aangespoeld te ritthem!
230
De chimaera-fragmenten die te Ritthem
zijn gevonden, reken ik tot de soort Eda-
phodon antwerpiensis, Leriche, 1926.
Van deze soort zijn ook enkele fragmen
ten bekend uit de omgeving van Antwer
pen. In fig. 1 is een reconstructie weer
gegeven van 'het dier zoals dit er zou
hebben uitgezien. De figuren 2 en 3 ge
ven de in Antwerpen gevonden frag
menten weer en laten duidelijk zien hoe
de kauwelementen of tandplaten in de
kaakfragmenten zijn ingebed.
Behalve de kaakfragmenten zijn er ook
vondsten bekend van de dorsale stekel,
die ingeplant is vooraan de eerste rugvin
en gekenmerkt wordt door de twee rijen
weerhaakjes aan beide zijden van de
achterrand, zie afbeelding 3.
In figuur 4 wordt getoond hoe een kaak-
fragment is ingepast in een volledige bo-
venkauwplaat, zowel links als rechts bi
lateraal symmetrisch; ook in de onder
kaak is dit het geval.
De kauwplaten van deze vissen zijn te
herkennen aan detypischestructuurvan
de vele schuingeplaatste kanaaltjes,
holle staafjes in feite, die aan de kauwzij-
de in een porie uitmonden. Hierdoor ziet
het kauwoppervlak er uit alsof het heel
fijn is geperforeerd. Wellicht is deze
structuur de oorzaak van de misvatting
dat het hier om Bryozoa zou gaan.
De voorwerpen die door Hubert zijn ge
vonden laten ook heel duidelijk deze ty
pische structuur zien; figuur 6 is een
groot kaakfragment met daarin de
kauwelementen met de poriën. De af
metingen van dit voorwerp zijn: lengte
5 cm, breedte 2 cm.
Ook in de losse kauwelementen van af
beelding 7 is deze structuur goed waar
neembaar.
Voor zover mij bekend, is er nog niet eer
der een vondst van een kaakfragment
met daarin de kauwelementen in Zee
land (of wellicht eldersin Nederland) ge
daan; vandaar dat dit zeker deze mel
ding verdient. Losse kauwelementen
worden wel eens sporadisch gevonden
maar niet altijd als zodanig herkend.
Tot slot geven de figuren 8 en 9 afbeel
dingen van enkele nog recent voorko
mende Chimaeridae.
Literatuur:
Algemene Inleiding tot de Paleontologie, door Spe-
leologische Stichting Deurne en Gloria Maris, Ant
werpen, 1 973-1 974, p.p. 290-291pl. 24, fig. 9 en
47. (fig. 1-2-3).
Fossil Shark and Fish Remains of North America, by:
G. R. Case, 1 967, p. 8, fig. 32-33-34, p. 14,fig.67.
(fig. 8).
Haaientanden en andere Tertiare visresten uit Kallo
(België), door: W. in't Hout. G.E.A. December 1985,
vol. 1 8, nr. 4, p.p. 1 25-1 60, p.p. 141-1 42, afb. 33.
(fig. 4-5).
Leven in de Oceaan by: N. B. Marsshall, 1 973, uitg.
Moussault, Amsterdam-Antwerpen, p.p. 108 en
264, p. 210, fig. 216. (fig. 9).