Mededelingen opgeven, werd het vagevuur uitgevon den! Daarmee was het dilemma: vrij heid of naar de hel opgeheven. Men kon immers een tijdje boeten in het vage vuur! Wanneer deze bewering klopt, is dat een voorbeeld, hoe economie direkt invloed heeft uitgeoefend op de gestalte van kerk en christendom. De ervaring dat men met geld meer geld kon maken en met steeds meer geld eigenlijk alles, heeft bijgedragen tot het ontstaan van de moderne samenleving die zichzelf verstaat als vrij en auto noom. Dit had weer zijn invloed op het christendom. De boven de mens uit stijgende werkelijkheid kreeg steeds minder invloed op de beslissingen in het ondermaanse, de godsdienstigheid, gods dienstige handelingen, voorstellingen en symbolen verdwenen. Dat verschijnsel wordt wel aangeduid met de term secula risatie. Daarmee is de reikwijdte van de godsdienst kleiner geworden, wat b.v. blijkt uit het proces van de ontzuiling. Secularisatie betekent echter ook dat de godsdienst zich aanpast aan de samen leving. Daarmee zijn echter de vroegere identiteit en uniformiteit doorbroken. De mensen moeten nu een keuze doen uit een veelvoud aan levensbeschouwin gen en levensbeschouwelijke oriëntaties, die al of niet christelijk zijn. Daarmee zijn de kerken in een markpositie geko men: ze moeten werven om de gunst van het publiek en ze moeten uitleggen, waarom ze zo zijn en niet anders. Hoe wordt daarop gereageerd? Probeert de kerk zich af te schermen, dan loopt ze gevaar zichzelf in een onbeduidende minderheidspositie te manouvreren. Probeert de kerk zich aan te passen, dan loopt ze het gevaar haar eigen identiteit kwijt te raken. Kuitert (pro testants theoloog, geb. 1924) verwijt de politieke theologie dat ze zich te dicht aansluit aan de moderne ideologie dat alles gemaakt kan worden. Hij is van mening dat daarmee de boodschap van verlossing en bevrijding uiteindelijk teruggebracht wordt tot de belofte: als je maar hard genoeg werkt, zal het Rijk Gods op deze aarde wel gerealiseerd worden. Daarmee wordt de genadever kondiging uit de boodschap gehaald. Ulrich Duchrow (Duits protestants theoloog) wijst erop datje, wanneer je over een economisch stelsel spreekt, je goed moet weten dat het over een wereldomvattend systeem gaat. Dit heeft al lang tot gevolg dat veel mensen sterven van honger door onderdruk king. Dit hangt samen met de verdeling van de macht. Welke vormen kan dit systeem aan nemen? Ds. J, Bouwer, gereformeerd predikant te Vrouwenpolder, liet dat zien aan de hand van de situatie in Zuid-Afrika. Hij weet, waarover hij praat. Ds. Bouwer is zelf geboren in Zuid-Afrika, studeerde aan de universi teit van Stellendam en was hulppredi kant in de Nederduitse Gereformeerde Sendingkerk. Vanwege het apartheids regiem is hij al 3 jaar in Nederland. In zijn inleiding: verhouding tussen kerk- theologie en sociaal-economische ver houdingen in Zuid-Afrika toonde hij aan dat het huwelijk tussen theologie en economische belangen in Zuid-Afrika al gesloten was, toen Jan van Riebeeck (1619-1677) op de Kaap aankwam. Dat bleek overduidelijk uit het gebed dat van Riebeeck uitsprak, toen hij de kust van Engeland verliet. Het begint heel vroom met de aanhef: ,,0 barmhartige, goedertieren God, hemelse Vader". Maar op een bepaald moment zegt hij: buiten dien einde met onze bij nemende raad en Uw heilige naam vergaderd zijn om er met 'advies van dezelfde zodanige besluiten te maken, waarmede de meeste dienst van de opgemelde compagnie gevorderd, de justitie gehanhaafd om aan deze wilde brutale mensen mogelijk zijnde Uwe gereformeerde christelijke leere met ten tijd mochte voortgeplant ende verbreid worden tot Uwes heiliges naam, lof en eere ende welstand onze heeren princi palen". Aan de wilde brutale mensen moest dus de gereformeerde leer wor den opgelegd, maar tegelijkertijd moest deze zending wel profijt opleveren voor de Vereenigde Oost-Indische Compag nie. De relatie tussen de V.O.C. en de synode van Noord-Holland was van dien aard dat de besluiten van deze syunode bindend waren voor de kolo nies, die onder jurisdictie van de V.O.C. vielen. Dit had tot gevolg dat op den duur de belangen van de V.O.C. een plaats innamen boven zaken die te maken hadden met de essentie van het christelijk geloof. Het systeem van de apartheid in Zuid-Afrika vindt daarom zijn wortels in de gereformeerde theo logie. De leerstellingen van de uitver kiezing en predestinatie versterkten de kolonisten in de ervaring van door God uitverkoren te zijn. Op zijn beurt heeft dat weer de houding van exclusiviteit versterkt. Deze ontwikkeling toont opnieuw aan dat spreken over God en mens nooit los te denken is van een of andere sociale kontekst. Men kan zelfs stellen dat theo logie per definitie kontekstueel van aard is. Alle denkaktiviteiten vinden immers plaats tegen de achtergrond van een be paald sociaal (economisch) milieu en de heersende levens- en wereldbeschou wing kleurt daardoor het denken bin nen een bepaalde samenleving. Dat geldt evenzeer voor de theologie. In dit verband is het interessant te verwijzen naar de opmerkingen van Bob Goud zwaard. Hij zegt: iedere volgroeide ideologie heeft tenminste drie elemen ten. Dat zijn: een verabsoluteerde doelstelling, die koste wat het wil, behouden moet blijven; verder een selectie van middelen die noodzakelijk worden geacht om het doel te bereiken; ten slotte een normen- en waarden systeem en een eigen kennisleer die wordt voorgesteld als waarheid om de ideologie te legitimeren." Het apart heidsregiem in Zuid-Afrika, waarin de blanke minderheid op alle terreinen van de samenleving de macht wil behouden, is in feite een ongelukkig huwelijk tus sen een boven-historische, verticalis- tische theologie en een nationalistische volksideologie met racistische eigen schappen, concludeerde Ds. Bouwer. In zijn inleiding stelde Drs. Meeuws tot slot de vraag: hoe is het mogelijk te be lijden dat God God is en dit alles toch te laten gebeuren? Het antwoord daar op kan heel kort en bondig zijn: belij den dat de huidige manier van handelen ketterij is. Het betekent dus dat in het meegaan of niet-meegaan met de heer sende praktijk (en dat is mede een economische praktijk), op het spel staat, welke god er heerst en welke niet, want er zijn kennelijk veel goden. En daarmee zijn we terug bij het citaat van T. S. Eliot: het is nooit eerder vertoond dat mensen tegelijkertijd goden ontken nen en aanbidden, waarbij zij aanhan gen: eerst de rede, dan het geld, de macht, het ras of de dialectiek. Als Eliot gelijk heeft, is dus niet het probleem of God bestaat en dat de kerken God moe ten verkondigen, maar de eigenlijke vraag is: welke god? Dr. G. H. Buijssen 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1990 | | pagina 44