Redactioneel
JAARGANG 40, NUMMER 11990
Zoals de lezers ongetwijfeld opgemerkt
zullen hebben heeft het Zeeuws Tijd
schrift een andere omslag gekregen.
Deze verandering in het uiterlijk zal
meer en meer gekoppeld gaan worden
aan een inhoudelijke verandering. De
redactie van het Zeeuws Tijdschrift ziet
het tijdschrift als een algemeen cultu
reel tijdschrift dat aan alle deelterreinen
van de Zeeuwse cultuur in de breedste
zin des woords aandacht dient te beste
den. Dit is ons inziens nodig omdat
tegen de achtergrond van de toene
mende Europese integratie de behoef
te aan een geografisch (provinciaal)
gebonden identiteit eerder toe dan af
zal nemen. Daarom wil het Zeeuws
Tijdschrift een brandpuntfunctie gaan
vormen voor de hedendaagse cultuur
in Zeeland. Enerzijds zal het daarin die
cultuur weerspiegelen en anderzijds
zal het een reflectie zijn op die cultuur.
Een forumfunctie binnen de Zeeuwse
cultuur ligt dan ook voor de hand. Zo
zal in het tweede nummer (mei) een
aanzet worden gegeven tot een debat
over de in 'Zeeland aan Zet' ontwikkel
de toekomstvisie op Zeeland in de
negentiger jaren.
Het zal onze lezers niet ontgaan zijn
dat de verschijning van dit nummer iets
meer dan een maand is vertraagd.
Dit is te wijten aan een wisseling van
eindredacteur en de overstap naar een
andere drukkerij. De daar uit voort
vloeiende kinderziektes hopen wij even
wel snel te overgroeien. Zoals boven
genoemd, zal het volgende nummer in
mei uitkomen. Daarin zal onder meer
aandacht besteed worden aan de
inval van de Duitsers vijftig jaar
geleden. Het derde nummer zal medio
juni verschijnen. Daarna zal het tijd
schrift weer regulier twee- maandelijks
verschijnen.
Degenen die denken geschikte bijdra
gen voor ons tijdschrift te hebben,
dienen niet te aarzelen deze aan de
redactie voor te leggen. Tevens kun
nen zij die een bepaald boek willen
recenseren via de redactie een recen
sieexemplaar aanvragen onder vermel
ding van het adres van de uitgever.
In de toekomst zal meer aandacht ge
schonken worden aan Zeeuwse litera
tuur en literatuur over Zeeland. Ook zal
door middel van een rubriek signale
menten de aandacht gevestigd worden
op publicaties die verband houden met
onze provincie. Na deze inleidende
opmerkingen willen wij iets meer
zeggen over de inhoud van het
nummer dat momenteel voor u ligt.
Het nummer vangt aan met een bijdra
ge van ons redactielid Fransica van
Vloten. Aan de hand van brieven van
de in Vlissingen geboren cabaretier
Pisuisse, gaat zij vooral in op de
turbulente emotionele kanten van zijn
bestaan. De tweede bijdrage is van de
hand van Carla van Baaien, weten
schappelijk medewerkster aan het
Centrum voor Parlementaire Geschie
denis van de Katholieke Universiteit
van Nijmegen. Zij gaat in op de debat
ten die tussen 1945 en 1953 in het
parlement over de bescherming van
ons land tegen water zijn gevoerd en
het beleid van de ministers van Ver
keer en Waterstaat in die periode. Een
dichterlijke reflectie op de watersnood
ramp wordt geleverd door de Terneu-
zense dichter Michel Huisman.
In zijn recensieartikel Kerk en Samen
leving in Zeeland gaat Bert Altena,
wetenschappelijk medewerker aan de
Erasmus Universiteit in op de dissera-
tie van Michael Wintle, 'Zeeland and
the Churches'. In zijn repliek tracht
Wintle, die momenteel werkzaam is bij
The Centre for Modern Dutch Studies
van de universiteit van Huil (Engeland),
de voornaamste bezwaren die door
Altena in zijn recensieartikel naar
voren worden gebracht, weg te nemen.
Adriaan Verhulst, gewoon hoogleraar
historische geografie aan de Rijksuni
versiteit van Gent, geeft een necrologie
van de historisch geografe M. R. Elisa
beth Gottschalk. Dit nummer wordt
afgesloten door de rubriek boekbespre
king. Daarna volgen de Mededelingen
van het Koninklijk Zeeuws Genoot
schap der Wetenschappen waarin voor
het eerst een samenvatting van een
lezingencyclus is opgenomen.
Paul van der Velde
1