Duizend poenzen van swiepje
Nederlands-lndië
Brieven van Jean-Louis Pisuisse aan Fie Carelsen
Francisca van vloten
Jean-Louis Pisuisse en Max Blokzijl als straatmuzikanten, 1907.
Jean-Louis Pisuisse werd op 6 sep
tember 1880 in Vlissingen geboren als
zoon van Jacobus Servaas Pisuisse,
inspecteur van het loodswezen, en Wil-
helmina Jacoba Schipper. Zijn jeugd
bracht hij in zijn geboortestad door en
in Middelburg, waar hij de HBS volgde.
Dat schrijven een rol in zijn leven zou
gaan spelen, werd al snel duidelijk: bij
de Middelburgsche Courant (niet zijn
vader, zoals de Zeeuwse Encyclopedie
vermeldt, maar zijn oom Henri was daar
hoofdredacteur) kon hij zijn eerste arti
kelen plaatsen. Via de Amsterdamsche
Courant kwam hij vervolgens als ver
slaggever bij het Algemeen Handels
blad terecht. In 1903 trouwde hij met
Jacoba Smit en vestigde hij zich ais
correspondent van het Handelsblad in
Londen. Twee kinderen werden uit dit
huwelijk geboren, Jack (1904-1973) en
Eline (1905-1949).
Pisuisse's verblijf in Engeland was, in
bepaalde zin, van doorslaggevende
betekenis voor zijn latere carrière. Aan
een collegajournalist vertelde hij jaren
later: „Toen, op zekere dag, zat ik in de
Hollandsche club in Londen - dat was
in 1906. Het stortregende en tegenover
mij in 't portiek van 'n bierkroeg stond
'n kerel met 'n gitaar en toen zeiden
wij: „Die zullen ook niet veel verdie
nen." „Nou", zei 'n ander, „dat zou je
meevallen." Toen dacht ik erover, als
journalistiek avontuur, in Londen als
straatzanger op te treden, maar vóór
dat 't daartoe kwam werd ik als chef
verslaggever naar Amsterdam over
geplaatst
Het idee was evenwel geboren: in
1907 maakte Pisuisse met een andere
collega, de later zo beruchte Max Blok
zijl, een rondreis door Nederland. Hun
ervaringen als de straatzangers Naph-
talie de Roza en Joseph Pardo - ver
gezeld van gitaar, orgel en mandoline
legden zij in boekvorm vast. Het suc
ces dat zij daarmee behaalden, leidde
tot meer optredens.
In 1908 vertrok het duo als „journa
listen-chansonnier" naar het toen
malige Nederlands-lndië, zij reisden
over Parijs waar het jonge cabaret
artistique van Aristide Bruant een on
vergetelijke indruk op hen maakte. In
het najaar van 1908, ontmoette Pisuis
se Fie Carelsen voor het eerst in Soera-
baja. Sophia de Jong, zoals zij wer
kelijk heette, maakte na enkele jaren
toneelschool als debutant met het Ne-
derlandsch Indisch Toneel (het gezel
schap waar haar moeder Cécile
Carelsen toebehoorde) een tournee
door Nederlands-lndië. Pisuisse raakte
direct onder haar bekoring, hun wegen
kruisten elkaar aanvankelijk weinig,
maar een aarzelend begin van vriend
schap leidde toch al snel tot een
hechtere band. Zo schreef Pisuisse
eind januari 1909 vanuit Batavia aan
Fie: Dat ik niet erg gelukkig
getrouwd ben is je bekend, 'n Tijdlang
leefde ik van mijn vrouw gescheiden
en had in die periode 'n aantal min of
meer ernstige galante avonturen. Toen
ik later weer bij m'n vrouw terug was
bleef dat onveranderd en toen vond ik
eigenlijk mezelf zo'n misselijke kerel,
dat ik dacht: nu moet er maar eens
voorgoed aan al dat vrouwengedoe 'n
einde komen, waarop ik mijn koffers
pakte en op reis ging In dezelfde
brief vertelde hij haar dat hij te oud en
lelijk was voor sentimentaliteiten en
dus ook geen verhalen zou ophangen
over verliefdheid op haar. Dat ver
anderde snel, enkele maanden later
stuurde hij haar de ene hartstochtelijke
brief na de andere. Zij waren inmiddels
een verhouding begonnen en Fie werk
te, als zij niet met het Indisch Tooneel
hoefde op te treden, mee aan Pisuis
se's cabaret „De Kattebel" in
Soerabaja. Dat cabaret sloeg enorm
aan; 40 plaatsen telde de bamboehut
waar men optrad en het zaaltje was bij
elke voorstelling overvol.
Franse chansons werden er gebracht,
maar ook liedjes van Koos Speenhoff
en Pisuisse zelf. De medewerkers
beschouwden zich als „vertolkers van
het levenslied".
In Indië ontstonden teksten als „Poëzie
en Proza in de Thee" en „De Fransche
Gouvernante".
Een matige ontvangst kreeg „Brief van
een ongehuwde moeder een Koningin
Wilhelmina". Pisuisse had dit lied voor
Fie geschreven bij de geboorte, op
30 april 1909, van prinses Juliana.
2